De voortdurende economische crisis begint zijn tol te eisen van internationale ontwikkelingssamenwerking
Als ontwikkelingslanden in 2015 de millenniumdoelen niet halen, is dat te wijten aan westerse donoren die hun financiële beloften niet nakomen. Dat blijkt uit een openhartig VN-rapport. België is een van de landen die hun hulp het sterkst hebben teruggeschroefd.
In 2011 is het totale bedrag aan officiële ontwikkelingshulp (ODA) voor het eerst sinds lange tijd afgenomen, met 3 procent. Dat blijkt uit het jaarlijkse rapport van de MDG Gap Task Force, een groep die is opgezet door de VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon om de voortgang van de millenniumdoelen beter te volgen. Die doelen rond onder meer armoede, onderwijs en moeder- en kindersterfte moeten in 2015 gehaald zijn.
Crisis
“De voortdurende economische crisis begint zijn tol te eisen van internationale ontwikkelingssamenwerking”, zegt secretaris-generaal Ban Ki-moon. “Maar fiscale bezuinigingen moeten niet gebeuren over de rug van armen.” Volgens Ban biedt het rapport een verontrustend beeld van een “verzwakt mondiaal partnerschap”, zoals dat in een van de millenniumdoelen heet.
De 23 donorlanden hebben in 2011 134 miljard dollar (102 miljard euro) hulp gegeven, waardoor een tekort van 167 miljard dollar (128 miljard euro) overblijft. De grootste teruggang laten Griekenland (39 procent) en Spanje (33 procent) zien, die lijden onder een zware economische crisis. Daarna volgen Oostenrijk (14 procent) en België (13 procent), vooral door bezuinigingen op schuldenkwijtschelding. De Japanse hulp gaat ook 11 procent terug, na een flinke stijging vorig jaar.
Alleen Zweden, Noorwegen, Luxemburg, Denemarken en Nederland gaven meer ontwikkelingshulp dan de beloofde 0,7 procent van het bnp, al is van landen zoals Nederland al bekend dat er gekort gaat worden. Sommige landen zijn juist meer gaan geven, zoals Australië, Duitsland, Italië, Zuid-Korea, Zweden en Zwitserland, en ook Groot-Brittannië wil nog steeds naar de 0,7 procent toewerken.
Andere geldbronnen
De taskforce roept landen op hun hulp vooruit te plannen, zodat het transparant is voor ontwikkelingslanden. Daarnaast wil de organisatie dat er andere geldbronnen worden aangeboord, zoals hulp van niet-westerse landen en van filantropische fondsen. Dat is moeilijker te meten. De taskforce schat dat niet-traditionele donoren 7 miljard dollar (5,3 miljard euro) gaven in 2011. Geld van filantropen wordt geschat op 30 tot 56 miljard dollar (23 tot 43 miljard euro). (IPS/TE)
