Bijna vijftienduizend uitzettingen per jaar en tientallen militaire vluchten. Het Veiligheidsdetachement op Zaventem draait op volle toeren.
Op Zaventem zal de rechtszaak over de dood van Semira Adamu met argusogen gevolgd worden door de agenten van het Veiligheidsdetachement. De vakbonden hebben alvast opgeroepen om massaal naar het gerechtshof te gaan. Maar verder wordt nu vooral beklemtoond wat in de voorbije vijf jaar allemaal veranderd is: meer en beter opgeleide manschappen, acht psychologen en sociaal assistenten, een nieuw cellencomplex bij de startbaan, speciaal uitgeruste voertuigen, en nieuwe strikte richtlijnen voor verwijderingen. Hoofd van het detachement Bruno Franckx: ‘Wij leggen nu veel meer nadruk op het humanitaire aspect. Het belangrijkste middel is praten en overtuigen. Dwang en geweld blijven beperkt tot het absolute minimum.’
Het aantal uitwijzingen is de laatste vijf jaar toegenomen tot 14.986 vorig jaar in heel België (waarbij 3225 vrijwillige terugkeerders inbegrepen zijn). Pieter De Gryse van de vluchtelingenorganisatie OCIV: ‘De machine draait nu op volle toeren. Men werkt veel efficiënter op kwantitatief vlak. Maar op kwalitatief vlak? Er zijn volgens ons nog geen garanties dat het beter verloopt. Een nieuwe zaak Semira blijft ook vandaag mogelijk. Er zijn zelfs nog geen onafhankelijke waarnemers toegelaten. Dat is vervelend, want er komen nog regelmatig klachten over slagen en verwondingen, maar die worden dan door Binnenlandse Zaken gewoon tegengesproken. Video’s worden ook niet meer gemaakt. Er wordt bijvoorbeeld geklaagd dat er weliswaar geen kussentjes meer gebruikt worden om het schreeuwen te beletten, maar wel dikke gewatteerde handschoenen. Dat wordt zelfs in een rapport van Amnesty International op de korrel genomen.’
Het klopt dat er geen onafhankelijke waarnemers zijn, geeft Bruno Franckx toe, maar het misbruiken van de handschoenen ontkent hij formeel: ‘Die handschoenen in speciale stof dienen uitsluitend om ons tegen bijten te beschermen. Er worden immers regelmatig agenten gekwetst, om nog te zwijgen over de ziektes die ze soms oplopen. Maar volgens de nieuwe richtlijnen mag er niets gebruikt worden dat de ademhalingswegen kan afsluiten. Als er iemand begint te roepen, moeten we die nu laten roepen. Zelfs al leidt dat soms tot muiterij van de passagiers. Natuurlijk zijn er ooit wel mensen die klacht indienen. Maar ook na extern onderzoek van alle klachten is sinds Semira nog geen enkele keer gebleken dat onze agenten in de fout waren gegaan. Maar we blijven waakzaam.’
Vorig jaar is het Veiligheidsdetachement erin geslaagd ongeveer negenduizend van de twaalfduizend pogingen tot uitzetting op Zaventem ook daadwerkelijk uit te voeren. Het uitzettingsproces verloopt gradueel in vier stappen. Eerst wordt de kans gegeven om vrijwillig te vertrekken. In tweede instantie wordt iemand geboeid naar het vliegtuig gebracht. In derde instantie gaan er minstens twee escorteurs mee. In vierde instantie worden speciale ‘beveiligde vluchten’ ingezet. Dat laatste was een van de aanbevelingen van de Commissie Verwijdering na Semira’s dood. Sinds 2000 zijn er al ruim dertig special flights uitgevoerd door de federale politie met vliegtuigen van het Belgisch leger. Eerst nog met grote airbussen, maar later met kleinere Embraer-toestellen.
Op een gecharterd vliegtuig zitten er vijf tot twaalf gerepatrieerden, vergezeld door een twintigtal begeleiders: agenten, ambtenaren van Vreemdelingenzaken, een dokter, enzovoort. Geruchten over tumultueuze vluchten die op knokpartijen uitdraaiden, worden door Franckx formeel ontkend: ‘Tot nu toe is alles vlekkeloos verlopen. Wel moeten de gerepatrieerden soms de hele vlucht geboeid blijven. Maar het gaat dan ook om de moeilijkste gevallen.’ De kostprijs van zo’n vliegtuig – dat bijvoorbeeld twee mensen in Algerije gaat droppen, twee in Guinee, één in Gambia en nog twee in Senegal – is natuurlijk groot. Drie keer werd al afgesproken met Nederland om samen een charter te vullen, en op Europees vlak zijn er nu werkgroepen om ook tussen andere landen een samenwerking op te zetten.
Voor een van de eerste charters, een vlucht zigeuners naar Slowakije, werd België inmiddels wel Europees veroordeeld. Pieter De Gryse van het OCIV: ‘Een van de problemen is dat veel dingen, zoals de richtlijnen, nog geheim gehouden worden.’