JA
Zijn genetisch gewijzigde gewassen oké? Ja: 48,48% Nee: 51,52%
‘Elke zichzelf respecterende regio heeft recht op een verlofdag en kent dit recht ook toe aan haar inwoners. 11 juli is al voor veel Vlamingen een vrij moment. Het onderwijs, de bouwsector, de ambtenarij en heel wat lokale besturen hebben vrij. Tijdens die eerste zomermaand verzwakt dus bovendien de economische productiviteit. Heel wat werknemers nemen in juli hun jaarlijkse vakantie op, waardoor de meeste bedrijven niet op volle kracht draaien. De kosten van een betaalde vrije 11 juli moeten niet worden overdreven. Voor arbeidsintensieve sectoren als de horeca, het toerisme en de recreatie betekent een officiële feestdag zelfs een grotere omzet. De middenstand in de horecasector is heel opgezet met ons voorstel.
Een vrije dag meer veroorzaakt geen economische malaise. Uiteraard ziet een aantal werkgevers op tegen de financiële gevolgen. Maar zij moeten er creatief mee omgaan. De laatste jaren zet een trend van arbeidsduurvermindering zich onmiskenbaar voort. Hier is ruimte voor onderhandeling. De compensatiedagen of -uren voor overwerk kunnen worden ingeruild voor een vrije 11 juli. Want wanneer we een andere officiële feestdag schrappen voor 11 juli, trappen we op de tenen van andere groepen in onze samenleving. Zo heeft een dag als 1 mei een belangrijke symbolische waarde voor een segment van de Vlaamse bevolking. Ook aan de kerkelijke feestdagen wil ik liever niet knabbelen.
In vergelijking met andere Europese landen heeft België veel minder betaalde feestdagen. Finland, Duitsland, Italië en Spanje hebben er veel meer. Die landen zijn daarom toch niet minder productief. Alle Vlamingen moeten de kans krijgen om van 11 juli een gezellig volksfeest te maken. Wallonië kan een eigen feestdag bepalen. De Vlaamse liberalen bepleiten deze betaalde vrije dag al lang. We willen hem nu absoluut op de politieke agenda.’
‘Het lijkt natuurlijk een beetje onsympathiek om niet voor een bijkomende vrije dag te pleiten, maar iemand zal de economische kosten daarvan moeten dragen. Grote vraag is wie. We verkeren vandaag in een periode van vertraagde economische groei. Het ondernemersvertrouwen is nog nooit zo laag geweest. Unizo verbaast zich erover dat de VLD uitgerekend nu een bijkomende betaalde feestdag wil en geen andere prioriteiten stelt. De kostprijs van een extra vrije dag raamt Unizo op ruim 258 miljoen euro. Dat is een serieus bedrag dat niet zonder meer ten laste van het bedrijfsleven mag komen. Bepaalde sectoren hebben deze kostenfactor geïntroduceerd in hun onderhandelingen over de loonnormen. De non-profitsector heeft zo bijvoorbeeld gekozen voor een bijkomende vrije dag op 11 juli. Andere sectoren houden het bij loonsverhogingen voor de werknemers. Unizo stelt zelf een aantal mogelijke initiatieven voor. 11 juli kan bijvoorbeeld ingeruild worden voor een andere erkende feestdag. Een tweede optie is een feestdag in het weekend niet te compenseren, naar het voorbeeld van Nederland. Een laatste mogelijkheid is de financiële bijdrage van 20 miljoen euro van de Vlaamse regering aan de werkgevers.
In de stad Brussel wordt een Vlaamse feestdag op 11 juli een complexe zaak. Nemen dan alleen de Vlaamse werknemers in een onderneming vrij? En moeten we dan ook een Brusselse en Waalse feestdag honoreren? Op al deze pertinente vragen, blijft de politiek een antwoord schuldig. Voor sectoren zoals de horeca lijkt een extra feestdag voordelig. Op korte termijn is dat wellicht zo. Maar ook de horeca kampt nu met te hoge loonkosten. Niemand heeft belang bij nog hogere lasten voor de werkgever. Werknemers in andere sectoren hebben weinig aan de omzet in de horecasector. Voor werklozen is een extra feestdag trouwens een luxeprobleem. Lastenverlaging is nu de prioriteit. Niets anders.’
NEE
‘Een vrije dag veroorzaakt geen economische malaise.’
‘De horeca kampt nu al met te hoge loonkosten.’