Mensen leven van voorbeelden. Omdat Vladimir Poetin niet drinkt, staat het in bepaalde Russische kringen chic om hun president daarin te volgen. Voor de schrijver Viktor Jerofejev (1949) is het echter veel leuker om de vastgeroeste drankgewoonten in de Russische fabrieken te beschrijven, waar de gestreste werknemers eerst ‘schenk eens in’ tegen elkaar roepen voor ze elkaar begroeten. Als we Jerofejev, de schrijver van de schandaalroman Een schoonheid in Moskou mogen geloven, stoken de Russen nog altijd zelf, en als de voorraad thuis op is, grijpen ze zoals weleer naar Trojar, een gearomatiseerd schoonmaakmiddel voor badkuipen. Nazdarovje!

Rusland zou zijn beschaafde kant kunnen hebben, maar doet slechts weinig moeite om die te veroveren, vertelt Jerofejev in een van de essays uit Een vrolijke hel. Het Rusland van Poetin. Een schim uit dat beschaafde Rusland heet Michail Chodorkovski, Ruslands succesvolste ondernemer die achter de tralies vloog omdat hij in een aanval van menslievendheid aansluiting zocht bij de maatschappelijke westerse normen. Dat werd hem door de meeste Russen erg kwalijk genomen, waardoor het voor Poetin een koud kunstje was om met deze puissant rijke energiefilantroop met politieke ambities af te rekenen. Want Chodorkovski deugt niet omdat hij niet lui genoeg is, omdat hij te weinig Oblomov is en omdat de glazen van zijn bril te veel blinken. Voor Jerofejev staat het vast dat de Russen nog liever in elkaar storten dan te veranderen: ‘We zijn allemaal tientallen en honderden jaren zo kromgetrokken dat mensen die rechtop lopen, zonder hulp van hun handen en voeten, ons als wangedrochten voorkomen, zo niet als misdadigers.’

We krijgen een uitstekend en vrij volledig beeld van het poetinistische Rusland bij Jerofejev, die op een ongegeneerde en niet eens ironische manier seksistisch is. Zonder met de ogen te knipperen meent de schrijver dat zoals overal in de wereld pijpen de voornaamste levensbestemming van de Russische vrouw geworden is, al is hij ervan overtuigd dat alleen vrouwen die het al kunnen, het ook nog kunnen leren. Met even veel zwier schrijft Jerofejev over de hardnekkigheid waarmee hij in een Noors restaurant, tot verbijstering van zijn westerse dierenvrienden, kreeft wil eten. Maar uiteindelijk betaalt de Rus een fikse fooi om het dier weer in zee te gooien. Jerofejev wil immers hoe dan ook tot de selecte westerse club behoren, al moest hij daarvoor zijn laatste roebel dokken: ‘Geef taxichauffeurs en obers een grote fooi. Er is een kans dat Europa daarna Russisch gaat praten.’

VIKTOR JEROFEJEV, EEN VROLIJKE HEL. HET RUSLAND VAN POETIN. VERTAALD DOOR ARIE VAN DER ENT. MEULENHOFF, AMSTERDAM, 301 BLZ., 22,50 EURO.

Piet de Moor

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content