CHARLES PICQUÉ

De minister-president van het Brussels Gewest, Charles Picqué (PS), gaat niet akkoord met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Hij denkt dat sommige elementen ervan het Brussels Gewest negatief beïnvloeden.

?Wij gaan allereerst niet akkoord dat het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen de grootstedelijke Rand van Brussel beperkt tot veertien gemeenten of delen daarvan, dat niet wordt vermeld op welke criteria ze uitgekozen zijn, en dat de rest van de Vlaamse gordel om Brussel beschouwd wordt als georiënteerd op de provincie Vlaams-Brabant. Volgens ons horen er normaliter minstens tweemaal zoveel gemeenten uit de Rand tot het stedelijke gebied. Oriënteren op het platteland gaat de vlucht van stadsbewoners naar de Rand niet tegen, en het is ook niet bevorderlijk voor de intergewestelijke samenwerking wat betreft bedrijven en mobiliteit.

Wij willen bovendien dat het Structuurplan aangeeft welke soort bedrijven en economische activiteiten worden aangetrokken voor de Rand, en dat die bedrijven en activiteiten worden getoetst op hun milieueffecten op de hoofdstad.

Ten derde vragen wij in het plan een garantie om de hinder van de nationale luchthaven te beperken. Het luchtverkeer neemt trouwens almaar toe. Een tweede punt wat Zaventem betreft : het Structuurplan wil de spoorverbinding met de luchthaven verbeteren, en er misschien de hogesnelheidslijn laten eindigen. Maar op die manier wordt geen rekening gehouden met het feit dat wij al plannen hebben om die terminal van de hogesnelheidslijn in het jaar 2010 in Schaarbeek neer te zetten. Bovendien brengt het voornemen de rol in gevaar van het Brusselse Zuidstation als hoofdstation voor alle hogesnelheidslijnen. Ook moet de haven van Brussel goed bereikbaar blijven, want die is belangrijk voor de bevoorrading van de stad.

Tenslotte willen we dat er in het Structuurplan een verbod komt op de bouw van een verbrandingsoven in Drogenbos. Onze regel, dat wij de rand van Brussel niet gebruiken als vestigingsplaats voor activiteiten die in de stad zelf ongewenst zijn, moet ook voor Vlaanderen gelden.

We stellen voor dat we met het Vlaams Gewest over dit plan rond de tafel gaan zitten.?

CARL DECALUWÉ

Volgens Vlaams parlementslid Carl Decaluwé (CVP) komt de kritiek van het Brussels Gewest te vroeg. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen maakt vooralsnog alleen melding van mogelijkheden. Bovendien moet het overleg met het Brussels Gewest nog beginnen.

?Ik heb zo de indruk dat meneer Picqué dit plan verkeerd begrijpt en dat hij maar een schot voor de boeg waagt. Inderdaad : het parlement besloot het statuut van de Brusselse Rand te veranderen. Sommige delen zijn niet meer ?stadsgericht?. Dat heeft grote gevolgen voor het bouwen. Maar de vrees dat dit de ontvolking van de stad en de verstedelijking van de Rand bevordert, is ongegrond. In een plattelandsgebied mag men immers minder bouwen dan in een stedelijk gebied. Ik denk daarom dat het Brussels Gewest alleen maar tegen deze beslissing is, omdat het verfransing tegengaat.

Ten tweede lijkt het alsof wij zoveel mogelijk vliegtuigen over Brussel willen laten vliegen. Dat ze dat doen, heeft veeleer te maken met het feit dat je startbanen en vliegroutes, door bijvoorbeeld windrichting, niet eender waar kan leggen. Toegegeven : het is niet onze bedoeling om Zaventem op een lager pitje te zetten, maar het is ook niet ons plan om de capaciteit te verhogen. Het is al een afbouwing dat de luchthaven slechts op Europa gericht is, en niet op de wereld.

Wat de hogesnelheidslijn betreft : er wordt alleen gesproken van de mogelijkheid de lijn in Zaventem te laten eindigen. Dat dat in strijd is met een station in Schaarbeek klopt, maar wij hebben vooralsnog niet vernomen dat de NMBS die terminal ook inderdaad in Schaarbeek wil. Bovendien stelt het Structuurplan dat de ?poorten? in Vlaanderen met elkaar verbonden moeten worden. Brussel is een van die poorten, dus een terminal in Zaventem is niet in tegenspraak met de ontsluiting van Brussel.

In het plan staat ook nergens dat er een afvalverbrandingsoven komt in Drogenbos. Alleen de mogelijkheid wordt overwogen. Bovendien zal het hele hoofdstuk over de Vlaamse Rand, voor het verder besproken wordt, opnieuw worden bekeken door een onderzoeksbureau. Dat staat ook in het parlementsstuk over de Rand. Beide gewesten hebben ook gezegd zich op elkaar af te stemmen. Dat er grensoverschrijdend overleg nodig is voor zoiets als een afvaloven, is dan ook niet meer dan normaal.?

Opgetekend door Jan Hazevoet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content