Opera zo onbevangen mogelijk benaderen, als een leek in het vak, dat wil Guy Cassiers nu doen in de Munt. Cassiers regisseert er ‘Der Fliegende Holländer’ van Richard Wagner.

Info : ‘Der fliegende Holländer’, Wagner, regie Guy Cassiers. Vanaf 6/12/2005 tot 31/12/2005 in de Muntschouwburg Brussel. www.demunt.be. De productie wordt op 20/12 rechtstreeks uitgezonden op televisiezenders Arte, La Deux, RTBf-sat en HD1 en op radio Musique 3. (AL)

Voor de Belgische regisseur Guy Cassiers, die al jaren Het RoTheater in Rotterdam leidt en vanaf volgend jaar aan het hoofd zal staan van Het Toneelhuis in Antwerpen, is dit de eerste echte grote operaproductie.

In 2001 maakte hij samen met componist Kris Defoort al wel de schitterende muziektheatervoorstelling The Woman Who Walked into Doors, een bewerking van het boek van Roddy Doyle. De jongste maanden kreeg hij alle lof voor zijn theaterversie van de Proustcyclus.

Zijn regie van Der Fliegende Holländer ziet Cassiers als een verlengstuk van zijn eerdere werk: ‘Toen Foccroulle mij vroeg om deze operaproductie te doen, beschouwde ik dat als een spannend aanbod. Ik moest mijzelf de vraag stellen wat ik met die opera gemeen had. Wat mij blijkbaar aantrekt, zijn personages die op zoek zijn naar hun eigen verloren tijd. In die zin trek ik nu gewoon de lijn van de Proustcyclus door. De Hollander is een personage dat kampt met het verleden. In mijn versie is de vrouwelijke figuur Senta minstens even belangrijk. Het is iemand die een ideaal zoekt in een ander iemand. Door zich te geven aan dat ideaal buiten zichzelf, ontdekt zij een meerwaarde in het leven.’

Cassiers wil zich niet meten met Wagner, hij wil zich niet eens meten met wat hij ‘de echte operakenners’ noemt. ‘Ik bekijk deze opera met de ogen van een buitenstaander. Ik wil die opera met een zintuiglijk denken benaderen. De toeschouwer moet met alles wat hij hoort en ziet, zelf zijn verhaal kunnen samenstellen, zelf kunstenaar worden.’ Cassiers werkt ook in de Munt met videobeelden en een totaalconcept. Zo zullen de zangers bijvoorbeeld mee de camera’s hanteren. Het zoeken naar een nieuwe taal vond Cassiers ook bij Wagner terug: ‘ Der Fliegende Holländer is het werk van de vroege Wagner. Hij zocht nog naar een plek. Ik voel hoe hier een kunstenaar aan het werk is die refereert aan een verleden waar hij afstand van wil nemen. Hij laat zijn personages worstelen met het hier en nu. In zijn muziek zit die hele tegenstelling verweven.’

Een sterke zintuiglijke ervaring, dat wil Cassiers van deze opera maken. ‘Het oog laten horen en het oor laten zien.’

A.L.