De afgelopen week werden de Amerikaanse invoertarieven voor Europese producten, waaronder auto’s, afgeklopt. Die beslissing zal doorwegen op de Duitse auto-industrie.
De invoerheffing van 15 % geldt voor alle duidelijkheid op alle Europese voertuigen. Maar de Duitse premiummerken zoals BMW, Mercedes, Porsche en Audi worden het felst getroffen omdat de VS een belangrijke afzetmarkt vormen. Europese constructeurs moeten wellicht de prijzen van hun producten verhogen. Daardoor lopen ze het risico zichzelf uit de markt te prijzen. In de States dromen ze luidop dat constructeurs de wagens die ze in de VS verkopen ook op Amerikaanse bodem bouwen. Merken zoals Mercedes en BMW hebben er al assemblagesites operationeel en bestuderen of ze bepaalde modellen kunnen verschuiven. Maar zo’n aanpassingen in het productieproces verlopen traag en kosten geld. Dit type investering wordt bovendien enkel gedaan in een stabiel ondernemingsklimaat. De welles-nietes-show van de voorbije maanden is dat allerminst.
Porsche dreigt een van de grootste slachtoffers te worden omdat het geen voertuigen bouwt op Amerikaanse bodem. Bovendien stokt de verkoop op Chinese bodem, nog een belangrijke afzetmarkt. En daar bovenop komen de tegenvallende resultaten van de 100 % elektrische modellen van de sportwagenfabrikant die enkele jaren geleden een vrij eenzijdige keuze maakte richting snelle elektrificatie. Omdat de markt minder snel decarboniseert dan verwacht, moet Porsche misschien bijkomende saneringen doorvoeren. Porsche-CEO Oliver Blume gaf recent aan ‘dat het huidige bedrijfsmodel niet langer werkt’.