Letland, de armste van de drie Baltische staten, ziet zijn toetreding tot de Europese Unie in de eerste plaats als een terugkeer naar het Westen, ver weg van de invloedssfeer van de Russen.
Op 1 mei wordt de Europese Unie uitgebreid van 15 naar 25 lidstaten.Knack stelt de 10 nieuwkomers voor. Deze week letland (2)
Draai de klok twintig jaar terug, of minder, dertien jaar, tot 1991: het lijkt ondenkbaar dat Letland ooit tot de Europese Unie zou toetreden. Vijftig jaar lang was het bezet door de Sovjet-Unie. Bezittingen en gronden waren gecollectiviseerd. Tegelijk had Letland tal van Russische migranten aangetrokken: de industriële en de landbouwsector waren zeer sterk uitgebouwd. De Russen kwamen naar Letland omdat het er goed werken was. Russisch werd op een bepaald moment zelfs de overheersende taal. Maar, toen Letland in 1991 onafhankelijk werd na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, leidde de houding tegenover de Russische minderheden tot problemen. Het land weigerde die aanvankelijk te onderkennen. Het wilde zo snel mogelijk vooruit. De democratie en de markteconomie werden omhelsd. Of het geloofwaardig klonk of niet, Letland wilde op korte termijn tot de Europese Unie toetreden.
‘Begin jaren negentig hebben we een bewuste keuze gemaakt’, zegt Andris Kesteris, de Letse ambassadeur bij de Europese Unie. ‘We wilden zo snel mogelijk deel uitmaken van de Europese Unie en de NAVO, al was het maar om ons te onderscheiden van Rusland. Het hervormingsproces verliep er lang niet zo succesvol als in de Baltische staten. Bovendien wilden we ook de soevereiniteit van ons land veiligstellen. Als klein land hadden we op dat vlak niet veel bereikt. Als lid van de Europese Unie hopen we dat we meer problemen bij de wortels zullen kunnen aanpakken.’
Letland zal wel een hele inhaalbeweging moeten maken. Door zijn snelle, economische groei ziet men het als ‘een Baltische tijger’, maar uitgedrukt in bbp blijft het het arme broertje onder de toetreders.
ANDRIS KESTERIS: Volgens Eurostat zijn we inderdaad het armste land. Maar in Letland zijn er grote verschillen in levensstandaard tussen de regio’s. We hopen dat de Europese cohesiefondsen de ontwikkeling zullen aanzwengelen. Het geld van de fondsen, 1,6 miljard euro voor 2,5 jaar, zou bovendien voor een spiraaleffect kunnen zorgen in de globale ontwikkeling van ons land. Niet dat onze economie het niet goed doet. Vorig jaar kenden we een groei van 7 procent. Bovendien voldoen we aan de Maastrichtnormen: het begrotingstekort bedraagt amper 2 procent, de inflatie ligt onder de 3 procent. Dat betekent dat we al vrij snel tot de eurozone zouden kunnen toetreden. In januari 2005 kunnen we wellicht al in het voorbereidende EMSII-systeem instappen.
Net als andere toetreders trekt Letland vrij veel buitenlandse investeerders aan.
KESTERIS: Ja, we scoren beter dan Polen. Maar we moeten de focus verleggen van de dienstensector naar de industrie. Er hebben zich in Letland heel wat buitenlandse banken gevestigd, maar zodra er iets fout loopt, trekken ze al te gemakkelijk weg. Wat de industrie betreft, staan we vandaag sterk in de houtsector. Daar is niet zozeer buitenlands kapitaal vereist, het is de industrie zelf die verder moet worden ontwikkeld.
Letland drijft vooral handel met de Europese Unie – ongeveer 60 procent van het totaal. Geografisch gezien zou het ook perfect kunnen functioneren als een brug met Rusland.
KESTERIS: Er zijn inderdaad tal van mogelijkheden om met Rusland samen te werken. Dankzij onze ligging kunnen we fungeren als een transitland. Goederen kunnen ons per spoor vanuit Rusland aangeleverd worden – ons spoorsysteem heeft dezelfde standaards als het Russische. Vanuit onze ijsvrije havens kunnen de goederen vervolgens verder uitgevoerd worden naar de rest van Europa.
De ijsvrije haven van Ventspils is zo’n doorvoerhaven. Maar Rusland saboteert de invoer van ruwe olie via Ventspils. Een politieke zet om Letland onder de knoet te houden?
KESTERIS: Dat is niet uitgesloten. Tegelijk is het zo dat Ventspils Nafta, het pijplijnbedrijf waar het om draait, geprivatiseerd zal worden. Rusland is een van de grote belangstellenden en heeft er baat bij dat de prijs daalt. Nu er geen druppel olie meer door de pijplijnen vloeit, is de waarde van het bedrijf fel verminderd. Het is een feit: Rusland wil zich handhaven op de Letse energiemarkt. De Russische gasmaatschappij Gazprom heeft een pak aandelen gekocht bij de Letse gasmaatschappij Latvijas gaze. De meerderheid blijft evenwel voorlopig in handen van het Duitse Rurhgas.
Ook in de banksector circuleert veel Russisch geld. Gevreesd wordt dat het land zich tot een witwasparadijs zal ontwikkelen.
KESTERIS: Het klopt dat er veel Russisch geld in onze banken aanwezig is. Maar een groot deel van het buitenlands kapitaal is ook afkomstig uit andere landen. Ik denk trouwens niet dat de buitenlandse beleggers naar ons land komen om er hun geld wit te wassen. Dat is zo goed als uitgesloten. Onze bankreglementeringen zijn veel strenger dan die van de Europese banken. Ik denk zelfs dat ze strenger zijn dan de acquis communautaire vereist. De regels zijn het gevolg van de zware bankcrisis van 1995. De Letse banksector heeft zijn reglementeringen toen ingrijpend gewijzigd. Nu boert de sector bijzonder goed.
Rusland uitte veel kritiek op de omgang met zijn etnische minderheden, die in Letland 30 procent van de bevolking uitmaken. Ook de Europese Unie toont zich bezorgd: slechts de helft is genaturaliseerd tot Let.
KESTERIS: De Europese Unie wilde met de komst van Letland geen problemen binnenhalen. Met haar zijn we daarom overeengekomen dat we de naturalisatietests voor de etnische Russen zouden vergemakkelijken. Vandaag kost het bijna niets meer om Let te worden en de vereisten zijn minimaal. Je moet enkele zinnen in het Lets kunnen schrijven en iets weten van de geschiedenis en de grondwet van het land. Het is nu aan de Russische inwoners zélf om te beslissen of ze al dan niet wensen deel te nemen. Het aantal aanvragen neemt wel elk jaar toe. Vooral de jonge generatie lijkt geïnteresseerd, onder meer om in de toekomst aan de verkiezingen te kunnen deelnemen. Maar door de bank genomen zien de Russen niet echt de noodzaak om deel te nemen. Noch economisch noch sociaal hebben ze redenen om zich benadeeld te voelen.
De relaties met Rusland zijn niet optimaal. Ook de grensovereenkomst tussen Letland en Rusland is nog steeds niet ondertekend.
KESTERIS: De overeenkomst is klaar sinds 1997. Er zijn geen territoriale betwistingen en toch lukt het maar niet om ze ondertekend te krijgen. Nochtans zou president Vladimir Poetin de goedkeuring van de doema toch wel moeten kunnen afdwingen. Ondertekende grensovereenkomsten zijn niet meer dan normaal. Want waarom weigert Rusland eigenlijk om te tekenen? Is het dan van plan ons land binnen te vallen? We willen een snelle oplossing. Ook de Europese Unie eist dat dit probleem wordt afgerond.
Letland krijgt de verantwoordelijkheid voor een deel van Europa’s nieuwe buitengrenzen.
KESTERIS: Het gaat om een bijzonder lange grens: met Rusland bedraagt ze 276 kilometer, met Wit-Rusland nog eens 161 kilometer. Voorlopig is de controle minimaal. Wie Letland per vliegtuig binnenreist, heeft het gevoel dat hij in de luchthaven van Riga de grens is overgestoken. Er moet dus nog heel wat geïnvesteerd worden. De grens schuift op van het rijke Duitsland naar een armer land in de Unie: Letland. We hopen dan ook dat Europa de grens ziet als een gemeenschappelijk probleem van de Unie.
Het land kampt nog met zware corruptie. Het probleem groeide uit tot een thema tijdens de jongste parlementsverkiezingen?
KESTERIS: De partij van de eerste minister kwam inderdaad aan de macht door de nadruk te leggen op zijn strijd tegen de corruptie. Er bestaat nu een anticorruptiewet, er is ook een wet die de financiering van de politieke partijen aan banden legt. Maar de wetten moeten worden uitgevoerd. Vandaar dat er ook een bureau is opgericht om concrete gevallen van fraude op te sporen. Maar de perceptie van corruptie blijft bestaan.
Letland wordt ook geplaagd door politieke instabiliteit: in tien jaar tijd heeft het land tien regeringen meegemaakt.
KESTERIS: Dat is eigen aan de Letten. De huidige regering van premier Einars Repse houdt het al meer dan een jaar vol en dat is een record (op 5 februari, twee weken na het interview, viel ook de regering-Repse, nvdr). Toch is het zo dat de regeringswissels nooit veel invloed hadden op de Letse politiek, noch in de internationale relaties noch in de binnenlandse politiek. Alle regeringen hebben de hervormingen plichtsbewust geïmplementeerd. Als ze het in de loop der jaren over één zaak eens geweest zijn, is het wel dit: de noodzaak van een toetreding tot de Europese Unie. Niet toetreden is voor ons suïcidaal.
Ingrid Van Daele