De gemiddelde leeftijd van ons wagenpark zit al een tijd in de lift. Naarmate voertuigen langer meegaan, stijgt de nood aan economisch verantwoorde herstellingen.
Wanneer er wat misgaat met relatief jonge voertuigen wordt het haperende onderdeel veelal vervangen door een nieuw. Dat gaat snel, vergt minder hoogopgeleide technici en biedt meestal een duurzame oplossing met dikwijls nog een degelijke garantie. Nadeel van deze aanpak is de vaak forse herstelkost. Naarmate voertuigen ouder worden, ligt de kostprijs van zo’n herstelling n extreme gevallen hoger dan de economische waarde van het voertuig.
Volgens het Nederlandse bedrijf Actronics, zelf gespecialiseerd in het refurbishen van gebruikte auto-onderdelen, ligt de prijs van een hersteld onderdeel tot 84 % lager dan dat van een nieuw. Vaak gaat het om elektronische modules, zoals regelapparaten of ABS-units. Specialisten kunnen die herstellen maar de units gaan bij merkgarages dikwijls op de schroothoop. Soms zijn de herstelde units zelfs beter dan nieuwe exemplaren omdat hun zwakke punt – bijvoorbeeld een kleine elektronische component – wordt vervangen door een kwalitatief beter onderdeel.
Steeds vaker bieden deze technieken het enige alternatief op herstelling. Bij voertuigen ouder dan 15 jaar zijn namelijk bepaalde onderdelen niet meer voorradig. Het afgelopen jaar is de markt van refurbished auto-onderdelen overigens met 20 % gegroeid.