ING-econoom Ivan Van de Cloot over de zwakke dollar, de kredietcrisis, de hoge olieprijs en de gevolgen voor onze economie. Of eist het lange formatieberaad nog een hogere tol? ‘De laatste zes jaar is er ook niet voldoende bespaard.’

‘De Amerikanen prediken wel dat ze een sterke dollar willen, maar in de realiteit voeren ze een ander beleid’, zegt ING-econoom Ivan Van de Cloot. ‘Ze kampen met grote economische problemen, laten de wisselkoers van de dollar zakken en exporteren zo hun problemen naar de rest van de wereld. De dollar staat nu 20 procent lager dan zijn fundamentele evenwichtskoers. Onze exporteurs krijgen het dus hard te verduren, want ze kunnen met de dure euro moeilijk concurreren tegen de Amerikanen met hun goedkope dollar.’

Het grootste economische probleem voor de VS is op dit moment de kredietcrisis?

IVAN VAN DE CLOOT: Klopt, de banken verstrekten ninjakredieten: ze gaven leningen aan mensen met no income, no job or assets (geen inkomen, werk of bezittingen). Vervolgens verpakten ze op een innovatieve manier een mix van goede en slechte kredieten, en dat werd doorverkocht aan banken, verzekeringen en pensioenfondsen over heel de wereld, die het vaak op hun beurt nog eens doorverkochten. Zo werd het probleem van die slechte kredieten altijd maar doorgeschoven en kwam dat terecht bij een investeerder die geen zicht meer had op het echte risico.

Dat moet vroeg of laat fout aflopen.

VAN DE CLOOT: Ja, en er kwam nog bij dat plots niemand nog dat verpakt krediet wou kopen, want niemand wist hoeveel goede en slechte kredieten daarin zaten. Gevolg was: je kon ze niet meer aan de straatstenen kwijt, dus hun waarde werd bijna nul. Nu verplicht de toezichthouder dat banken het verpakte krediet waarderen volgens wat het nu op de markt waard is. Zo hebben de banken al 50 miljard dollar moeten afschrijven en niemand weet hoeveel er nog zal volgen. Sommigen spreken zelfs van 400 miljard. Maar laten we nuchter blijven: als de termijn van zo’n verpakt krediet afloopt, kunnen die banken wellicht de goede en een deel van de slechte kredieten recupereren, dus wat men nu aan verliezen afboekt, zijn eigenlijk virtuele verliezen. Het kan dus best zijn dat je op het moment dat die producten aflopen meevallers krijgt voor de banken.

In ons land hebben Dexia, Fortis, KBC en ING gezegd dat ze ook met zulke risicovolle kredieten opgezadeld zitten. Er werd in totaal al voor 641 miljoen euro afgeboekt en er werden provisies aangelegd. De beurskoersen van die banken kregen serieuze klappen. Er dreigt een vertrouwenscrisis.

VAN DE CLOOT: Dat zijn de financiële markten: ze schieten van het ene extreme naar het andere. Nu gingen de beurskoersen naar beneden vanwege virtuele verliezen, maar als de kredieten aflopen en ze kunnen wat recupereren, stijgen de winsten en zullen de beurskoersen ook weer opveren. Trouwens, de virtuele verliezen van de Belgische banken zijn verwaarloosbaar tegenover hun marktkapitalisatie.

De meeste beurzen kregen ondertussen klappen en dat heeft ook zijn gevolgen voor de economie.

VAN DE CLOOT: De Europese beleggers reageren met een pavlovreflex op iedere evolutie in de VS. Dat is vaak irrationeel, maar het gevolg is wel dat de beurzen in elkaar zakten. En dat heeft inderdaad een reële impact op de economie: de gezinnen en ondernemers worden minder optimistisch en zouden wel eens minder kunnen consumeren en investeren.

Stevenen we door de lage dollar en de Amerikaanse kredietcrisis af op een groeivertraging in België?

VAN DE CLOOT: Ja. De lage dollarkoers en de vertrouwenscrisis hebben directe gevolgen voor onze economie. Bovendien vertraagt de groei in de VS en ook dat heeft negatieve gevolgen voor onze economie, maar die zullen we pas na 6 tot 9 maanden merken. En als de mondiale economie vertraagt, zullen we dat als exportland extra merken. We stevenen dus af op een groeivertraging: we rekenen op een groei van 2,6 procent in 2007 en gaan naar 1,8 procent in 2008.

Dan is er nog de stijging van de olieprijs.

VAN DE CLOOT: Ja, die wordt gelukkig nog enigszins afgeremd door de zwakte van de dollar.

Is het lange formatieberaad in deze context een groot probleem?

VAN DE CLOOT: Wat kan een nationale regering doen aan de dollar, de kredietcrisis of dure olie? Niets. Ja, ze kan de arme gezinnen die getroffen worden door de hoge olieprijs wel een cheque geven, maar dat beïnvloedt onze groei nauwelijks.

Volgens gouverneur van de Nationale Bank Guy Quaden kost de aanslepende regeringsvorming ons 2,5 miljard euro.

VAN DE CLOOT: Door het uitblijven van een nieuwe regering betalen we iets meer rente op onze schulden en dat komt neer op zowat 10 miljoen euro per jaar. Als de lange regeringsvorming uiteindelijk tot resultaat heeft dat er een betere regering komt, dan zal dat snel uitgewist zijn.

Maar de sanering bleef wel uit, zegt Quaden.

VAN DE CLOOT: Dat is toch niet nieuw! De laatste zes jaar is er ook niet voldoende bespaard. Tijdens de vorige regeringen daalde de rente, zodat we daaraan 10 miljard minder moesten uitgeven. Maar wat hebben we gedaan? We hebben meer uitgegeven aan leuke dingen, zoals gratis openbaar vervoer voor 60-plussers of 46.000 extra jobs bij de overheid. Hadden we met die 10 miljard onze schuld doen dalen, stonden we nu al een hele stap dichter bij het trotseren van de vergrijzing.

DOOR EWALD PIRONET

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content