360 vierkante kilometer, 1,4 miljoen Palestijnen, 1 muur. Knack trok naar Gaza-Stad. Een bericht uit de onderbuik van Hamas.

Even na middernacht komen de strijders van Abu Ahmad (35) in het noordwesten van de Gazastrook in actie. De veldcommandant van de Islamitische Jihad heeft zes gemaskerde paramilitairen onder zich. Lopend verlaten ze de beschutting van kapotgeschoten gebouwen naar een veld met olijfbomen enkele kilometers voor de grensmuur. De zenuwen staan gespannen. Boven hen klinkt het gebrom van Is- raëlische spionagevliegtuigjes.

Een uur geleden, verder naar het zuidoosten, is de auto van een van hun strijders vanuit de lucht opgeblazen. Israëlische tanks patrouilleren langs de muur die de Gazastrook van Israël scheidt. De twintigjarige strijders zijn bewapend met kalasjnikovs en granaatwerpers. Vannacht schiet hun eenheid geen zelfgemaakte raketten af. Ze houden de wacht, leggen mijnen en graven tunnels voor het geval het Israëlische leger besluit tot een grootscheepse inval op de Gazastrook om een eind te maken aan de bijna dagelijkse raketbeschietingen.

Een Israëlische invasie lijkt steeds dichterbij. Dagelijks vallen Israëlische troepen het grensgebied binnen om voorbereidingen te treffen. Militaire woordvoerders zeggen openlijk dat een grootscheepse operatie onvermijdelijk dreigt te worden. Op 10 december 2007 pleegden speciale eenheden de grootste inval sinds september 2005, toen de Israëlische troepen zich volledig uit de Gazastrook terugtrokken. Er vielen zes Palestijnse doden en vijftien gewonden.

‘Een invasie zou zelfmoord zijn’, fluistert Abu Ahmad in het donker. ‘We zijn nu veel beter voorbereid en getraind dan twee jaar geleden. Ze kunnen ons alleen uit de lucht raken. Maar als ze binnenvallen, wordt het een bloedbad.’ Waarom zouden ze Israël überhaupt aanleiding geven om binnen te vallen? ‘We moeten tonen dat het verzet niet opgeeft, zodat het volk de moed erin houdt. Elke keer als ze horen dat we een Israëlisch doel hebben geraakt, maakt dat hun dag weer goed.’

Paramilitaire groepen in de Gazastrook schieten dagelijks zelfgemaakte raketten en mortieren af op Israël. Ze noemen het represailles voor de liquidaties door het Israëlische leger. Meestal raken ze geen doel, maar soms vallen er wel doden of gewonden in de Israëlische nederzettingen rond de Gazastrook. Zoals een voltreffer in de nacht van 10 september. Het projectiel raakte de Israëlische militaire basis Zikim, een kilometer ten noorden van de grens, waar dienstplichtigen de nacht in tenten doorbrachten. 67 soldaten raakten gewond, van wie vier ernstig. Het was de meest bloedige aanval met een raket ooit. Israël riep Gazastrook prompt uit tot vijandig gebied.

In de wijk Jabalya ligt Said (21) thuis op de bank voor de televisie. Hij is verantwoordelijk voor de aanslag op Zikim. In jeans en bomberjack zapt hij tussen een voetbalwedstrijd en het kanaal van de Al Aqsa-brigade, waarop martelaren worden verheerlijkt en beelden worden getoond van raketten en explosies onder begeleiding van islamitische muziek en Koranrecitaties. Met onverhulde trots vertelt hij over zijn daad. ‘Ik was ontzettend blij dat ik dit keer een militair doel had geraakt. Ik heb wraak kunnen nemen.’ Enkele dagen daarvoor had Israël vier militanten van de Islamitische Jihad gedood.

Said was 16 toen hij zijn eerste zelfgemaakte raket op Israël afvuurde. Hij was altijd een haantje-de-voorste geweest bij het stenen gooien, en werd ontdekt door de fundamentalistische, paramilitaire Islamitische Jihad. In de voorbije twee maanden is hij er tien keer op uit getrokken om raketten af te vuren. Said: ‘Wat wil je dat ik doe? Gewoon toekijken hoe ze ons elke keer weer aanvallen en vernederen?’

Raketten afschieten is een riskante onderneming. Met luchtballonnen en onbemande waarnemingsvliegtuigjes, zogenaamde drones, houdt Israël elke beweging in de grensgebieden van de Gazastrook nauwlettend in de gaten. Verdachte individuen worden binnen enkele seconden met precisiegeschut uitgeschakeld. Geregeld worden er Palestijnse strijders gedood, maar soms ook onschuldige boeren.

‘LANGZAME EXECUTIE’

De Gazastrook staat bekend als de grootste openluchtgevangenis ter wereld. Ruim 1,4 miljoen Palestijnen leven er achter een muur in een gebied van grofweg 360 vierkante kilometer. Israël heeft alle toegangswegen afgesloten nadat de fundamentalistische moslimbeweging Hamas in juni 2007 met geweld de troepen van Fatah van de Palestijnse president Mahmoud Abbas verdreef en de macht volledig overnam. De enige grensovergang met Egypte is gesloten. Sindsdien leeft de bevolking op rantsoen.

Alleen de meest essentiële benodigdheden worden nu nog in beperkte mate door de Kerem Shalom-overgang binnengelaten: kookolie, zout, rijst, suiker, bloem, melkproducten, bevroren groenten, vlees en medicijnen. De lokale economie is vrijwel volledig stilgevallen, waardoor 80 procent van de bevolking afhankelijk is van voedselhulp van de Verenigde Naties. Israël overweegt de levering van brandstof en elektriciteit ook terug te schroeven, ondanks internationale waarschuwingen tegen een dergelijke collectieve bestraffing van het Palestijnse volk.

‘Het is alsof ze ons dagenlang zonder water zetten en ons dan een paar theelepeltjes toedienen’, zegt Khaled Radi, de Hamas-woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid. Hij zegt dat ruim 40 patiënten zijn gestorven omdat ze de Gazastrook niet mochten verlaten voor een behandeling in ziekenhuizen elders. In de voorraadkasten zitten steeds minder medicijnen. ‘Dit is een langzame executie van onschuldige burgers.’

Ali Ahl (54) ligt te creperen in het ziekenhuis in Gaza-Stad. Hij heeft knieën tegen zijn borst opgetrokken – door het tekort aan medicijnen krijgt hij alleen minimale doses pijnstillers. Hij moet dringend een katheterisatie ondergaan, een behandeling die hij in de Gazastrook niet kan krijgen. Maanden geleden werd hij al doorverwezen naar een ziekenhuis in Nablus, op de Westelijke Jordaanoever, maar vanwege de Israëlische blokkade kan hij niet weg uit de Gazastrook. De vader van veertien kinderen heeft van de Israëlische autoriteiten ook vandaag weer een ‘nee’ te horen gekregen. ‘Het is alsof ik hier in een sterfhuis lig.’

In zijn ziekenhuisbed reageert Ahl boos op de vraag of zijn lot de schuld is van Hamas. ‘De Joden zijn de schuldigen, zij hebben ons afgesloten!’ zegt hij opgewonden. ‘Hamas heeft nooit de kans gekregen om te tonen dat het vrede en veiligheid kan brengen. Israël wil ons afknijpen totdat we onze nationale rechten opgeven en alleen nog om de opening van de grens zullen smeken.’

Eerder op de dag is een twaalfjarig meisje overleden omdat ze de Gazastrook niet uit kon voor een operatie. Sinds de blokkade zijn volgens Khaled Radi meer dan 40 patiënten gestorven omdat hen de toegang tot ziekenhuizen buiten de Gazastrook is ontzegd. ‘Niet alleen Israël, maar de hele wereld die stil blijft toekijken, is daarvoor verantwoordelijk’, zegt hij. ‘Zelfs als je Hamas niet wilt accepteren, mag je kinderen niet ter dood veroordelen.’

FERME HAND

Als de belegering van de Gazastrook bedoeld is om het volk tegen Hamas op te zetten, dan lijkt die strategie op een mislukking uit te draaien. Ondanks alles blijken de meeste ondervraagden Hamas nog altijd te steunen. ‘Het is niet eerlijk om van ons te eisen Hamas te dumpen, in ruil voor het openen van de grenzen’, zegt een studente die in de Verenigde Arabische Emiraten Arabische literatuur studeert. ‘Dat is pure afpersing.’ Ze demonstreert op straat samen met een vijftigtal mensen die in het buitenland wonen, werken of studeren, maar sinds de blokkade vastzitten. Een andere vrouw vertelt dat ze niet terugkan naar haar echtgenoot en drie kinderen in Egypte. ‘Mijn man dreigt van me te scheiden en met een andere vrouw te trouwen als ik niet snel thuiskom.’

Supermarkteigenaar Motaz (31) was een Fatah-aanhanger, maar heeft onlangs voor Hamas gekozen. Zijn winkel lijkt vol te staan met producten, maar op de schappen ligt vooral veel van hetzelfde: blikvoer en toiletverfrissers. Er staan bergen wc-papier opgestapeld. ‘Als een product uitverkocht raakt, vullen we de ruimte met spullen die we nog wel hebben. Een lege winkel is slecht voor de zaken. Fruit, groenten en frisdrank zijn moeilijk te krijgen. En de luiers raken op. Over drie maanden kunnen we de tent sluiten.’

Wat is er nodig om de impasse te doorbreken? ‘Een flinke zelfmoordaanslag in Tel Aviv zal de Israëli’s wakker schudden’, zegt Motaz. ‘De Israëli’s moeten maar weer eens voelen hoe het is om pijn te lijden.’

De vader van Motaz mengt zich in het gesprek. Hij zegt vroeger Fatah te hebben gesteund, maar bij de verkiezingen van 2006 op Hamas te hebben gestemd. ‘Ik was de wetteloosheid en de corruptie zat. We leverden aan een Fatah-organisatie, maar kregen nooit betaald. Ze kennen geen schaamte, ze hebben geen trots.’ Hij geeft Fatah de schuld voor de blokkade. ‘Ze spelen onder een hoedje met Israël. Ze willen ons straffen omdat we naar Hamas zijn overgelopen.’

Ze zijn vooral blij met de orde en veiligheid die er sinds vijf maanden op straat heerst. ‘Er is een eind gemaakt aan de terreur van gemaskerde mannen. Nu kunnen we de winkel ’s avonds openhouden’, zegt Motaz. Soms treden de ordediensten van Hamas te hard op, moet hij toegeven. ‘Iemand een paar klappen geven voor een verkeersovertreding is niet erg. Wij Palestijnen hebben een ferme hand nodig. Maar je hoeft natuurlijk niet iemands knieën kapot te schieten. Een enkeling moet zich nog leren inhouden.’

Volgens Motaz heeft Hamas ondanks de verkiezingsoverwinning geen kans gekregen. ‘Hamas is door het buitenland vanaf het begin gesaboteerd, maar hier hebben we gezien dat het de veiligheid heeft teruggebracht. Iedereen houdt zich nu aan de regels. Dat bevalt Israël natuurlijk niet. Ze hebben liever te maken met die corrupte bende van Fatah. Daar kunnen ze goede zaken mee doen.’

GEEN VREUGDESCHOTEN MEER

In Shati, een volkswijk aan de kust in het noorden van Gaza-Stad, spelen kinderen op straat. Ze voetballen voor het huis van Hamas-leider Ismail Haniyeh, de premier van de Palestijnse regering die door president Abbas is ontbonden. Zwaarbewapende veiligheidsagenten van Hamas houden de wacht, maar niemand wordt de toegang ontzegd. De buren staan op straat te keuvelen. ‘We voelen ons net proefkonijnen waarop de Israëli’s telkens nieuwe vormen van marteling uitproberen’, zegt een man. Ze zijn werkloos, altijd geweest. ‘We zullen zand eten, voordat we ons overgeven’, klinkt het vastberaden. ‘Ze proberen Haniyeh te dwingen Israël te erkennen, maar dat zal nooit gebeuren.’ Wat staat Hamas te doen? ‘Ik heb gehoord dat ze nieuwe raketten hebben ontwikkeld. Ik hoop dat ze die binnenkort op Israël loslaten. Er is geen andere optie. Onderhandelingen hebben nooit iets opgeleverd. Israël luistert alleen naar geweld.’

Ahmed Yusuf, politiek adviseur van Haniyeh, weet dat het geduld van veel mensen opraakt. ‘Sommigen keren zich van Hamas af, anderen eisen juist dat de militanten tot actie overgaan’, zegt hij in een interview. ‘Israël dwingt hen met hun maag te denken. Dat is gevaarlijk. Maar de meeste Palestijnen begrijpen dat we geen concessies kunnen doen. Ze weten dat ze een offer moeten brengen en geduld moeten hebben.’

Hamas is heer en meester in de Gazastrook. Sinds Fatah werd verdreven, maakt de beweging die door de meeste westerse regeringen als terroristische organisatie wordt bestempeld hier de dienst uit. President Abbas probeert Hamas vanaf zijn zetel op de Westelijke Jordaanoever te saboteren. Ambtenaren die van de Palestijnse Autoriteit hun salaris ontvangen, krijgen van Abbas de opdracht thuis te blijven. Sindsdien regelen Hamas-agenten het verkeer en halen Hamas-vrijwilligers het vuilnis op. Door streng op te treden dwingt Hamas gehoorzaamheid af. Maatregelen worden verordend en nageleefd. Zo is het lossen van vreugdeschoten nu ten strengste verboden. Tot zes maanden geleden was dat nog onderdeel van elk respectabel trouwfeest – overlast en ongelukken ten spijt.

Met macht komt ook verantwoordelijkheid. Ook voor het afvuren van raketten op Israël. Voorlopig heeft Hamas de beschietingen door de eigen paramilitaire beweging, de Al-Qassam-brigade, al enige maanden op een laag pitje gezet. Volgens sommige analisten probeert Hamas zich daarmee als een aanvaardbare gesprekspartner te presenteren aan de internationale gemeenschap. Maar het is de vraag of Hamas bereid en in staat is de andere paramilitaire groepen onder controle te brengen, mocht het ooit tot een staakt-het-vuren met Israël komen. De Islamitische Jihad is immers verantwoordelijk voor de meeste beschietingen.

Abu Mohammed (44) zit in trainingspak in een luie stoel. Hij is veldcommandant bij de Al-Qassam-brigade. Tot voor enkele jaren was hij verantwoordelijk voor raket- aanvallen, maar intussen is hij gepromoveerd tot een hoge positie bij de geheime politie van Hamas. Hij verwerpt de gedachte dat Hamas de andere groepen zal vragen de beschietingen op Israël te staken. ‘Zelfs als de blokkade wordt opgeheven, moeten de raketten blijven vliegen. Geweld is het enige wat telt.’

Wat is het nut van de raketbeschietingen als het alleen maar leidt tot meer ellende voor het Palestijnse volk? ‘Het zorgt ervoor dat beide partijen even bang zijn’, zegt Abu Mohammed. ‘Er is een groot verschil tussen de Israëli’s en ons. Wij leven al 60 jaar onder bezetting, wij zijn de terreur gewend. Maar zij leven in luxe en veiligheid. Als wij ze ook maar bijna raken, worden ze al bang.’ Hij vertelt dat de Palestijnse verzetsgroepen het afgelopen jaar geavanceerde wapens hebben ontwikkeld. ‘We hebben nu raketten die veel dodelijker zijn dan de mortieren die we meestal in een open veld laten landen. De Israëlische bevolking zal haar regering sméken om een oplossing te vinden.’

Iets vergelijkbaars horen we bij Ahmed Yusuf, politiek adviseur van Hamas-leider Haniyeh. ‘Met de raketten sturen we een boodschap naar de rest van de wereld. We hebben geen andere manier om aandacht te vragen. Als we ermee stoppen, zullen de Israëli’s ons een voor een afslachten zonder dat de wereld er maar een woord aan vuilmaakt.’ Hij waarschuwt niet alleen voor dodelijker raketten, maar ook voor een hervatting van de zelfmoordaanslagen.

’s Ochtends, net voorbij de Erez-overgang van Israël naar de Gazastrook, slepen jongens een ijzeren frame over straat. Het is het lanceergestel waarmee paramilitairen de voorbije nacht een zelfgemaakte raket naar een kibboets bij Ashkelon hebben afgeschoten. De pubers krijgen ruzie, ze vechten om de buit. Een lanceergestel levert op de zwarte markt 30 sjekel op, zo’n 5 euro. Later vandaag zullen militanten het van een tussenhandelaar terugkopen, om het vannacht opnieuw te gebruiken.

DOOR ALEXANDER WEISSINK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content