Het Federaal Planbureau waarschuwt dat premier Guy Verhofstadt zijn extra-banenbelofte niet haalt.

Het Federaal Planbureau maakt zich niet geliefd. De studiedienst van de overheid zegt dat het begrotingstekort groter is dan vice-premier en minister van Begroting Johan Vande Lanotte (SP.A) voorhoudt én, erger nog, dat er de komende jaren een tekort zal blijven bestaan. De socialistische excellentie die over het huishoudboekje van het land waakt, sneert terug dat de economie het veel beter zal doen dan de wijsneuzen van het Planbureau beweren, en dat de staatsinkomsten bijgevolg zullen stijgen. Hopen dat het klopt, maar de opleving is al zo vaak aangekondigd en weer uitgesteld. De chaos in Irak en de recordhoge olieprijs voorspellen alvast weinig goeds.

Het Planbureau heeft nu ook berekend dat eerste minister Guy Verhofstadt (VLD) zijn belofte om tijdens de huidige (federale) regeerperiode 200.000 bijkomende banen te scheppen, niet kan waarmaken. Dat wist het bedrijfsleven al en ook voor de vakbonden weegt de ambitie van de premier niet zwaar. Maar nu is het dus berekend. De matige versnelling van de economie – van 2 procent dit jaar tot 2,7 procent en daarna terugval tot 2,1 procent in 2007-2009 – doet de werkgelegenheid van 2003 tot 2009 met 156.900 banen stijgen. Op het einde van de huidige (federale) regeringsperiode in 2007, als Verhofstadt de kiezers zijn 200.000 extra jobs moet presenteren, zullen dat er slechts 100.600 zijn. In de Wetstraat 16 kunnen ze dezer dagen het studiewerk van commissaris Henri Bogaert van het Planbureau maar matig appreciëren.

Nog andere beloften kan de overheid onmogelijk halen. De Lissabon-norm van de Europese Unie onder meer, die de lidstaten verplicht tegen 2010 een werkgelegenheidsgraad te halen van 70 procent, om de kosten van de vergrijzing te helpen betalen. Tegen dan zal het aantal banen in de verhandelbare diensten met 227.000 stijgen, maar in de verwerkende nijverheid gaan er 47.000 verloren – de werkgelegenheid in de industrie kalft inderdaad verder af. Tegelijkertijd groeit de bevolking op arbeidsleeftijd, vooral 50-plussers, met 150.000 personen aan. De werkgelegenheidsgraad stijgt daardoor met slechts één procentpunt, tot 62,3 procent. Dat blijft een stuk onder de Lissabon-norm. En daarmee is er ook nauwelijks beterschap voor de werkloosheid. Het aantal werklozen, volgens de ruime definitie van het Planbureau, krimpt van 701.600 tot 674.400 in 2009. Dan blijft, ondanks alle werkgelegenheidsprioriteiten, de werkloosheidsgraad staan op een hoog 13,5 procent.

Guido Despiegelaere

De 200.000 banen van Verhofstadt zullen er maar 100.600 zijn.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content