Actrice Els Dottermans schiet met scherp: ‘Ik met een wapen. Een goed beeld. Punt’

Els Dottermans: 'Mensen redden is mijn talent niet.' © Michiel Devijver
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Voor Compassie. De geschiedenis van het machinegeweer, de nieuwe NTGent-productie onder Milo Rau, neemt Els Dottermans de kalasjnikov ter hand. ‘Ik schrik er steeds weer van hoe zwaar zo’n ding is.’

What the fuck man, waarom toon je me dit filmpje om halftien ’s ochtends?’ Zo reageerde Dottermans toen Milo Rau haar dit voorjaar, tijdens een vergadering over Compassie. De geschiedenis van het machinegeweer, een filmpje liet zien van een zwarte man die in brand wordt gestoken. ‘Rau wilde dat ik het filmpje zag. Zijn manier van regisseren is nogal euh… rauw.’

Gelukkig is Dottermans wat gewoon. Exact twintig jaar geleden stoomde ze zichzelf klaar om Ten oorlog, de twaalf uur durende theatertoer van Luk Perceval, te spelen. Dat monsterproject kraakte alle verwachtingen, het kraakte Percevals gezelschap Blauwe Maandag Compagnie én het kraakte Dottermans’ rug. Tijdens de eerste try-out, op 7 november 1997, smakte ze neer. De première op 13 november speelde ze in korset en met pijnstillers. Nadien verkaste ze naar Toneelhuis in Antwerpen, waar Perceval artistiek leider werd. In 2004 ontplofte ook dat ensemble… Sindsdien maakte Dottermans deel uit van NTGent. Toen het gezelschap in oktober 2016, na het plotse vertrek van artistiek leider Johan Simons, evengoed dreigde te imploderen, zetelde Dottermans mee in de commissie die de nieuwe koers van het gezelschap en de vacature voor de nieuwe artistiek leider uittekende. ‘Ik neem mijn verantwoordelijkheid, en ik vecht als een leeuwin.’

Ik heb er geen moeite mee dat Benny Claessens me een has-been noemde. Er schuilt waarheid in.

Deze zomer schittert ze weer in Poquelin, de komedie van tg STAN die eind augustus opnieuw wordt opgevoerd; ze speelt in de VTM-remake van de Nederlandse succescomedy De Luizenmoeder, én ze wandelt uren door het Sint-Annabos om de tekst van Compassie. De geschiedenis van het machinegeweer erin te stampen.

Drukke agenda, en dat voor een ‘has-been’

Els Dottermans: (resoluut) Dat Benny Claessens me in zijn speech op de uitreiking van de Alfred-Kerr-Darstellerpreis 2018 ’the has-been pearl of the Flemish theatre’ noemde, daar heb ik geen moeite mee. De manier waarop hij dat zei, had anders gekund. Maar goed. Er schuilt waarheid in wat hij zegt. Het is niet meer van deze tijd om met een vast contract bij een gezelschap te werken. Milo schrapte alle vaste contracten. Uiteindelijk voelde dat bevrijdend.

Claessens doelde toch ook op de speelstijl?

Dottermans: Benny en ik zijn andere acteurs die hetzelfde beogen: communiceren op een podium. Je wilt het publiek graag zien én je wilt graag gezien worden. Je kunt dat doen door een uur te zwijgen terwijl je in je blote billen op het podium staat. (fijntjes) Ik verkies een andere manier. Maar onlangs herbekeek ik een stukje van De Meeuw, een voorstelling van de Blauwe Maandag Compagnie uit 1989. Dat stuk werd bejubeld. Iedereen vond ons doorleefde spel sprankelend. Vandaag ziet het er raar en verouderd uit. Dus ook op dat vlak heeft Benny een punt.

De wereld brandt. En sinds ik freelance, kies ik voor projecten die me noodzakelijk lijken, die het over de wereld hebben. Dat hoeft geen pamflettistisch theater te zijn, hé. Poquelin van tg STAN, bijvoorbeeld, is evengoed politiek. Omdat wij er om onszelf schaterlachen. Jezelf relativeren is in dit Trumptijdperk haast een politieke daad geworden.

In Compassie valt er anders weinig te lachen.

Dottermans: ‘Maar wat zeg je in godsnaam allemaal?’ denk ik vaak terwijl ik de tekst repeteer. De voorstelling is een remake van een stuk dat Milo in 2016 maakte. Hij deed dat met bijna-vijftiger Ursina Lardi, een Duitse actrice, en bijna-dertiger Consolate Sipérius, een Burundisch-Belgische actrice. Met Lardi trok hij naar Bodrum, de badstad waar in september 2015 het lichaam van de Syrische kleuter Alan Kurdi aanspoelde. Ze interviewden er getuigen, achterhaalden zelfs het nummer van Kurdi’s vader en reisden dan naar een vluchtelingenkamp in Athene.

Actrice Els Dottermans schiet met scherp: 'Ik met een wapen. Een goed beeld. Punt'
© Michiel Devijver

Die trip verwerkte Milo tot een stuk waarin de oudere actrice, netjes gekleed, zorgvuldig verslag uitbrengt van de reis en daardoor terugdenkt aan het vrijwilligerswerk dat ze als twintiger, in 1994 en 1996, in Congo en Rwanda deed. Ze staat achter een spreekgestoelte dat omringd wordt door rotzooi. Het oogt als een stort. Zo voelt haar hoofd ook. Intussen doet ze uitspraken over de zin en de onzin van ngo’s. Milo, die al in Congo gewerkt heeft en het land goed kent, laat de actrice ook gebeurtenissen beschrijven die hem troffen of treffen. Zoals het filmpje waarin de man verbrand wordt.

Rau stuurt zijn acteurs op (zelf)onderzoek, dat is een van zijn ‘regels’. Hoe ervaarde u dat?

Dottermans: Niet. Frank Focketyn, Chris Thys en Lien Wildemeersch ondervinden het wél aan den lijve. Zij doen veldonderzoek voor Lam Gods, dat in september in première gaat . Compassie is een remake, het onderzoek was al gebeurd en er was geen tijd meer om Olga Mouak – zij vertolkt de rol van de twintigjarige actrice – en mij eropuit te sturen. Olga en ik studeerden het stuk in tien dagen in. Bij nader inzien was die tijdsdruk de geknipte werkwijze. Zo was er amper tijd om stil te staan bij de inhoud. Die hakt erin… Milo wil en zal hiermee provoceren.

En intussen treedt u zijn kersverse manifest met voeten.

Dottermans: (grijnst) Het manifest moest nog geschreven worden toen wij repeteerden. In dat manifest somt hij tien regels op waaraan elke productie moet voldoen. (zucht) Volgens mij valt theater niet in een manifest te gieten. Regels zijn er om te overtreden. Olga en ik deden geen research, maar we maken het stuk wel van ons.

U hebt het bijvoorbeeld over uw zonen en uw man, acteur Han Kerckhoffs.

Dottermans: (citeert) ‘Ik probeer mij – zonder al te veel vrolijkheid – voor te stellen dat ik oud ben. Helder. Een ouderdom die zich aankondigt; mijn toekomstige gebreken. De gebreken en de dood van de mensen die ik lief heb. De dood van mijn man. De dood van mijn twee zonen.’ Ouder worden is je steeds vaker de dood van je geliefden voorstellen. En van jezelf.

Els Dottermans

– 1964: geboren in Heverlee

– 1986: studeert af aan Studio Herman Teirlinck

– vanaf 1989: Blauwe Maandag Compagnie (1989 De Meeuw, 1992 Wilde Lea, 1997 Ten oorlog)

– vanaf 1997: Toneelhuis (2001 Mamma Medea)

– vanaf 2005: NTGent

– 2017: Poquelin (tg STAN)

– 2018: eerste samenwerking met Milo Rau

Ik hoop dat ik nog zo lang mogelijk mag spelen! Mijn zonen zagen me nog niet vaak spelen. Maar nu komen ze kijken. De tijd is er rijp voor. Sam, de oudste, vierde onlangs zijn 21e verjaardag. Ik tracht een zo goed mogelijke moeder te zijn. Dat probeerde ik als meisje al. Ik groeide op in een gezin met vijf kinderen, er werd al heel vroeg verantwoordelijkheid van ons gevraagd. Dat verantwoordelijkheidsgevoel heb ik nog steeds. Wanneer iets uit de hand dreigt te lopen – zoals bij het NTGent in 2016 -, help ik mee om de boel te redden. En ik ren nooit weg. Wat ik begin, maak ik af.

Overwoog u ooit om mensen te redden in plaats van te acteren?

Dottermans: Ja. Maar dat is mijn talent niet. Dus laat ik dat aan anderen over die daar wel goed in zijn. In de tekst zeg ik: ‘Er is eigenlijk maar een mogelijkheid om werkelijk zinvol bezig te zijn. Dat is: je hele leven iets doen. Ik bedoel: hetzelfde doen.’ Dat is mijn levensfilosofie. Ik ben 54, het heeft even geduurd alvorens ik erachter kwam. Ik wilde schrijven, regisseren, lesgeven. Maar het acteren is mijn ‘iets’. Dat is mijn manier om te bestaan. Dát, en zorgen voor mijn gezin, in deze brandende wereld.

Welke zin uit de tekst heeft zich op uw netvlies gebrand?

Dottermans: Het is een zin die telkens weer weerzin opwekt: ‘Een geweer is een mooi werktuig. Ik houd van het geluid van het schot.’ Ik ben het hier zó mee oneens. Maar ik mocht de zin niet schrappen. Terwijl ik het zeg, neem ik een kalasjnikov, een echte, ja. Ik schrik er steeds van hoe zwaar dat ding is. Ik richt de loop op de zaal, dat levert een goed beeld op. Punt. Ik doe wat de regisseur me vraagt. Waarom? Omdat ik er ook van overtuigd ben dat dit beeld de idee versterkt dat deze vrouw zich vereenzelvigt met schuld. Dat beeld vertelt dit loepzuiver.

Wat vertelt Compassie?

Dottermans: Dat onze compassie vervaagt door gewenning aan de gruwel, aan de machinegeweren. In juni speelden we een try-out. Na afloop was het muisstil. Nochtans spelen Olga en ik niet emotioneel. Integendeel. Dit stuk verdraagt geen gehuil of getier. Ik sta gewoon stil en het zweet gutst mijn rug af. En dan gebeurt het: niet wij, de actrices, maar de realiteit die we binnenhalen, emotioneert het publiek. De foto van Kurdi, het verhaal over de brandende man. Dat is zo verfrissend aan Milo Raus aanpak. Daarom hapte ik toe toen hij dit project aan me voorstelde. Al speelde ik eerst hard to get. Een artistiek leider moet je soms eerst laten bedelen. (glimlacht)

Compassie. De geschiedenis van het machinegeweer gaat op 2 augustus in première in ‘s-Hertogenbosch en tourt vanaf 6 oktober door Vlaanderen. Meer op www.ntgent.be en www.festivalboulevard.nl

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content