Belgisch begrotingstekort en Vlaamse recordschuld: dringt een zevende staatshervorming zich op?

Regering-Michel © BelgaImage
Ewald Pironet

De Belgische begroting rammelt, de Vlaamse schuld rijst de pan uit. Maar het is geen thema in de politieke discussies. Onterecht.

Misschien moeten we toch eens onderzoeken wat er in het leidingwater zit van de Wetstraat 16. Wie daar intrekt, slaat aan het hallucineren. Het overkomt alle premiers, al sinds enkele decennia. Zij beweren dan bijvoorbeeld dat de begroting van hun regering voorbeeldig is. Perfect in orde. Vervolgens buigt de Europese Commissie zich over hun werkstuk en deelt een onvoldoende uit. En dan nog blijven de regeringsleiders volhouden dat onze overheidsfinanciën er goed voorstaan.

Premier Charles Michel (MR) is de laatste in een lange rij die de werkelijkheid geweld aandoet. Het nieuws ging verloren in de heisa rond het VN-migratiepact en het straatprotest van de ‘gele hesjes’, maar Europa heeft ons land nog maar eens op de vingers getikt omdat de ontwerpbegroting ‘significant’ dreigt af te wijken van de Europese regels en afspraken. Toen de zakenkrant De Tijd daar een dikke maand geleden voor waarschuwde, noemde premier Michel dat ‘ fake news’. Iedereen hier te lande mag de Amerikaanse president Donald Trump graag met de vinger wijzen omdat hij de media beschuldigt van ‘ fake news’, dichter bij huis kan onze premier er ook wat van. Maar niemand die daar aanstoot aan neemt.

De regering-Michel lijkt op een in elkaar gezakte soufflé: ze heeft veel beloofd en weinig voor elkaar gekregen.

Voor het derde jaar op rij geeft de Europese Commissie ons land een onvoldoende voor de begroting. We hebben nog tijd tot de lente om bij te sturen, anders belanden we op de strafbank. We zouden ons structurele begrotingstekort – dus zonder rekening te houden met de conjunctuur en eenmalige maatregelen – jaarlijks met 0,6 procent van het bruto binnenlands product (bbp) moeten afbouwen. Maar gerekend over 2018 en 2019 is er helemaal geen verbetering. Europa vraagt dan ook dringend dat we de hand aan de ploeg slaan.

Met de regionale, federale én Europese verkiezingen van 26 mei 2019 in het vooruitzicht, wordt dat geen eenvoudige zaak. Nog los van het feit dat de regering-Michel lijkt op een in elkaar gezakte soufflé: ze heeft veel beloofd en weinig voor elkaar gekregen. Michel zou onze overheidsfinanciën op orde brengen, maar minder dan zes maanden voor de verkiezingen kan alleen maar worden geconcludeerd dat hij daarin glansrijk is mislukt. België wordt door de Europese Commissie gerekend tot de groep landen die het niet nauw nemen met de begroting en zwak presteren, net als Italië, Spanje, Portugal en Frankrijk. We zouden beter tot het ‘Hanzeverbond’ behoren, de groep noordelijke landen met onder meer Duitsland en Nederland die het wel nauw neemt met het geld van de belastingbetaler.

Eind vorige week werd ook bekend dat de volgende Vlaamse regering met een recordschuld zit opgezadeld: volgend jaar heeft ze 27 miljard euro schulden op een totale begroting van 42 miljard euro. Dat is ruwweg evenveel als de budgetten voor onderwijs, welzijn en werk samen. En tegen 2024 stijgt die schuld tot 33,8 miljard. Tien jaar geleden bedroeg de schuld van Vlaanderen maar 8 miljard, en het was de bedoeling om tegen 2020 schuldenvrij te zijn.

Er moet worden gedacht aan een zevende staatshervorming. Al was het maar om de miskleunen van de zesde staatshervorming recht te zetten.

De Vlaamse schuld wordt toegeschreven aan de financiële crisis die tien jaar geleden uitbrak – waar we zelf niet heel veel aan konden doen. Zeker zo belangrijk zijn de gevolgen van de zesde staatshervorming, die we wél zelf in de hand hadden. Bij die staatshervorming werden met de nieuwe bevoegdheden ook extra schulden overgeheveld. Koen Algoed, secretaris-generaal van het Departement Financiën en Begroting van de Vlaamse overheid, waarschuwde één jaar geleden al in Knack dat ze Vlaanderen met budgettaire katers zou opzadelen. Niet alleen raakt niemand nog wijs uit die staatshervorming, ze veroorzaakt ook ‘kaslekken’, zoals Algoed dat toen noemde: het geld sijpelt weg.

Algoed was toen al duidelijk: ‘De zesde staatshervorming is zo uitgewerkt dat die kaslekken vooral Vlaanderen treffen en veel minder de andere gewesten of de Franse Gemeenschap. Het is een sluipend gif: het Vlaamse geld vloeit in stilte weg, de Vlaamse schuld loopt op. Dat is natuurlijk onhoudbaar. Als er niet wordt ingegrepen, kijkt Vlaanderen binnenkort aan tegen een grote schuldenberg, met de bijbehorende oplopende rentefactuur.’

Het is vandaag niet sexy om het te hebben over staatshervormingen, zeker niet met de discussies rond migratie en de boosheid van de burgers over de stijgende brandstof- en levenskosten. Dat neemt niet weg dat er moet worden gedacht aan een zevende staatshervorming. Al was het maar om de miskleunen van de zesde staatshervorming recht te zetten. Want dat die een sof was, is zo klaar als pompwater.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content