‘Een grote coalitie is een probleem als het ”van moeten” is.’ SP.A-voorzitter Steve Stevaert trekt met de nodige reserves naar de onderhandelingen over een nieuwe Vlaamse regering.
verkiezingen
Met 19,6 procent van de stemmen veegde SP.A-Spirit zondag een groot deel van de historische terugval in 1999 weg. Die uitslag levert het kartel zes mensen meer in het Vlaams parlement op. Maar het uitstekende verkiezingsresultaat van mei vorig jaar bleef ver buiten bereik. Dat geeft ook SP.A-voorzitter Steve Stevaert toe. Ook in zijn eigen provincie Limburg moest hij een terugval noteren en leverde hij als lijsttrekker een behoorlijke smak voorkeurstemmen in.
Zit er sleet op Stevaert?
STEVE STEVAERT: Ik vind dat een merkwaardige vraag. In Limburg haal ik 86.806 voorkeurstemmen. Dat zijn er meer dan de lijsttrekkers Johan Sauwens (CD&V/N-VA) en Jaak Gabriëls (VLD-Vivant) samen. Bovendien is mijn zogeheten electorale penetratiegraad – in de kieskring Limburg heeft 16,5 procent van de kiezers voor mij gestemd – de grootste in heel Vlaanderen. Er mag bij veel kandidaten van SP.A-Spirit evenveel sleet op komen als bij mij. Daar zou mijn partij in elk geval wel bij varen.
Los daarvan is het natuurlijk juist dat we na het verkiezingssucces van vorig jaar verloren hebben, maar in vergelijking met 1999 gaan we vooruit en winnen we zes zetels in het Vlaams parlement.
Bij de Franstalige socialisten hoeven ze die vergelijkingen niet te maken om een nieuwe winst uit te leggen. Misschien kunt u nog iets leren van het verkiezingsrecept van PS-voorzitter Elio Di Rupo?
STEVAERT: Met net geen 37 procent van de stemmen in Wallonië is het succes van de PS haast wonderbaarlijk. Di Rupo werkt echter ook in een andere politieke omgeving. Wallonië is historisch gezien al een veel linksere regio dan Vlaanderen. Extreem-rechts komt er slechts moeizaam van de grond. En heel belangrijk is ook dat de christelijke arbeidersbeweging in Wallonië niet op dezelfde manier verbonden is met de Franstalige christen-democraten als het ACW in Vlaanderen ‘bevriend’ is met de CD&V. In Wallonië is die beweging bij wijze van spreken politiek ontzuild. Haar leden hebben er geen moeite mee om te stemmen voor de PS.
In Vlaanderen wordt ‘het gat in de haag’ intussen weer een stuk groter. Zoekt u nog naar een uitleg voor de overwinning van het Vlaams Blok?
STEVAERT: Wie het succes van die partij wil verklaren, moet ook maar op de proppen komen met oplossingen, vind ik. Een van de redenen van de nieuwe vooruitgang van het Vlaams Blok is en blijft dat we veel te veel over die partij babbelen. Ze is de inzet van zowat elk politiek debat geworden. Is dat absoluut nodig?
Daarnaast kan niemand om het probleem van de maatschappelijke verzuring heen. Van een werkloze die in een verpauperde buurt woont, kan ik nog enigszins begrijpen dat hij voor het Vlaams Blok stemt. Maar als iemand met een goed inkomen en een mooie woning in een dure villawijk dat doet, dan heb ik daar veel minder begrip voor.
De rammeling door de Blok-kiezers is in elk geval geen aansporing om snel weer naar de stembus te trekken indien de politieke situatie aan Vlaamse kant niet opgeklaard wordt.
STEVAERT: De uitslag van het Vlaams Blok maakt het vormen van een nieuwe Vlaamse coalitie die goed kan besturen extreem moeilijk. Het is ook duidelijk dat veel kiezers hun stemgedrag van 2003 gecorrigeerd hebben, zowel aan de linker- als aan de rechterzijde van het politieke spectrum. Nieuwe federale verkiezingen zijn volgens mij ook om die reden niet nodig. Anders zou het gat in de haag inderdaad nog veel groter kunnen worden.
Ik hoef ook niet te herhalen dat ik als eerste gewezen heb op de constructiefout in ons federaal model waardoor de federale en regionale verkiezingen niet samenvallen. Als ik gekant ben tegen twee aparte verkiezingen, ben ik er nog veel minder een voorstander van om drie opeenvolgende verkiezingen te organiseren.
Bent u tijdens de voorbije campagne niet te lang ‘in het midden van het bed’ blijven liggen?
STEVAERT: Er was voor SP.A-Spirit geen andere mogelijkheid. We wisten op voorhand dat het bijzonder moeilijk zou worden om de uitslag van 2003 te evenaren. Tegelijkertijd hadden we intern afgesproken dat we niet de agressieve toer zouden opgaan in de campagne.
Maar uiteindelijk raakt dat voor ons allemaal de kern van de zaak niet. Mijn punt is dat we aan de progressieve zijde in Vlaanderen vaststellen dat de uitslag een communicerend vat is tussen SP.A-Spirit en Groen!. Achteraf gezien denk ik dat ik nog veel meer hadden moeten inzetten op het vormen van een progressief kartel met de groenen. Indien dat gelukt was, dan zou dat kartel nu de leiding van de nieuwe Vlaamse regeringsonderhandelingen in handen gekregen hebben en dan zou allicht een nieuwe Vlaamse meerderheid met slechts twee partijen nodig geweest zijn.
Gaat dat niet in tegen uw politieke natuur om liever vanuit een tweede positie mee beleid te voeren?
STEVAERT: Ik ben er nu nog meer van overtuigd dat we met een kartel van drie progressieve partijen meer hadden kunnen groeien en terrein hadden kunnen winnen op de conservatieve zijde. In Limburg bijvoorbeeld heeft Groen! de kiesdrempel niet gehaald. Als ze waren opgekomen in een kartel met SP.A-Spirit, dan hadden we een vijfde en misschien zelfs een zesde zetel kunnen halen. En met twee, drie zetels meer in Vlaanderen hadden we nu een coalitie met twee partijen kunnen vormen.
In de plaats daarvan is de discussie tussen rood en groen voortgezet en intussen kon zwart zijn gang gaan. Maar gedane zaken nemen geen keer. Groen! heeft het recht om niet in een kartel te stappen en ik wens collega Vera Dua ook proficiat met het resultaat van haar partij. Maar omdat Groen! zijn eigenheid wil bewaren, hebben de progressieven nu wel minder te zeggen in Vlaanderen. Zolang de groenen vinden dat de socialisten hun probleem zijn, schiet aan de progressieve zijde niemand daar iets mee op. Dat hebben de verkiezingen van 18 mei 2003 opnieuw heel duidelijk gemaakt.
Voor een nieuwe Vlaamse coalitie zijn drie partijen nodig. Is een klassieke tripartite van christen-democraten, socialisten en liberalen niet de meest waarschijnlijke formule? Groen! loopt immers niet echt warm voor een nieuwe regeringsdeelname.
STEVAERT: Het kartel SP.A-Spirit is niet de grootste partij. Het is dus niet aan ons om daarover veel te zeggen. Dat de coalitievorming heel moeilijk zal zijn, is glashelder. Ofwel komt het kartel CD&V/ N-VA tegenover twee linksere partijen te staan. Ofwel krijgt SP.A-Spirit te maken met twee rechtsere partijen.
Ik ben niet a priori gekant tegen grote coalities. Dat heb ik al genoeg bewezen in Hasselt. Maar een grote coalitie wordt wel een probleem als het ‘van moeten’ is.
Zal er nog veel van de ‘negenproef’ of de inhoudelijke verkiezingsbeloften van SP.A-Spirit overblijven in een nieuwe grote coalitie?
STEVAERT: Aan de onderhandelingstafel leggen wij onze negenproef – van gratis onderwijs en een maximumfactuur voor de zorg tot het verminderen van de verkeersbelasting en het afschaffen van pestbelastingen – hoe dan ook voor. Het gaat over negen realistische, haalbare en betaalbare voorstellen. Als Yves Leterme (CD&V/N-VA) ons uitnodigt, zullen we van hem respect voor onze negenproef eisen.
Aan de andere kant vind ik niet dat we het voor hem nog veel moeilijker moeten maken dan het al is. Leterme staat voor een hels karwei. In de politiek kun je een eisende houding aannemen omdat je gewonnen hebt, maar ook omdat je verliezer bent geweest. Wij zouden met andere woorden kunnen zeggen dat we meer willen hebben omdat we een beter resultaat hebben dan in 1999 en een slechtere uitslag dan in 2003. Dat zal echter niet leiden tot een beter bestuur voor Vlaanderen. SP.A-Spirit zal zich correct opstellen in de onderhandelingen.
Premier Guy Verhofstadt (VLD) wil op federaal vlak gewoon doorgaan met Paars. Kan de Vlaamse coalitievorming zonder gevolgen blijven voor de federale regering?
STEVAERT: Dat is allemaal heel voorbarig. Ik heb lang voor 13 juni gezegd dat SP.A-Spirit federaal niet in de coalitie zou blijven als we op Vlaams niveau niet meer zouden meedoen. De soepelheid van andere partijen kan ik niet inschatten.
Patrick Martens
”We babbelen veel te veel over het Vlaams Blok.’