Knack geeft kritiek (‘Verbazingwekkend rijk’, Knack van 14/4) op het feit dat de regering in de begrotingscontrole van maart 2004 het verwachte overschot van de gemeenten hoger heeft ingeschat. U suggereert dat de regering (de minister van Begroting) een veel te optimistische inschatting geeft om op die manier de begroting op te smukken.

Eerst even de feiten. Bij de begrotingscontrole in maart 2003 stelde de regering een overschot van de lokale besturen voorop van 236 miljoen euro. Geleidelijk aan werd ons duidelijk dat dit vermoedelijk een te pessimistische inschatting was. Toch werden de cijfers in september niet aangepast. Bij de voorstelling van de resultaten van januari 2004 (persconferentie 6 januari 2004) stelden we toch reeds een lichte verhoging voorop, met name 311 miljoen euro voor het jaar 2003, of 75 miljoen euro beter dan begroot. Het betrof onze raming.

In het jaarverslag van de Nationale Bank (onze belangrijkste bron in deze) van 18 februari 2004, herraamde de Nationale Bank het overschot naar 433 miljoen euro. Veel beter dus dan onze – voorzichtige – raming in januari.

Op 31 maart jongstleden dan weer, heeft het Instituut voor de Nationale rekeningen (waar de regering geen impact op heeft) een herberekening doorgevoerd, en werd als officieel cijfer 730 miljoen euro aangehouden. Nog een stuk beter dan onze – ondertussen zéér voorzichtige – raming in januari. In juni volgt nog een definitieve rekening. Grote wijzigingen worden niet meer verwacht.

Conclusie: voor 2003 zijn er reeds cijfers, die wijzen op een overschot van 730 miljoen euro voor de lokale besturen. Dit zijn geen cijfers van de regering of van de minister van Begroting, wel van het Instituut voor de Nationale Rekeningen, die deze cijfers aan Eurostat meedeelt.

Voor 2004 hebben we alleen nog maar ramingen. Oorspronkelijk 348 miljoen euro, aangepast naar 433 miljoen euro (+ 85 miljoen euro, stijging in overeenstemming met onze zéér voorzichtige raming in januari 2004 m.b.t. 2003). Met andere woorden, we houden rekening met een resultaat dat 300 miljoen euro minder goed is dan 2003, alhoewel daar – behalve de voorzichtigheid – geen objectieve reden toe is (het verlies door de liberalisering van de elektriciteit bijvoorbeeld is maar de helft van het bedrag).

Toch deel ik uw mening dat voor sommigen deze cijfers verbazingwekkend zijn. Dag na dag hebben sommigen gezegd dat de gemeentelijke financiën desastreus waren. En nu blijkt uit de rekeningen dat in 2003 een overschot van 730 miljoen euro werd geboekt en zelfs op onze voorzichtige basis nog altijd meer dan 400 miljoen euro in 2004 wordt geraamd. Hoe kan dat?

Mag ik een suggestie doen? Als nu eens de politiehervorming wel degelijk neutraal is, zoals overigens de opvolgingscommissie heeft gesteld. Als we nu eens de realiteit in ogenschouw nemen dat de federale belastingverlaging zeker tot en met 2003 niet tot lagere inkomsten voor de gemeenten heeft geleid (het is een evidentie, maar toch goed het te herhalen). Als we nu eens in aanmerking nemen dat de liberalisering van de elektriciteit pas vanaf 2004 echte gevolgen heeft voor de gemeentefinanciën. Als we weten dat in een zesjarige legislatuur de eerste drie jaar altijd wat minder wordt uitgegeven. Mogen we dan besluiten dat de meeste gemeenten die hun belastingen hebben verhoogd, allerlei goede excuses hebben gevonden om dat te doen, maar vooral een welgekomen reserve hebben aangelegd om de uitgaven in de tweede helft te financieren? Er is niets mis met zo een beleid, als het tenminste eerlijk wordt gecommuniceerd.

Zijn er nu geen problemen? Toch wel. Vanaf 2004 dalen de inkomsten van de elektriciteit spectaculair en de Eliaheffing moet dat voor een groot stuk verhelpen. En ook voor de gemeenten is een vergrijzingsdebat op komst, waar de federale overheid, gewesten en gemeenten dringend werk van moeten maken. In een open dialoog, liefst niet op basis van schimmige politieke spelletjes.

Johan Vande Lanotte

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content