JA
Na een dodelijk verkeersweekend pleit u ervoor dat jongeren pas autorijden vanaf hun 22e. Applaus hoeft u niet te verwachten.
Dit is geen populair pleidooi, maar wel nodig. Bij weekendongevallen is de categorie 18- tot 24-jarigen immers oververtegenwoordigd. De leeftijdsgrens optrekken naar 22 jaar – 24 zou ook kunnen, die 22 is enigszins arbitrair – zou de verkeersveiligheid verhogen, want die oververtegenwoordiging heeft twee oorzaken. Het gebrek aan ervaring, dat men nu verhelpt door jongeren vanaf 17 jaar te leren autorijden. Maar ook: hun jonge leeftijd. De staten-generaal, die de regering adviseert inzake mobiliteitsbeleid, zei het al in 2007: jongeren onderschatten risico’s en overschatten zichzelf. Een dodelijke combinatie, die alleen kan worden weggewerkt door de leeftijdsgrens te verhogen.
Een tweede reden daartoe is dat het op termijn onze autoafhankelijkheid verkleint. Al twintig jaar lang zeggen alle regeringen dat we minder met de auto moeten rijden, maar onderzoek over ons verplaatsingsgedrag toont aan dat het omgekeerde gebeurt: liefst 46 procent van onze verplaatsingen korter dan 3 kilometer, doen we met de wagen. Dat is meer dan ooit en stemt tot nadenken.
Als we de leeftijdsgrens optrekken, sparen we levens én dwingen we onze samenleving zich anders te organiseren. Omdat er geen druk is, passen we ons niet aan. Is die er wel, dan zijn we creatief. Daar ben ik gerust op.
En de huidige generatie betaalt de rekening?
Hoe betaal je het liefst? Met levens? Of met een beetje minder bewegingsvrijheid?
Duitsland verlaagde de leeftijdsgrens onlangs van 18 naar 17 jaar. Ook het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid en de automobilistenvereniging VAB zijn voor autorijden vanaf 17 jaar. Hebben zij dan ongelijk?
Zij vertellen maar een deel van het verhaal, want ze focussen alleen op rijervaring. Ten onrechte.
U vindt de leeftijdsgrens optrekken een slecht idee. Waarom?
Het beste systeem om te leren rijden, is dat waarbij jongeren vanaf 16 jaar en 9 maanden een professionele opleiding krijgen en daarna rijervaring opdoen onder begeleiding. Dat blijkt uit onderzoek van de federale overheid.
Het ongevalrisico bij jongeren stijgt immers door drie factoren: onervarenheid, vermoeidheid, en de aanwezigheid van leeftijdsgenoten in de wagen.
Door jongeren pas later te laten autorijden, haal je het risico niet omlaag. Wel integendeel.
U vergeet een belangrijk element: volgens experts heeft risicogedrag óók met leeftijd te maken.
Veel belangrijker is het element groepsdruk. Als oudere bestuurders passagiers meenemen, rijden ze voorzichtiger. Bij jongeren is dat omgekeerd.
Maar als u andere elementen aanhaalt, verwijs ik graag naar een alcoholcontrole tijdens het weekend waarbij iederéén moest blazen. Daaruit blijkt immers dat jongeren beneden de 26 jaar het best scoren. De slechtste resultaten – tot vier keer meer positieve alcoholtests! – boeken de 40- tot 54-jarigen.
Als we iedereen verbieden te rijden, reduceren we het aantal verkeersdoden meteen tot nul. Maar is dat maatschappelijk wenselijk? Nee. Welnu, het optrekken van de leeftijdsgrens is dat evenmin, want 18 is een scharnierleeftijd: jongeren beginnen dan te werken of te studeren.
Een ander idee is jongeren verbieden om ’s nachts te rijden.
Zo verplaats je het probleem, want de oudste zal dan vier passagiers vervoeren, waardoor de groepsdruk verhoogt.
De snelheids-, drugs- en alcoholcontroles langer laten duren, dát is een goed idee. Nu stoppen die om vier uur ’s morgens. Dat zou beter acht uur zijn, want in die vroege uren gebeuren de meeste ongevallen.
Te snel rijden heeft trouwens niets met leeftijd te maken. De Clio van een jongere rijdt niet sneller dan de Porsche van papa.
NEE
Na een dodelijk verkeersweekend pleit u ervoor dat jongeren pas autorijden vanaf hun 22e. Applaus hoeft u niet te verwachten.
Dit is geen populair pleidooi, maar wel nodig. Bij weekendongevallen is de categorie 18- tot 24-jarigen immers oververtegenwoordigd. De leeftijdsgrens optrekken naar 22 jaar – 24 zou ook kunnen, die 22 is enigszins arbitrair – zou de verkeersveiligheid verhogen, want die oververtegenwoordiging heeft twee oorzaken. Het gebrek aan ervaring, dat men nu verhelpt door jongeren vanaf 17 jaar te leren autorijden. Maar ook: hun jonge leeftijd. De staten-generaal, die de regering adviseert inzake mobiliteitsbeleid, zei het al in 2007: jongeren onderschatten risico’s en overschatten zichzelf. Een dodelijke combinatie, die alleen kan worden weggewerkt door de leeftijdsgrens te verhogen.
Een tweede reden daartoe is dat het op termijn onze autoafhankelijkheid verkleint. Al twintig jaar lang zeggen alle regeringen dat we minder met de auto moeten rijden, maar onderzoek over ons verplaatsingsgedrag toont aan dat het omgekeerde gebeurt: liefst 46 procent van onze verplaatsingen korter dan 3 kilometer, doen we met de wagen. Dat is meer dan ooit en stemt tot nadenken.
Als we de leeftijdsgrens optrekken, sparen we levens én dwingen we onze samenleving zich anders te organiseren. Omdat er geen druk is, passen we ons niet aan. Is die er wel, dan zijn we creatief. Daar ben ik gerust op.
En de huidige generatie betaalt de rekening?
Hoe betaal je het liefst? Met levens? Of met een beetje minder bewegingsvrijheid?
Duitsland verlaagde de leeftijdsgrens onlangs van 18 naar 17 jaar. Ook het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid en de automobilistenvereniging VAB zijn voor autorijden vanaf 17 jaar. Hebben zij dan ongelijk?
Zij vertellen maar een deel van het verhaal, want ze focussen alleen op rijervaring. Ten onrechte.
U vindt de leeftijdsgrens optrekken een slecht idee. Waarom?
Het beste systeem om te leren rijden, is dat waarbij jongeren vanaf 16 jaar en 9 maanden een professionele opleiding krijgen en daarna rijervaring opdoen onder begeleiding. Dat blijkt uit onderzoek van de federale overheid.
Het ongevalrisico bij jongeren stijgt immers door drie factoren: onervarenheid, vermoeidheid, en de aanwezigheid van leeftijdsgenoten in de wagen.
Door jongeren pas later te laten autorijden, haal je het risico niet omlaag. Wel integendeel.
U vergeet een belangrijk element: volgens experts heeft risicogedrag óók met leeftijd te maken.
Veel belangrijker is het element groepsdruk. Als oudere bestuurders passagiers meenemen, rijden ze voorzichtiger. Bij jongeren is dat omgekeerd.
Maar als u andere elementen aanhaalt, verwijs ik graag naar een alcoholcontrole tijdens het weekend waarbij iederéén moest blazen. Daaruit blijkt immers dat jongeren beneden de 26 jaar het best scoren. De slechtste resultaten – tot vier keer meer positieve alcoholtests! – boeken de 40- tot 54-jarigen.
Als we iedereen verbieden te rijden, reduceren we het aantal verkeersdoden meteen tot nul. Maar is dat maatschappelijk wenselijk? Nee. Welnu, het optrekken van de leeftijdsgrens is dat evenmin, want 18 is een scharnierleeftijd: jongeren beginnen dan te werken of te studeren.
Een ander idee is jongeren verbieden om ’s nachts te rijden.
Zo verplaats je het probleem, want de oudste zal dan vier passagiers vervoeren, waardoor de groepsdruk verhoogt.
De snelheids-, drugs- en alcoholcontroles langer laten duren, dát is een goed idee. Nu stoppen die om vier uur ’s morgens. Dat zou beter acht uur zijn, want in die vroege uren gebeuren de meeste ongevallen.
Te snel rijden heeft trouwens niets met leeftijd te maken. De Clio van een jongere rijdt niet sneller dan de Porsche van papa.
Opgetekend door Jan Jagers
‘De leeftijdsgrens optrekken zou de verkeersveiligheid verhogen.’
‘De Clio van een jongere rijdt niet sneller dan de Porsche van papa.’
