De schemerzone van de partijfinanciering blijft Leo Delcroix en de CVP achtervolgen. De messen worden volop geslepen.

Dat de CVP haar boekhouding laat controleren door een revisor die van de partij belangrijke opdrachten krijgt bij de spoorwegen (NMBS) en Belgacom, daar moesten vodden van komen. Maar misschien was het de christen-democraten niet in eerste instantie om stringente controle te doen, toen ze in 1989 Herman Van Impe aanstelden. Dat diezelfde bedrijfsrevisor er met cruciale gegevens van de partijboekhouding van door was gegaan, leek helemaal te gek. En toch, dat was de stelling die CVP-woordvoerder Willy Buijs vorige week in het weekblad Humo suggereerde en nadien in Gazet Van Antwerpen openlijk verdedigde. Van Impe diende klacht in tegen Buijs wegens laster en eerroof.

?De documenten van 1990 en 1991 die in november uit de CVP-boekhouding zijn verdwenen, zijn meer dan waarschijnlijk ontvreemd door bedrijfsrevisor Herman Van Impe. Daar zijn getuigen van,? zo verklaarde Buijs aan de Antwerpse krant. Hij wees erop dat de verdwijning van de papieren samenviel met een nieuwe fase in het dossier van de milieuboxen. Op 6 november van vorig jaar maakte de Antwerpse procureur-generaal Roger Van Camp een dossier over aan Vlaams parlementsvoorzitter Norbert De Batselier (SP).

De Antwerpse procureur-generaal schreef dat in een Zwitserse kluis een nota werd teruggevonden waarin de gevallen ondernemer Jean-Pierre Bleyen ( Zincpower) verklaarde dat het Limburgse bedrijf Plascobel twee miljoen frank aan de CVP betaalde, in ruil voor het order van de milieuboxen. Bleyen trad destijds op als lobbyist voor Plascobel. Een week later besliste het Vlaams parlement om minister van Leefmilieu Theo Kelchtermans niet, maar zijn dossier wél naar het Hof van Cassatie te verwijzen. CVP-voorzitter Marc Van Peel ontdekte in de boekhouding van de studiedienst Cepess een gift van twee miljoen frank. Of er voorts sprake was van een andere gift van twee miljoen frank, werd niet duidelijk.

Precies in die periode dus verdwenen uit het CVP-hoofdkwartier belangrijke documenten, die daar kort tevoren nog gezien waren. Voor Buijs lagen de zaken simpel : er hing een geurtje aan het succesvol financieel beleid van gewezen nationaal secretaris Leo Delcroix (1984-1991). Meer concreet luidde de boodschap : de gebroeders Bleyen smeerden de partij niet alleen voor de milieuboxen. Het door de Bleyens gefinancierde en op initiatief van Delcroix opgerichte mediabedrijf Hermes Communications was betrokken in een facturencarrousel die partijfinanciering moest camoufleren. Buijs voegde er nog veelzeggend aan toe dat niet Kelchtermans maar de veel geviseerde Delcroix de spin in het web was.

De saga over het geknoei met de partijfinanciering van de grootste Vlaamse partij bereikte meteen een nieuw hoogtepunt. De anonieme Buijs werd voor velen een held. Er was in de CVP een Don Quichote opgestaan die, ondanks zijn functie, man en paard durfde te noemen. ’s Avonds was Buijs woordvoerder af. In navolging van zijn SP-collega Louis Tobback verzorgt CVP-voorzitter Van Peel alvast tot 1 september zelf de communicatie met de buitenwereld. Maar Buijs staat niet op straat. Hij blijft directeur communicatie en afgevaardigd-bestuurder van Kridemo, de VZW die zich met de radio- en televisie-uitzendingen bezighoudt.

ONDERZOEK ZONDER PAPIER

Op 21 mei deden het gerecht en het Hoog Comité van Toezicht (HCT) een huiszoeking in de woning en het kabinet van minister Kelchtermans, bij enkele van zijn (gewezen) medewerkers en bij Plascobel. Speurders gingen ook een kijkje nemen bij inspecteur-generaal Wilfried De Nijs van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (Ovam). CVP’er De Nijs was actief betrokken bij het miljardenorder voor deze nutteloze overheidsdoos. Na afloop van zijn ondervraging door een raadsheer van het Hof van Cassatie was Theo Kelchtermans gelukkig omdat er eindelijk een beetje schot in de zaak kwam. Tenslotte was het ruim een half jaar geleden dat het parlement zijn dossier naar Cassatie verwees. Sindsdien vernam de minister officieel niks meer over de affaire.

Een dikke week later, op 27 en 28 mei, stapte het Hoog Comité van Toezicht af aan de Brusselse Wetstraat 89, het nieuwe hoofdkwartier van de CVP. Gedurende twee dagen zocht het er naar mogelijke sporen van illegale partijfinanciering. Het onderzoek hield verband met de aanbesteding van de milieubox en met de affaire Superclub, waarvoor ondernemer Jozef Delcroix (broer van), gedurende zes weken werd opgesloten. Delcroix kwam uiteindelijk eind april voorwaardelijk vrij, nadat hij een borgsom van zes miljoen frank betaalde.

De speurders controleerden in het CVP-hoofdkwartier de boekhouding van de partij en haar VZW’s en satellieten. Maar een deel van de boekhouding bleek verdwenen. Nét dat deel met de omstreden facturatie van de televisie-uitzendingen in 1990 en 1991. Een boekhouder van de partij werd twee dagen vastgehouden. De volgende dagen gonsde het van de geruchten. De naam van Leo Delcroix lag andermaal op de lippen van al zijn partijgenoten. Delcroix zelf kondigde aan dat hij het gerecht met plezier de nodige uitleg zou verschaffen. ?Ik heb niks met de milieuboxen te maken,? verklaarde hij.

Voor voorzitter Van Peel viel het zoveelste lijk uit de kast. Hij kondigde aan dat het kantoor Ernst & Young de boekhoudkundige structuur van Kridemo grondig zou analyseren. Niet iedereen in de partij was even ingenomen met dit initiatief. Dat het onderzoek ook niet binnen de week tot resultaat zou leiden, zoals Willy Buijs aanvankelijk aankondigde, was voorspelbaar. Het privé-kantoor beschikt namelijk niet over de boekhouding die ze hoort te analyseren. Dat is geen beetje vervelend. Wat de CVP nog aan belangrijke documenten bezat, nam het Hoog Comité immers mee. De rest verdween op mysterieuze wijze. Om een zicht te krijgen op de belangrijkste transacties, vroeg het auditbedrijf dan maar de uittreksels bij de verschillende banken op.

EEN BELASTENDE VERKLARING

De bezoeken van het Hoog Comité aan het partijhoofdkwartier en de diefstal van interne documenten zetten woordvoerder Buijs aan het denken. Volgens anderen is er toen bij hem iets geknakt. Buijs bekeek het dossier van dan af in elk geval met andere ogen. Voor hem ging het niet langer om een mogelijk duistere partijfinanciering. Er was sprake van persoonlijke verrijking. Meer nog : de partij had geld toegestoken aan de Bleyens, in de plaats van dat ze door de Limburgse parvenu’s financieel was gesteund !

Meer nog dan voorheen was Leo Delcroix in de ogen van Buijs het zwarte beest. Aan wie het horen wilde, verkondigde Buijs dat Delcroix moest opkrassen. Opnieuw werd de villa van Delcroix in Zuid-Frankrijk opgevoerd. Niet het feit dat er postbodes in het zwart aan gewerkt hadden, was verdacht. Wel dat de Bleyens bij de aankoop betrokken waren. Uiteindelijk pakte Buijs uit met zijn uitspraken over de rol van de bedrijfsrevisor en met zijn insinuaties in de richting van Delcroix.

Kort daarop legde Kris Lelièvre-Damit, tot 1992 bij Hermes, een verklaring af voor de Hasseltse onderzoeksrechter. Hij vertelde over een probleem met een onbetaalde factuur van 2,6 miljoen frank voor een campagnefilm ten tijde van de parlementsverkiezingen van november 1991. Delcroix zou hem op weg hebben gezet naar ICC-Industries (Lokeren), nog een bedrijf van de gebroeders Bleyen. In die constructie betaalde ICC de factuur aan Hermes, waarop Plascobel geen 2.600.000 maar 3.750.000 frank aan ICC overmaakte, in ruil voor een andere factuur voor niet-geleverde prestaties.

Met andere woorden : de medeproducent van de milieuboxen (Plascobel) betaalde via een omweg (Hermes) een propagandafilm van de CVP. En er zou zelfs nog wat geld overblijven, voor CVP-politici. Delcroix ontkende. Volgens het Vlaams parlementslid ging het om de zoveelste geldcarrousel binnen de Bleyenholding, een kluwen waarin een kat haar jongen niet terugvindt. Maar met die holding had Delcroix niks te maken, laat staan met de geldcarrousels. Aldus de gewezen CVP-secretaris. Lelièvre-Damit ging pas aan het praten na de verklaringen van Buijs. Nog terwijl Lelièvre zijn verklaring aan het Hoog Comité aflegde, had er al een versie de BRTN bereikt. Tegenstanders in de partij zien daarin een manoeuvre van Buijs. Eerder was Lelièvre twee keer ondervraagd, maar toen had hij de lippen op mekaar gehouden.

EXUBERANTE CAMPAGNES

Toen Leo Delcroix in 1984 partijsecretaris werd, erfde hij van zijn voorganger Ludo Willems een financiële put van om en bij de honderd miljoen frank. Precies omwille van de financiële chaos haalden voorzitter Frank Swaelen en Jean-Luc Dehaene de jonge jurist en econoom (1949) weg bij het Limburgse Verbond van Christelijke Werkgevers (VKW). De Kempenaar bleef op de loonlijst van het VKW staan, maar de CVP betaalde zijn salaris terug. Delcroix werd voor korte tijd naar de partij gedetacheerd.

Na een jaar was de financiële situatie van de partij weer overzichtelijk, onder meer door een consolidatielening bij BAC (nu Bacob, de bank van de christelijke arbeidersbeweging). De CVP zette het mes in de personeelskosten en kwam tot overeenkomsten met de fiscus en de sociale zekerheid. Alleen al bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) stond de partij voor vijftien miljoen frank in het krijt. Kortom, Delcroix deed wat hem gevraagd was. Hij klaarde de klus. Na de voor de CVP succesvolle verkiezingen van 1985 kon Delcroix naar zijn oude job terugkeren. Hij deed het niet.

Delcroix bleef, ook toen Herman Van Rompuy in 1988 Swaelen als voorzitter opvolgde. Delcroix had Van Rompuy gesteund tegen de zogeheten zeven kabouters, die toen kandidaat-voorzitter waren ( Wivina Demeester, Johan Van Hecke, Chris Taes, Maurice Didden, Luc Martens, Eric Van Rompuy, Eddy Bruyninckx). Van Rompuy zag in Delcroix iemand die neen kon zeggen en moeilijke knopen durfde door te hakken, ook in het personeelsbeleid. Uiteindelijk bleef Delcroix tot november 1991. Na de zogeheten zwarte zondag werd hij gecoöpteerd senator. Officieel omdat een gecoöpteerd senator minder verplichtingen heeft en Delcroix zich dus met het bedrijfsleven zou kunnen bezighouden. Volgens velen omdat de parlementaire onschendbaarheid hem goed van pas kwam. In maart 1992 werd hij minister van Defensie, maar hij moest aftreden omdat hij had gelogen over het zwartwerk van enkele postbodes in zijn villa in Zuid-Frankrijk. Het belette hem niet om een erg goed resultaat neer te zetten bij de jongste parlementsverkiezingen.

Delcroix maakte nooit een geheim van zijn goede contacten met het bedrijfsleven zijn eigen familie bestaat uit ondernemers en zijn schoonvader was destijds de grote baas van Ford Genk. Met zijn relaties dumpte Delcroix in geen tijd de financiële put van de partij. Hij verzamelde naar schatting nog eens ongeveer één miljard frank voor de exuberant dure en snel op elkaar volgende verkiezingscampagnes van die jaren. Dat er daarbij meer dan eens een scheve schaats werd gereden, was voor iedereen duidelijk. De CVP stond daarmee niet alleen.

Uiteindelijk begreep de politieke wereld zelf dat het zo niet verder kon. In verscheidene fasen kwam er een wettelijke regeling tot stand. Vandaag worden de partijen door de overheid gefinancierd en zijn giften van bedrijven verboden. De partijfinanciering is dus in tien jaar tijd aanzienlijk verstrengd. Maar ook voor er stappen in die zin werden gezet, was het vanzelfsprekend verboden om de partijkas te stijven in ruil voor een of andere overheidsopdracht. Alleen : de schemerzone van de partijfinanciering was groot.

Goed gevulde enveloppes werden onder tafel overhandigd aan individuele kandidaten of vertegenwoordigers van de partij. Bedrijven namen de drukkerijfacturen van de campagnes over en brachten ze bij de fiscus in als onkosten. De belastingen voerden een gedoogbeleid. Volgens sommigen is het systeem van de facturatie door derden ook vandaag nog niet uitgeroeid. ?Wie betaalt er de dure kaarten voor het jaarlijks tuinfeest of bal van een minister, volksvertegenwoordiger of burgemeester ? Ze doen het alleen wat voorzichtiger,? zo klinkt het.

Het was in die schemerzone dat Leo Delcroix goede resultaten behaalde. Intern zorgde hij ervoor dat alvast op partijniveau het systeem van de facturatie door derden werd afgeschaft, wegens te riskant voor de bedrijven. Ook voor de politici kon die facturatie vervelend zijn. Zo kwam een verkiezingsfactuur (112.890 frank) uit 1988 van uitgerekend Johan Van Hecke (CVP) in een gerechtelijk dossier van de zwarte baron De Bonvoisin terecht. De factuur was door de drukker ter betaling aan een van de bedrijven van De Bonvoisin gezonden. Maar dat even terzijde.

Delcroix veralgemeende het systeem van de fund raising dinners : rijke sympathisanten en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven betalen irrealistisch hoge bedragen in ruil voor een maaltijd met een politieke vedette. Voorstanders bestempelen dat systeem als een democratisering van de fund raising. Partijen werden op die manier minder afhankelijk van enkele grote sponsors. Delcroix verzette zich destijds niet tegen een systeem van overheidsfinanciering, maar dan wel een waar zijn CVP het meeste profijt uit kon halen.

EEN VERDIENDE VAKANTIE

CVP-voorzitter Van Peel moest de jongste weken al eens uitdrukkelijk stellen dat de partij het vertrouwen in de gewezen minister van Defensie behoudt. Politici en voetbaltrainers weten dat zulke uitspraken gevaarlijk zijn. Maar het valt ook op dat weinig CVP’ers openlijk Delcroix laten vallen. Daarvoor hebben er te veel aan zijn bureau aangeschoven. Er was namelijk een tijd, niet zo lang geleden, dat het de meeste politici en andere partijgetrouwen zeer goed uitkwam om in de intussen beruchte Atoma-schriftjes van de partijsecretaris te fungeren.

In die schriftjes schoof Delcroix namelijk met de pionnen op het schaakbord van de politieke benoemingen, gaf hij een weerslag van de belangrijke vergaderingen waaraan hij had deelgenomen, of behandelde hij summier ingewikkelde problemen zoals de nooit gebruikte afvalcollector ( smeerpijp) langs het Albertkanaal. Delcroix verdeelde ook de affichageborden waarop politici hun hoofd op twintig vierkante meter lieten uitvergroten. Hij zag dus wie in de CVP veel verkiezingsgeld kon mobiliseren de overgrote meerderheid van het geld werd niet centraal door de partij maar door de kandidaten gemobiliseerd. Delcroix weet ook minstens in grote lijnen hoe andere partijen aan hun centen kwamen. Die wetenschap maakt hem in dit dossier veel zelfzekerder dan, bijvoorbeeld, in de Rwandacommissie.

De Genkenaar wil dit keer niet, zoals destijds als minister van Defensie, te snel de handdoek gooien. En als hij dat toch al zou moeten doen, dan sleurt hij mogelijk andere politici mee in zijn val, en niet alleen partijgenoten. Het is geen toeval dat in Limburg nu al duchtig wordt gesproken over hoe goed de relaties destijds wel waren tussen de gebroeders Bleyen en sommige politici van VLD en VU. Maar toen was Jean-Pierre Bleyen ook zowat de ongekroonde koning van Noord-Limburg, zetelde hij in het directiecomité van Fabrimetal en was hij rechter in handelszaken.

Delcroix is nog niet weg. Maar binnen de CVP worden de messen al geslepen. Onder meer in de omgeving van Herman Van Rompuy, die de beste kansen maakt om Dehaene op te volgen, wordt de stemmingmakerij tegen Delcroix ook als een aanval op de vice-premier beschouwd. Van Rompuy zou Delcroix te veel vrijheid hebben gegeven. Bovendien oordelen veel CVP’ers dat de conservatieve Van Rompuy en Delcroix vorig jaar mee het laken onder Johan Van Hecke wegtrokken. Een andere vleugel van de partij, die het optreden van Buijs niet pruimt, vraagt zich dan weer af waar de studie blijft waarvoor Van Hecke op kosten van de christen-democraten zo dikwijls naar Afrika moest. Onder meer Leo Tindemans kijkt met interesse naar de lectuur van dat rapport uit.

Voorzitter Van Peel zit in moeilijke papieren. In de loop van de jaren kwam Leo Delcroix hehaaldelijk in opspraak, rechtstreeks of onrechtstreeks (Superclub, smeerpijp, milieubox, villa,…). Juridisch gezien kon hij telkens ontsnappen, en ook in deze affaire zijn er vooralsnog geen harde bewijzen, zeker niet van persoonlijke verrijking. De politieke figuur Delcroix is door al die verdachtmakingen zwaar beschadigd. Hij hindert hoe langer hoe meer zijn eigen partij. Maar zolang Delcroix blijft zitten, kan de CVP alleen maar hopen dat het gerecht en het Hoog Comité weldra van een lange en verdiende vakantie genieten.

Peter Renard

Leo Delcroix is politiek uitgeteld, maar is niet van plan om een tweede keer te snel de handdoek te gooien.

Marc Van Peel kan voorlopig niet ingrijpen. Leo Delcroix weet te veel van de partij om hem zo maar wandelen te sturen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content