Lukas De Vos
Lukas De Vos Europakenner

De Europees-Afrikaanse top in Lissabon heeft een muis gebaard. En dat is niet verwonderlijk.

De inzet van de tweede top tussen de Europese Unie (EU) en de Afrikaanse Unie (AU) was dubbelzinnig én van te voren gehypothekeerd. Want eigenlijk had het, na Caïro 2000, al de derde topontmoeting moeten worden die de grootse hulpprogramma’s van de koloniserende mogendheden (de akkoorden van Lomé eerst, die van Cotonou daarna) zou doortrekken. Maar vier jaar geleden liep de afspraak spaak op de volslagen doorgedraaide politiek van de Zimbabweaanse president Robert Mugabe, dominee bij Gods genade, en politiek genie naar eigen goeddunken. De economische instorting en de onderdrukking van elke oppositie hebben van Zimbabwe de paria van Afrika gemaakt. Londen en Praag weigerden daarom hun regeringsleider te laten deelnemen aan de top.

Mugabe wordt helaas de hand boven het hoofd gehouden door andere onbetrouwbare sujetten: Al-Basher van Sudan, de man die in geen geval vrede in Darfur wil. Khaddafi van Libië, die elke Europeaan zonder visum de deur wijst. Achmed van Somalië, die geen morzel grond van zijn eigen land kan besturen. De echte sterke man achter Mugabe is evenwel Thabo Mbeki, de teleurstellende tweede zwarte president van Zuid-Afrika. Mbeki wil wat graag investeringen uit den vreemde, uit Europa en China vooral, maar slaagt er niet in Mandela te evenaren. Sterker, zijn ronduit racistische politiek ten aanzien van de blanken, zijn rampzalige aidsbeleid, zijn onwil om de noodlijdende bevolking van Zimbabwe bij te springen – het zijn tekenen die een normale verhouding met de Europese Unie ondermijnen. Toch is Zuid-Afrika met Algerije en Libië de grootste begunstigde van de Europese vrijhandelspolitiek.

Net daarop is de tweede top, die van Lissabon, spaak gelopen. Intentieverklaringen genoeg – strijd tegen de klimaatopwarming, beter bestuur, afwijzing van de corruptie – al blijken net in Afrika gewone burgers te moeten betalen voor diensten waarop ze eigenlijk recht hebben, zoals politiebescherming of basisonderwijs. Maar concrete afspraken kwamen er niet. Europa heeft schuld, Afrika heeft schuld. Europa blijft hameren op handelsafspraken, een vrije markt die vooral de eigen leveringen ten goede komt. Frankrijk had net grote energiecontracten met Algerije afgedwongen, maar denkt er niet aan de landbouwsubsidies af te schaffen. Duitsland verkettert het gebrek aan democratie, maar schuwt controle op zijn machine-uitvoer. Terecht wees Afrika de voorgestelde EPA’s (economische partnerschapsakkoorden) af.

En dan was het schoon zuchten dat ‘Afrika het grootste slachtoffer is van de klimaatopwarming’ (Verhofstadt), dat ’toegang tot zuiver water de kindersterfte met 55 % kan verminderen’ (Barroso), dat ‘goed bestuur begint bij begrotingsondersteuning’ (Michel, Merkel). Maar de koppeling van ethische waarden aan beleid had een zeer pervers effect. Afrika vindt niet dat het zich door Europa de les moet laten lezen; China sluit graag de ogen voor misbruiken als het maar grondstoffen krijgt; Amerika is slechts geïnteresseerd zolang de strijd tegen de islamterreur ingang vindt. Voor Europa is Afrika niet meer dan een natuurlijke uitbreiding van zijn markt. Als het proper kan, des te beter (diamant); als dat niet zo is, tant pis (coltran, uranium, olie, koper). De taak van de nieuwe Europese ambassadeur bij de Afrikaanse Unie, de Vlaming Koen Vervaeke, wordt geen sinecure. Hij heeft wel ervaring. Hij is jarenlang woordvoerder op Buitenlandse Zaken geweest. Een andere krabbenmand.

Lukas De Vos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content