Er gaat geen week voorbij of er komen onheilspellende berichten van vooral Europese constructeurs over de energietransitie die niet zo snel verloopt als gepland.
De Europese Commissie blijft op haar strepen staan om de uitstoot van koolstofdioxide op korte termijn te drukken. Om het hoofd te bieden aan de klimaatcrisis wordt de deadline voor een totaalverbod op verbrandingsmotoren min of meer gehandhaafd. In een interview met de Duitse zakenkrant Handelsblatt beweert Mercedes-kopstuk Ola Källenius dat de Europese auto-industrie instort wanneer de deadline van 2035 blijft. Källenius spreekt niet enkel voor Mercedes maar ook als voorzitter van de ACEA (Europese organisatie van autoconstructeurs), dus voor de ganse sector. Hij gelooft in een zachtere – lees: tragere – aanpak. Daarbij krijgen emissieloze voertuigen wel voordelen ten opzichte van verbrandingsmotoren, maar in een absoluut verbod gelooft hij niet. Hij stelt ook dat de randvoorwaarden voor EV-gebruik beter moeten. De ceo doelt dan op een breder laadnetwerk en vooral goedkopere stroomprijzen.
Complexe prijs
Ook op de Belgische markt rijden vooral professionele bestuurders met een EV. Privérijders die zelf kiezen houden de EV-boot voorlopig af. Hoewel we in ons land relatief korte afstanden rijden – ze matchen perfect met het rijbereik van de meeste EV’s – vormt de hoge stroomprijs een van de belangrijkste drempels om over te schakelen. Los van de soms pittige tarieven, blijft ook het gebrek aan transparantie over de prijs van een laadbeurt. Dat geldt ook zeker voor publieke laadbeurten omdat er zelden een display is met de eenheidsprijs, de afgenomen hoeveelheid stroom en de totaalkost. Anderzijds is het zeer complex om de exacte prijs voor thuisladen te krijgen. De ingewikkelde opbouw van de energierekening – energie, transport, heffingen,… – en variabelen zoals het capaciteitstarief maken het schier onmogelijk vooraf te bepalen wat een volle batterij zal kosten.