Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

In de Kroonraad van Knack geven vooraanstaande politici hun opinie over de actualiteit. Deze week Leo Tindemans over de oorlog in en de wederopbouw van Irak, de positie van Turkije, de gespannen verhouding tussen de VS en België, de Europese Conventie, en de regeringsvorming in Nederland.

n Mijnheer Tindemans, de Amerikanen hebben verrassend snel afgerekend met het regime van Saddam Hoessein.

LEO TINDEMANS: Een oorlog is onvoorspelbaar, maar de Verenigde Staten zouden niet in deze operatie gestapt zijn indien ze niet zeker waren geweest van hun verpletterend overwicht. Toch kunnen ook zij niet alle risico’s vermijden, misschien krijgen ze nog een tijdje te maken met kleine verzetsgroepjes, en ze moeten paal en perk stellen aan de plunderingen en aan de anarchie die bij de plaatselijke bevolking is uitgebarsten.

Tot nader bericht zijn er geen massavernietigingswapens gevonden.

TINDEMANS: Mochten ze niets vinden, dan verzwakt dat de rechtvaardiging van deze oorlog. De Amerikanen zijn nogal slordig omgesprongen met hun argumentatie. Eerst ging het om de massavernietigingswapens, daarna moest er een regimewissel komen en moest Saddam persoonlijk worden geliquideerd. Ze hadden van in het begin sterker de nadruk moeten leggen op de strijd tegen het terrorisme, want dat is de ware beweegreden om Saddam uit te schakelen. In Europa blijven wij het effect onderschatten dat de aanslagen van 11 september op de psychologie van de gemiddelde Amerikaan hebben gehad. Niemand had ooit durven denken dat de Amerikanen op hun eigen grondgebied, in het hart van hun economische en politieke wereld, zouden worden aangevallen. Dat de regering dat niet ongestraft laat, daar staat het merendeel van de bevolking wel achter.

Het probleem voor de VS was dat de agressor niet binnen een bepaald territorium te lokaliseren valt. Hoe moet je die bestrijden? De geheime diensten hadden daar geen antwoord op, het is een nieuw gegeven waar ook Europa zich over moet buigen. Ik merk trouwens dat in de Conventie voor het eerst over de dreiging van het internationaal terrorisme gesproken wordt, dat was twee maanden geleden niet het geval. Noch de VN, noch de NAVO, noch de EU hebben een krachtig en doelmatig beleid tegen de terreurdreiging ontwikkeld. Dat was de zwakte van wie tegen het militaire ingrijpen in Irak pleitte. Het is geen verrassing dat de Amerikanen dan maar unilateraal, op hun manier, zijn opgetreden.

Over de heropbouw van Irak laait dezelfde controverse op als over de oorlog: moeten de VN de leiding nemen of de VS?

TINDEMANS: In de wederopbouw van Irak zijn drie essentiële elementen. Het dringendste is het oplossen van de humanitaire problemen. Daar kunnen de VN onmiddellijk optreden, dat is zelfs hun plicht en ook die van andere internationale organisaties. Zonder gebekvecht over wie formeel de leiding heeft.

Een tweede punt is de civiele heropbouw. Wat nu in Irak gebeurt, is eigenlijk hetzelfde wat Lawrence of Arabia overkwam tijdens de Eerste Wereldoorlog. Hij trok met de Arabieren dwars door de woestijn en nam Akaba in, iets wat iedereen voor onmogelijk had gehouden. Maar een week later heerste daar een volkomen chaos. Ziekenhuizen, gemeentebesturen, politie, brandweer… niets functioneerde nog. Net als nu in Irak. Dat moet zo snel mogelijk worden hersteld, maar dat kan niet zonder het leger en dus zonder de Amerikanen.

De derde opdracht is om een nieuwe politieke en democratische structuur uit te bouwen. Met alle verschillende godsdiensten, etnieën en clans zal dat verre van eenvoudig zijn. De Amerikanen hebben in dit domein al wel ervaring opgedaan in Japan en Zuid-Korea, maar de aanwezigheid van de VN in dat hele proces is mijns inziens onmisbaar. Slotsom: bij de heropbouw moeten Amerikanen, Britten en VN noodgedwongen samenwerken. Hoe lang valt onmogelijk te voorspellen.

Is het wel een goed idee om Irak een democratische bestuursvorm op te dringen?

TINDEMANS: Een boeiende vraag, waarop niemand het antwoord kan geven. De Irakezen hebben nooit een democratisch regime gekend, ze leven met gebruiken en gewoonten van het clansysteem. En het is bekend dat de Arabieren onderling zelden of nooit overeenkomen, dat weten ze onder andere in Israël zeer goed. Het wordt dus alleszins niet gemakkelijk om de interne twisten in Irak onder een democratische controle te brengen. Het vergroot de noodzaak om er de VN bij te betrekken, anders zal dat democratisch bestuur ervaren worden als een formule die door de Amerikanen is opgedrongen.

Zullen de Amerikanen de komende maanden ook de regimes in Syrië en Iran aanpakken?

TINDEMANS: Dat denk ik niet. Het heeft al heel wat diplomatie gevergd om de aanval tegen Irak verteerbaar te maken voor de Arabische wereld. De Amerikanen moeten nu eerst het Israëlisch-Palestijns conflict proberen op te lossen. In dat kader zullen ze trouwens verplicht zijn om met Syrië aan tafel te gaan zitten, want dat controleert zowat heel Libanon. Maar welke eerste minister of minister van Buitenlandse Zaken heeft nog niet geprobeerd om te bemiddelen in het Midden-Oosten? De pendeldiplomatie van Henry Kissinger en Bill Clinton was de meest opvallende, maar veel anderen hebben hetzelfde geprobeerd, bij alle betrokken partijen. Tot op dit ogenblik zonder succes. Zolang dat niet verandert, komt er in die regio nooit vrede en is het zinloos een democratie in te voeren in Syrië of Iran.

Overigens zitten de Amerikanen in Noord-Korea met een dringender probleem, en zij niet alleen. Ik heb hier al verteld dat ik in ’99 in opdracht van de EU in Noord-Korea ben geweest om te proberen diplomatieke betrekkingen op te bouwen. Dat leek de goede kant uit te gaan, maar de EU heeft die inspanningen helaas stopgezet en zo de isolatie van Pyongyang bestendigd. Noord-Korea werkt aan kernwapens, heeft al een proefraket in de richting van Japan uitgetest, en het heeft bovendien ook kerncentrales van het Tsjernobyl-type heropgestart. Dat zorgt voor grote ongerustheid bij buurlanden als Zuid-Korea, Japan, China en zelfs Australië. Die delen allemaal in de schade als er iets misloopt met die kernwapens of kerncentrales. Het gevaar dat uitgaat van het Noord-Koreaanse regime moet een prioriteit zijn op de internationale agenda en moet met diplomatieke initiatieven worden ontmijnd.

De weigering van Turkije om Amerikaanse troepen doorgang te verlenen, heeft de verhouding met de VS vertroebeld. En Turkije vreest de vorming van een onafhankelijk Koerdistan in Noord-Irak.

TINDEMANS: In de leidende Turkse kringen, zowel in de politiek als in het leger, leeft sterk de herinnering aan de betekenis van het Ottomaanse Rijk. Bijna de helft van Europa is ooit in handen van de Turken geweest. Na 1918 zijn ze het grootste deel van hun grondgebied kwijt geraakt. Het valt te begrijpen dat de Turken niet willen weten van een nog verdere inkrimping van hun territorium. De Koerden leven in vier verschillende landen, als ze in één daarvan onder een of andere vorm een eigen staat of deelstaat mogen vormen, zal dat het onafhankelijkheidsstreven in de andere drie alleen doen toenemen. De Koerden spelen het handig door nadrukkelijk met de Amerikanen op te trekken, waardoor die hen nadien niet kunnen negeren. Hadden de Turken in hun parlement een minder scherpe houding tegen de VS aangenomen, dan zouden zij nu naast de overwinnaars hebben gestaan.

Ook België heeft de Verenigde Staten in de wielen gereden. De Amerikaanse ambassadeur heeft in een interview dreigende taal gesproken, al slikte hij nadien zijn woorden in.

TINDEMANS: Ik wil niet zeggen dat we nu al de tol betalen voor onze houding van de voorbije maanden, noch dat we dat ooit zullen moeten doen. Maar dat we niet meer op een goed blaadje staan in de VS is duidelijk. De gevoeligheden in de internationale politiek zijn vaak even delicaat als die tussen individuen, men is dus beter voorzichtig met al te forse verklaringen. Zeker een klein land. Ik heb een paar keer de indruk gehad dat wij de rol van grote mogendheid wilden spelen.

De Europese Conventie moet tegen eind juni haar besluiten indienen en voorzitter Valéry Giscard d’ Estaing brengt binnenkort een tussenverslag. Bent u optimistisch?

TINDEMANS: Het niveau van de discussies in de Conventie heeft mij aangenaam verrast, maar of men tot overeenstemming zal komen over de heikele punten blijf ik betwijfelen. En alles moet nog naar de Europese Raad, waar de nationale belangen veel sterker zullen spelen en de traditionele eurosceptici op de rem kunnen gaan staan. Ook het Europees parlement en de parlementen van de lidstaten moeten hun goedkeuring geven… dat zijn nog veel kansen om te struikelen.

Op de belangrijke punten blijven de tegenstellingen bestaan. Er wordt in het Verdrag van Maastricht uitdrukkelijk gezegd dat er een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid moet komen. En met de kwestie Irak voelen we dat meer dan ooit. Maar hoe moet het worden verwezenlijkt: communautair of intergouvernementeel? Dat debat blijft heel scherp. Wat moet de rol zijn van de hoge vertegenwoordiger en wat is die van de commissaris voor buitenlands beleid? Als dat uiteindelijk bij unanimiteit onder 25 leden moet worden beslist, komt er nooit iets van.

Dat geldt ook voor de veiligheid. Wat de buitenlandse veiligheid betreft, spreekt men van een grenswacht. Maar na de uitbreiding wordt die grens steeds langer. Stel dat de Turken erbij komen, dan heeft de EU zelfs een gemeenschappelijke grens met Irak. Hoe gaan we die bewaken? Wie gaat dat betalen? Welke bevoegdheid hebben de grenswachters? Inzake binnenlandse veiligheid raak je aan het begrip vrijheid in het algemeen. De nu zeer uiteenlopende juridische procedures moeten worden geüniformiseerd. Mag er een Europees openbaar ministerie worden gevormd dat alle EU-burgers kan aanklagen?

Eigenlijk komen we altijd weer uit bij de basisvraag die nooit beantwoord wordt: wil men een communautair of een intergouvernementeel Europa?

In Nederland is de formatie weer vastgelopen. Drie maanden na de verkiezingen is er nog steeds geen nieuwe regering.

TINDEMANS: Het kernwoord is ‘vertrouwen’. Er is geen vertrouwen tussen het christen-democratische CDA en de socialistische PvdA. Wim Kok was erin geslaagd het ‘akkoord van Wassenaar’ te sluiten met de vakbonden, waardoor onder meer de lonen onder controle bleven. En dus ook de uitkeringen, die in Nederland aan de lonen gekoppeld zijn. Door die afspraak was er weinig sociale onrust en gaf het poldermodel de indruk dat er geen problemen waren. Maar dat model lijkt samen met Kok verdwenen, en de vertragende economie noopt tot besparingen. Men wil 20 miljard euro bezuinigen om tegen 2007 een begroting in evenwicht te hebben. De vraag is dan als vanouds: hoeveel en in welke sectoren? Moeten onderwijs en sociale zekerheid buiten schot blijven? Wat zullen de gevolgen zijn voor de evenwichten in de betalingsbalans en de begroting?

Die keuze brengt de fundamentele politieke tegenstellingen weer aan de oppervlakte. Helaas gaat iedereen zich onmiddellijk profileren voor de televisiecamera’s, de plaag van vandaag. Er zijn politieke besprekingen die tijd vragen en in alle rust moeten kunnen verlopen. Als iedereen om het half uur met een felle verklaring in de pers uitpakt, is dat niet meer mogelijk. Het wordt hoog tijd dat de leidende politici in Nederland hun verantwoordelijkheid nemen.

Koen Meulenaere

leo tindemans: ‘er zijn politieke besprekingen die in alle rust moeten kunnen verlopen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content