De crispr-techniek kan ook van pas komen om schadelijke diertjes zoals spintmijten te bestrijden.
Crispr’en begint mode te worden in de wetenschap. Het betreft het gebruik van een natuurlijk knip- en plakmechanisme uit bacteriën om aan genen te sleutelen. Wereldwijd worden mogelijkheden van de nieuwe crispr-techniek voor de geneeskunde geëxploreerd. Een Chinese wetenschapper waagde het al om menselijke embryo’s ‘bij te knippen’, zonder voorafgaandelijke goedkeuring van een ethisch comité. Hij werd daar – terecht – zwaar voor bestraft. Je prutst niet zomaar aan genen van mensen.
Maar voor andere dieren zijn er minder bezwaren. Bio-ingenieur Wannes Dermauw (UGent) en zijn collega’s tonen in het vakblad Insect Biochemistry and Molecular Biology aan dat het mogelijk is spintmijten succesvol met de crispr-techniek te ‘behandelen’. Ze slaagden erin een gen voor een rood pigment in de ogen en poten van diertjes in zich ontwikkelende eitjes uit te schakelen. Daardoor werden de beestjes als albino geboren.
Nu duidelijk is dat het kan, moeten andere eigenschappen worden aangepakt. Spintmijten zijn piepkleine diertjes die schadelijk kunnen zijn voor gewassen en bijzonder snel resistentie tegen pesticiden ontwikkelen. Mogelijk biedt de crispr-techniek nieuwe bestrijdingsmogelijkheden.
Eerder meldden biotechnoloog Thomas Jacobs (VIB/UGent) en zijn collega’s in Plant Cell dat ze een speciale versie van een crispr-systeem gemaakt hebben om heel specifiek in bepaalde plantenweefsels genen uit te schakelen. Daarmee kan worden nagegaan wat de functie van de genen is. Omdat genen in verschillende weefsels andere functies kunnen hebben, is het nuttig ze selectief aan te kunnen pakken.