Belgen voelden zich nooit eerder zo veilig

Michel Vandersmissen
Michel Vandersmissen Redacteur van Knack

Driekwart van de Belgen voelt zich (bijna) altijd veilig in zijn buurt. Slechts vijf procent zegt zich vaak of altijd onveilig te voelen. Dat blijkt uit de nieuwste Veiligheidsmonitor van de federale politie.

De veiligheidsmonitor is een grootschalige ondervraging van 168.206 Belgen, die vorig jaar voor het eerst in tien jaar nog eens werd uitgevoerd. Uit de vergelijking met voorgaande peilingen blijkt dat het veiligheidsgevoel is gestegen.

In 2008 zei 8 procent van de ondervraagden zich vaak onveilig te voelen en in 2000 zelfs 12 procent. Er is ook een duidelijk verschil tussen mannen en vrouwen: 6,7 procent van de vrouwen geeft aan zich vaak of altijd onveilig te voelen, tegenover 4,74 procent van de mannen.

Ondanks het relatief lage onveiligheidsgevoel nemen heel wat mensen toch hun voorzorgen. Ongeveer een derde van de deelnemers geeft aan de deur vaak of altijd gesloten te houden voor onbekenden. 15 procent vermijdt vaak of altijd om bij duisternis nog van huis weg te gaan, en 12 procent vermijdt doorgaans drukke evenementen.

Snelheidsduivels en sluikstorters

De gemiddelde inwoner stoort zich in de buurt waar hij woont vooral aan snelheidsduivels en sluikstorters, zo blijkt uit de bevraging. Maar liefst 66 procent vindt ‘onaangepaste snelheid’ een probleem in zijn buurt. ‘Sluikstorten en zwerfvuil op straat’ (50 procent), ‘agressief gedrag in het verkeer’ (44 procent), ‘wildparkeren’ (44 procent) en ‘woninginbraken’ (39 procent) vullen het rijtje met meest vermelde buurtproblemen aan.

Tweederde van de bevolking is tevreden over de werking van zijn politiezone.

Uit de criminaliteitsstatistieken blijkt dat het totaal aantal geregistreerde feiten in 2018 stabiel bleef tegenover 2017. Net als in voorgaande jaren blijven diefstal en afpersing de meest voorkomende feiten, goed voor zowat een derde van de totale geregistreerde criminaliteit. Het aantal geregistreerde diefstallen daalde wel opnieuw licht tegenover 2018.

Phishing

Een opvallende stijger is opnieuw de informaticacriminaliteit, ditmaal met 14,8 procent tegenover 2017. Vooral de stijging van phishing – de diefstal van gebruikersgegevens op valse websites – springt in het oog: van 475 geregistreerde feiten in 2017 naar 1277 in 2018. De Veiligheidsmonitor toont aan dat het werkelijke aantal feiten wellicht nog heel wat hoger ligt. Slechts 14 procent van de respondenten die aangaven in het afgelopen jaar slachtoffer te zijn geweest van ‘inbraak in een computer of smartphone’, deed hier ook aangifte van. Voor zowel ‘oplichting via internet’ als ‘intimidatie en pesten via internet’, deed 22 procent van de slachtoffers aangifte. Met andere woorden: zo’n 200.000 via internet gepleegde feiten zouden niet aangegeven zijn.

De politie uw vriend

64,32 procent van de bevolking zegt in het algemeen (zeer) tevreden te zijn over de werking van zijn politiezone. Vooral de houding en het gedrag van de politieagenten tegenover de burger wordt goed beoordeeld: 68,77 procent is (zeer) tevreden. Twee derde vindt bovendien dat de politie (zeer) makkelijk te bereiken is. 50,65 procent is (zeer) tevreden over de ‘gelijkheid in behandeling’ van de burgers door de politieagenten. Dat is een fikse stijging tegenover tien jaar geleden, toen slechts 35,7 procent vond dat de politie alle burgers op gelijke voet behandelde. Over de aanwezigheid van politieagenten op straat is 41,64 procent (zeer) tevreden. In 2008 was dat nog 57,4 procent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content