De BBC is in de fout gegaan met haar berichtgeving over de massavernietigingswapens in Irak, besluit Lord Brian Hutton. Reden genoeg voor Greg Dyke, de grote baas van de Britse openbare omroep, om op te stappen.
Het langverwachte rapport van Lord Brian Hutton over de dood van wapenexpert David Kelly heeft weinig opgelost. Kelly had BBC-radiojournalist Andrew Gilligan verteld – zo beweert Gilligan toch – dat het hele verhaal over de Iraakse massavernietigings- wapens sterk overdreven was. Gilligan zond dat uit in het populaire ochtendprogramma Today. In de rel die daarop volgde, wees de regering Kelly aan als de schuldige. De wapenexpert pleegde enige tijd later zelfmoord.
Na maanden onderzoek zegt Lord Hutton dat noch de regering, noch het ministerie van Defensie enige schuld dragen voor de zelfmoord van Kelly. De Britse geheime diensten hebben wellicht wat overdreven toen ze het hadden over het gevaar van de Iraakse massavernietigingswapens. De regering geloofde werkelijk dat die wapens er waren en besloot daarom aan de zijde van Washington Irak aan te vallen. Dat het ondertussen zo goed als vaststaat dat er geen massavernietigingswapens in Irak waren en zijn, is naast de kwestie: het gaat om de feiten zoals ze toen bekend waren.
Het rapport legt de schuld bij journalist Andrew Gilligan. Hij heeft de regering en de geheime diensten schade berokkend door te beweren dat ze wísten dat het rapport over Irak onjuist was. Bij uitbreiding treft ook de BBC schuld: de omroep is niet nauwkeurig genoeg omgegaan met het materiaal dat Gilligan aanbracht. En toen de regering protesteerde, heeft zij de klacht niet onderzocht.
Huttons rapport veroorzaakte niet alleen heibel in medialand – de meeste kranten beschouwen het als een grote witwasoperatie -, het leidde ook tot het ontslag van twee topmensen van de BBC: de voorzitter van de raad van bestuur, Gavyn Davies, en de directeur-generaal Greg Dyke.
VIJANDELIJKE VRIJBUITER
Maar zwijgen deed Greg Dyke daarom niet. De 56-jarige flamboyante zakenman kan zich dat ook permitteren. Dyke, een geboren Londenaar, studeerde op latere leeftijd politicologie aan de Universiteit van York. Hij was op een blauwe maandag journalist, maar stapte later de zakenwereld in. Hij werd programmadirecteur bij onafhankelijke tv-stations en kreeg bij een overname de mooie som van 10 miljoen euro. In 1999 werd hij adjunct-directeur-generaal van de BBC, in 2000 directeur-generaal. In die tijd was Dyke een hevige fan van Tony Blair en diens New Labour. Hij had geld gestoken in de verkiezingscampagne van Blair en werd dus algemeen gezien als ‘de man van de premier’. Zijn belofte om de onafhankelijkheid van de BBC te verdedigen, werd dan ook met een flinke korrel zout genomen.
Nu blijkt dus dat het geen loze belofte was. Om The Guardian te citeren: ‘Niemand had verwacht dat de man van de premier zich zou ontpoppen als een vrijbuiter die de drie miljard euro (kijk- en luistergeld, nvdr) tegen Blair zou gebruiken.’ Want zo ziet de kring rond Blair de BBC: als de tegenstander.
Nu is het niet de eerste keer dat de Britse regering haar publieke omroep beschuldigt van overdreven kritische zin. In 1939 noemde de toenmalige premier Winston Churchill de BBC zelfs ‘ the enemy within the gates’ omdat de zender haar journalisten opdracht gaf om ook in oorlogstijd de waarheid te vertellen en niet de propaganda te herhalen. Margaret Thatcher schuimbekte over de verslaggeving in de Falklandsoorlog (1982) en de mijnwerkersstaking (1984). En John Major was boos over de verslaggeving tijdens de eerste Golfoorlog (1991). Juist die aanvallen maakten de BBC wereldwijd tot een ijkpunt van eerlijke en heldere journalistiek.
En nu krijgt de Britse openbare omroep dus uitgerekend van een socialistische premier de zwaarste mentale opdoffer uit haar 82-jarige geschiedenis. Nog nooit heeft de zender zo nederig excuses aangeboden, nog nooit hebben leden van de raad van bestuur ontslag genomen omdat een journalist over de schreef ging. En nog nooit viel de weggestuurde directeur-generaal zo fel uit naar de regering.
De vraag blijft dus wat Dyke deed veranderen? Daar spelen veel factoren in mee. Hij zag met lede ogen hoe de regering-Blair Rupert Murdoch – eigenaar van een aantal conservatieve kranten en tv-stations en dus BBC-concurrent – opvrijt. Murdoch van zijn kant beschuldigt de BBC ervan met door de staat geïnd kijk- en luistergeld de commerciële zenders te beconcurreren. Het nieuwe beheerscontract voor de BBC leidde ook al tot ruzies tussen Dyke en de regering. De nieuwe mediawet, waardoor mediaconcentraties mogelijk worden en een regeringsinstantie de laatste controle zou krijgen over de BBC, is Dyke nu kennelijk te veel geworden.
SPIN EN PERCEPTIE
En hem niet alleen. De Britse media hebben duidelijk gekozen voor of tegen Blair. De objectiviteit is daarbij vaak helemaal zoek. Smeuïge, nauwelijks gecontroleerde verhalen werden lange tijd als het waarmerk van de tabloids gezien, maar zijn nu ook in de ernstige kranten geslopen. Onderzoeksjournalistiek is synoniem geworden met koppensnellen. Scoops en primeurs gaan voor alles en de waarheid is daarbij vaak het eerste slachtoffer.
Dat is mede het gevolg van de regeringspolitiek. Spindoctors sturen het nieuws, perceptie is belangrijker dan rea- liteit en behoorlijk bestuur komt niet meer ter sprake. Bevriende journalisten krijgen primeurs toegeschoven, de anderen moeten smeken om een interview.
Dat geeft een heel nieuwe verhouding: de politici wantrouwen de media en die gaan in hun verslaggeving er steeds meer van uit dat elke politicus staat te liegen. Een spiraal van wantrouwen die geen van beide partijen dient. Ook de BBC reageerde. Wilden de ministers geen interviews meer geven? De zender zou ze dwingen door de feiten uit te brengen. De aanloop naar de oorlog in Irak was dan blijkbaar de spreekwoordelijke druppel. Tientallen klachten van regeringszijde over de manier waarop de BBC haar werk deed, stroomden binnen. En toen Gilligan in de fout ging – want dat deed hij – bood dat Blair en co de gedroomde kans om de BBC terug te fluiten.
De vraag is maar of de regering-Blair hier ook op langere termijn als overwinnaar uit komt. De BBC is vernederd, dat wel. Maar het rapport-Hutton heeft niet alleen blootgelegd dat de zender onnauwkeurig omsprong met nieuws. Het maakte ook duidelijk dat de spindoctors veel te zeggen hebben in de regering. Net wat de pers al jaren aanklaagt.
Twee: nu de Amerikaanse president George W. Bush een onderzoek wil naar de werking van zijn geheime diensten – die het ook vol overtuiging hadden over massavernietigingswapens in Irak – stijgt de druk op Blair om ook zo’n onderzoek in te stellen. En dat zou hem nog kunnen bezuren.
En drie. Is het wel verstandig om de 28.000 werknemers van de BBC – om niet te spreken van de andere media – tegen jezelf in het harnas te jagen? Niet dat journalisten voor elkaar door het vuur gaan, maar ze hebben wel allemaal bloed geroken. En dat brengt mee dat de opdracht die Gilligan kreeg – ‘pak ze!’ – nu vertaald kan worden als een kruistocht voor en van de vrije pers.
Misjoe Verleyen
De BBC ondergaat de ergste vernedering uit haar 82-jarige geschiedenis.