Bij de productie van kleren worden steeds meer slaven gebruikt, stelt de Duitse professor Evi Hartmann in een nieuw boek. Volgens Sara Ceustermans van de Vlaamse Schone Kleren Campagne blijven grote ketens in gebreke.
Hoeveel slaven hebt u? is de provocerende titel van het nieuwe boek van de Duitse economieprofessor Evi Hartmann. Volgens haar worden er in deze geglobaliseerde wereld niet minder, maar steeds meer slaven gebruikt om onze kleren te vervaardigen tegen bodemprijzen. Op slaveryfootprint.org kan u uitrekenen hoeveel slaven er voor u ploeteren. Hartmann zelf kwam daarbij aan niet minder dan zestig slaven. In Vlaanderen vraagt Sara Ceustermans van de Schone Kleren Campagne aandacht voor het lot van iedereen die zich voor ons uit de naad werkt.
SARA CEUSTERMANS: Hoe verder je teruggaat in de keten van het maakproces van kleren, hoe minder we weten over de arbeidsomstandigheden. Op de velden waar het katoen wordt verbouwd, komt slavernij allicht voor. De grote merken hebben daar geen controle over. Ze weten gewoon niet wat er gebeurt. In de ateliers voor kledingketens, waar wij ons op concentreren, komt slavernij gelukkig minder voor. Hoewel: er zijn fabrieken waar de arbeiders worden opgesloten zodat ze ’s avonds niet weg kunnen.
Hartmann pleit voor een ‘morele maandag’. Elke week zouden we even moeten stilstaan bij het leven waartoe wij slaven veroordelen. Kan zoiets helpen om mensen bewust te maken van het probleem?
CEUSTERMANS: Zeker. Veel mensen denken dat hun kleren door machines worden gemaakt, maar in werkelijkheid is dat proces ontzettend arbeidsintensief. Aan één kledingstuk werken 170 mensen, waarvan er 86 het stuk effectief aanraken.
Werden de werkomstandigheden van die mensen de voorbije jaren beter?
CEUSTERMANS: Ja. Zeker sinds de ramp in 2013 in de fabriek in Bangladesh zijn kledingmerken zich ervan bewust dat ze zelf actie moeten ondernemen. De media-aandacht was ook enorm. Tot voor die ramp stuurden ketens slechts af en toe een auditeur naar de fabrieken, en vonden ze dat het in de eerste plaats aan de fabrieksbazen was om de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Dat klopt natuurlijk niet: het gaat om het geld dat de ketens vrij willen maken voor veiligheidsmaatregelen en betere werkomstandigheden. Dat beseffen ze nu eindelijk.
H&M wordt vaak geroemd als een keten die haar best doet voor al zijn werknemers. Klopt dat?
CEUSTERMANS: H&M heeft een grote en uitgekiende pr-machine. Ze hebben een heel team dat bezig is met de communicatie. Het bedrijf zet wel projecten op rond ecologie en biologische producten. Maar wat betreft de arbeidsvoorwaarden blijft het meestal bij mooie woorden. Dat horen wij van de vakbonden: de situatie voor de arbeiders verandert niet echt.
Zou ons leven veel duurder worden als we voor alles een eerlijke prijs betalen?
CEUSTERMANS: Niet echt. De loonkost voor naaiateliers bedraagt maar één tot vijf procent van de winkelprijs van een kledingstuk. Daar kan wel iets bij, en ook de mensen op de plantages kunnen meer gaan verdienen zonder dat wij dat zouden voelen.
Peter Casteels
‘In sommige kledingfabrieken worden werknemers ’s avonds opgesloten.’