Overal ter wereld buigen commissies zich over de oorzaken van de bankencrisis. Ze komen allemaal tot vrijwel dezelfde conclusies. Waaronder deze: klanten waren bijzaak.
In Nederland wil men bankiers in de toekomst een eed laten afleggen. Dat zal zeker niet alle problemen voorkomen, maar vergelijk het met de eed die medici zweren: ‘Ik verbind mij plechtig mijn leven te wijden aan de dienst van de mens. (…) Ik zal de gezondheid van mijn patiënt als mijn voornaamste bekommernis beschouwen’ enzovoort.
Het Nederlandse ontwerp van de eed voor bankiers is interessant: ‘Ik verklaar dat ik mijn functie als bankier integer en zorgvuldig zal uitoefenen. Ik zal een zorgvuldige afweging maken tussen alle belangen die bij de bank betrokken zijn, te weten die van de klanten, de aandeelhouders, de werknemers en de samenleving waarin de bank opereert. Ik stel in die afweging het belang van de klant voorop en zal hem zo goed mogelijk inlichten. (…) Ik zal mij open en toetsbaar opstellen en ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving. (…) Ik zal zo het beroep van bankier in ere houden.’
Let vooral op het zinnetje waarin staat dat ‘het belang van de klant’ vooropstaat, want dat was de laatste jaren zeker niet het geval. Ook niet bij onze banken, zo leert het rapport van de commissie van experts die de oorzaken van de bankencrisis onderzocht. Nuance: toch niet van de gewone klant, want enkele dagen later bleek uit een verslag van een andere commissie, die onderzocht waarom grote fiscale fraudes ongestraft blijven, dat banken een cruciale rol spelen bij grote belastingfraudes. Het belang van zo’n grote klant was voor de bankiers blijkbaar groter dan het algemeen belang.
Het rapport van de commissie van experts is vernietigend voor de bankiers. De rendementsverwachtingen bij de Belgische banken misten de voorbije jaren elk gevoel voor realiteit. Grote onvoorzichtigheid en een ongezonde drang naar internationale expansie leidden tot de instorting van het systeem. De aandeelhouders hebben te veel macht, de referentieaandeelhouders van Fortis worden de mantel uitgeveegd: ‘Zij dienden enkel zichzelf, wat niet meer van deze tijd is, en in strijd met een democratie die zichzelf ‘sociaal’ noemt.’
Opvallend is wel dat de Commissie voor het Bank-, Financie-, en Assurantiewezen (CBFA) gespaard wordt, terwijl die als controle-instantie toch duidelijk tekortschoot. Misschien omdat de sleutelposities bij de CBFA bevolkt worden door politieke vertrouwelingen? Sommigen menen dat de CBFA onvoldoende macht en middelen had om haar controlerende taak goed uit te voeren. Dat betekent dat de politici ook een grote verantwoordelijkheid dragen in het ontsporen van ons bancaire systeem.
Mogelijk is een eed voor bankiers een element in het herstel van het vertrouwen in bankiers. Misschien moeten politici die verantwoordelijkheid dragen, naast trouw aan de grondwet, ook zo’n eed afleggen zodat het vertrouwen in hen zich kan herstellen. Bijvoorbeeld: ‘Ik verbind mij plechtig mijn leven te wijden ten dienste van de mens. Ik verklaar dat ik mijn functie als politicus integer en zorgvuldig zal uitoefenen.’
Zo’n belofte klinkt vanzelfsprekend, maar in de praktijk blijkt dat allerminst.
door Ewald Pironet