Sébastien Stassin, ex-Cercle Brugge, is nu spelersmakelaar in dienst van het ACV. ‘De vakbond wil zo een juist beeld van de voetballerij krijgen.’
De vakbond ACV heeft zowaar een eigen spelersmakelaar in dienst. Sébastien Stassin, ex-Cercle Brugge, adviseert spelers van eerste tot vierde klasse, en bezit zelfs een bescheiden portefeuille in het buitenland. Een paar weken geleden sloeg hij zijn grootste slag door doelman Ludovic Butelle bij Club Brugge onder te brengen. ‘En ik had bijna een nog veel grotere transfer rond gekregen, ware het niet dat de vrouw van de speler een slecht gevoel had bij de stad waar ze naartoe zou verhuizen’, vertelt Stassin, die als loontrekkende een unieke positie inneemt in de voetballerij. De premies die hij opstrijkt, gaan naar een vzw die zijn loon uitbetaalt. ‘Hoe meer goeie contracten ik afsluit, hoe meer zekerheid ik heb over mijn job. Maar ik heb er zelf – in tegenstelling tot andere makelaars – geen belang bij om een speler te laten verkassen. Winst is niet de hoofdbetrachting. Het ACV doet dit om een beeld van de voetballerij te krijgen van binnenuit. Mijn voorbeeldfunctie is ook niet onbelangrijk: iemand moet tonen dat het wél op een propere manier kan.’
De ACV-makelaar wil te allen tijde correct werken, deelt geen cadeaus uit en weigert bijvoorbeeld ook zwart geld. Er zijn clubs die om die reden niet met hem willen samenwerken – niet toevallig gaat het om verenigingen die vaak opduiken in de dossiers van Sporta. Sinds 2010 werd de controle op het beroep van voetbalmakelaar op last van Europa afgebouwd. Iedereen mag zich nu makelaar noemen, en je ziet grote verschillen in de manier van werken. ‘Voor sommigen is het niet meer dan twee telefoontjes waarmee ze een sowieso gewilde speler koppelen aan een club die hoe dan ook geïnteresseerd was. Makkelijk verdiend, en als er problemen zijn met de contracten, sturen ze de speler door naar Sporta. Voetballers die niet langer interessant zijn, laat men botweg vallen. Terwijl zij net het meest gebaat zijn bij degelijk advies.’
De krant Het Nieuwsblad berekende dat makelaars in België elk jaar 18 miljoen euro uit het voetbal halen, het jaarbudget van twee stevige eersteklassers. Een schande, vindt Stassin, die zijn eigen beroep voor een groot deel overbodig acht. ‘Een goeie speler heeft geen makelaar nodig, de clubs komen vanzelf naar hem toe. Hij moet iemand hebben die de kleine lettertjes van zijn contract naleest – een advocaat die een beetje beslagen is, kan dat. Alleen onbekende voetballers die om de een of andere reden niet interessant lijken, hebben baat bij een makelaar die hen aanprijst in zijn netwerk. Maar zij vinden moeilijk een vertegenwoordiger die echt werk wil maken van hun dossier.’