78% Ja – 22 % Nee
De What?-generatie voelt zich meer Europeaan dan de gemiddelde Belg. Vooral vrouwen en hogeropgeleiden dan. ‘Als ze dat gevoel behouden als ze ouder worden, bestaat de kans dat Europa alsmaar vanzelfsprekender wordt’, zegt professor Hendrik Vos, directeur van het Centrum voor EU-Studies van de Universiteit Gent. In het verleden ondernamen Europese leiders geregeld pogingen om het Europa-gevoel aan te zwengelen: van een vlag tot een volkslied en een eigen feestdag. Allemaal tevergeefs. ‘Maar nu ontstaat dat gevoel in alle stilte onder jonge mensen die in andere landen vrienden hebben met wie ze, via Facebook, in een gemeenschappelijk soort Engels communiceren.’
Vos: ‘Opvallend is wel dat veel jongeren de Europese Unie vooral als een noodzakelijke structuur zien. Achter hun Europa-gevoel zit geen ouderwetse romantiek of grote passie, maar wel pragmatisme: dankzij de EU kunnen ze ongehinderd door de lidstaten reizen en in het buitenland werken of studeren. En als de roamingkosten straks worden afgeschaft, kunnen ze er ook gratis online gaan.’ Dat lager opgeleiden niet zoveel ophebben met de EU, komt vooral doordat zij minder gebruikmaken van die voordelen. ‘Doordat ze bijvoorbeeld minder reizen, brengen ze vrij verkeer veeleer in verband met criminaliteit en terrorisme. Europa is daar lange tijd blind voor geweest.’
Uit de enquête blijkt ook dat maar 6 procent van de 18- tot 34-jarigen wil dat België uit de EU stapt, terwijl dat onder de volledige bevolking liefst 30 procent is. ‘Ook bij het Britse referendum kozen jonge mensen ervoor om bij de EU te blijven’, legt Hendrik Vos uit. ‘Toch gingen in verhouding veel minder jongeren stemmen. Dat toont weer aan dat zij er niet zo emotioneel bij betrokken zijn.’
Hannah Dossche: ‘Ik voel me meer wereldburger dan Europeaan, en dat geldt voor veel van mijn leeftijdgenoten. Je hoort de laatste tijd ook niet veel positiefs over Europa. Zeker niet sinds het Verenigd Koninkrijk voor de brexit heeft gekozen. De EU is vooral handig omdat je door de open grenzen heel vlot door de lidstaten kunt reizen. Ik ben er ook voor dat oorlogsvluchtelingen in Europa worden toegelaten. Het zou wel heel egoïstisch van ons zijn om hen in de kou te laten staan.’
Charles Derre: ‘Het Europese beleid staat erg ver van de burger. Je hebt er nauwelijks invloed op. Wie verkiest bijvoorbeeld Jean-Claude Juncker tot voorzitter van de Europese Commissie? Is de welvaart voldoende verspreid over de EU om één blok te vormen? Sommige landen hebben een gemeenschappelijke geschiedenis, andere duidelijk niet. Hoe moet je bijvoorbeeld omgaan met Viktor Orban in Hongarije? De manier waarop hij vluchtelingen aanpakt staat toch haaks op de mensenrechten?’
Inge Deley: ‘Ik ben Europeaan om de simpele reden dat ik in Europa ben geboren en getogen. Maar dat betekent niet dat ik me sterk met Europa verbonden voel. Wel ben ik blij met de open grenzen: daardoor voelt het haast alsof de EU één land is. Constant zie je hoe vluchtelingen uit de hele wereld tevergeefs proberen om in een ander land te raken. Maar wij zullen wél kunnen vluchten als dat ooit nodig is, dankzij de open grenzen. Als moeder vind ik dat belangrijk.’
‘Achter het Europa-gevoel van jongeren zit geen romantiek, maar pragmatisme.’ Hendrik Vos (UGent)