Op 2 december kiezen de Russen een nieuwe Doema of parlement. Drie maanden later zullen ze ook een nieuwe president kiezen, want dan loopt Vladimir Poetins tweede en laatste ambtstermijn af. Wat staat er precies op het spel en hoe democratisch is het Rusland van de eenentwintigste eeuw?
Billboards van de grootste partij, Verenigd Rusland, roepen op om Poetins Plan te steunen. Rechtvaardig Rusland vindt: Rechtvaardigheid? Daar ben ik voor! De Liberaal-Democraten geloven dat Wat goed is voor de Russen, goed is voor allen.
Poetins Plan domineert het sloganlandschap. Niemand weet wat het precies inhoudt, maar men gaat ervan uit dat het oproept om de politiek van de afgelopen acht jaren voort te zetten. De meeste Russen vinden dat een plausibel vooruitzicht. Een rockgroep uit Vladivostok, in het verre oosten van Rusland, heeft zelfs een song uitgebracht die Poetins Plan heet. En die gaat zo: ‘Wij zijn een supermacht, en we maken gedane zaak met Big-Blini’s en Coca-Kwas! Waar is Europa? Geef ons een eersteklasbehandeling! De president is content. Hij ziet Rusland als een paradijs. Poetins Plan is de top! Is dat niet hot?’ Voor de goede verstaander: ‘blini’s’ zijn Russische pannenkoekjes met heel gevarieerde vulling, ‘kwas’ is een licht alcoholisch sap van gegist roggemeel, en ‘plan’ is Russisch dialect voor marihuana.
Het afgelopen jaar heeft president Poetin het zijn tegenstanders bepaald niet makkelijk gemaakt. In de aanloop naar de verkiezingen past het Kremlin aloude methodes toe om ‘onaangename verrassingen’ te voorkomen. Betogingen tegen de regering worden verboden of uit elkaar geknuppeld. Voormalig schaakkampioen Garry Kasparov – een felle tegenstander van Poetin die een merkwaardig verbond zoekt tussen linkse en rechtse extremisten, waaronder Edvard Limonov van de inmiddels verboden Nationaal Bolsjevistische Partij – werd vorige zaterdag nog maar eens opgepakt tijdens een betoging en meteen veroordeeld tot vijf dagen gevangenisstraf. Er zijn ook allerlei regels ingevoerd om het de oppositiepartijen nog lastiger te maken, en sommige zijn zelfs van de verkiezingen uitgesloten. Ondertussen vinden er talloze, haast feestelijke manifestaties plaats om steun te betuigen aan president Poetin.
Niemand twijfelt er dan ook aan dat Verenigd Rusland, de partij waarvan Poetin de lijsttrekker is, als grote overwinnaar uit de verkiezingen zal komen. Volgens de meest recente peilingen (van het Levada-centrum) haalt Verenigd Rusland 67 procent van de stemmen. Als tweede wordt de Communistische Partij van Gennadi Zjoeganov genoemd met 14 procent. Drie en vier zijn Rechtvaardig Rusland van Sergei Mironov en de Liberaal-Democraten van Vladimir Zjirinovski, al zou het best kunnen dat die laatsten de kiesdrempel niet halen.
De Russische kiezer kan overigens alleen op een partij stemmen, niet op individuele politici. Die worden achteraf benoemd, zodat niemand de kiezer verantwoordelijkheid verschuldigd is. In vergelijking met de verkiezingen van vier jaar geleden zijn er belangrijke ingrepen gebeurd. Alle 450 Doemazetels worden toegekend op basis van een proportioneel systeem met nationale kieslijsten per partij. Vier jaar geleden werd de helft daarvan toegekend op basis van een meerderheidssysteem, waardoor onafhankelijken en kleinere partijen felle winst boekten. Bovendien speelt de opkomst nu geen rol meer, zodat de politici niet bang hoeven te zijn voor een gebrek aan interesse. Om de versplinterde oppositie nog meer te ontmoedigen, is de kiesdrempel opgetrokken van vijf naar zeven procent. Alles bij elkaar zouden deze kleine partijen vrij veel stemmen kunnen behalen, maar ze maken geen kans zolang ze elk afzonderlijk blijven deelnemen. Daarbij komt dat kartelvorming in Rusland niet is toegestaan, fusies mogen wel.
COLLECTIEF TRAUMA
De huidige verkiezingen kunnen niet los worden gezien van de ontwikkeling die het land in de afgelopen twintig jaar heeft doorgemaakt. Toen lanceerde de secretaris-generaal van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie Michail Gorbatsjov de zogenaamde perestrojka (ombouw) en de glasnost (openheid). Dat had uiteindelijk tot gevolg dat het in 1917 ingevoerde totalitaire, communistische systeem volledig instortte en dat het hele land op losse schroeven kwam te staan. Gorbatsjov kreeg de Nobelprijs voor de Vrede omdat hij mee een einde maakte aan de Koude Oorlog, werd razend populair in het Westen (waar hij zelfs optrad in reclamecampagnes van Pizza Hut en Louis Vuitton), maar in eigen land werd hij persona non grata.
Aan de ene kant triomfeerde het Russische volk, omdat het een onoverwinnelijk geacht systeem op de knieën had gekregen en eindelijk kon uitzien naar een betere – lees: meer welvarende – samenleving. Anderzijds viel de Sovjet-Unie uit elkaar en hield de voormalige grootmacht op wereldniveau nauwelijks nog enig prestige over. Rusland bleek opeens een hulpeloze reus met geamputeerde ledematen. ‘Dat kwam voor de doorsnee-Rus erg hard aan’, zegt econoom Marc Franco, als hoofd van de Delegatie van de Europese Commissie Europa’s belangrijkste vertegenwoordiger in Moskou. ‘In het Westen hebben we dat collectieve trauma zwaar onderschat.’
Boris Jeltsin, die de hand tegen Gorbatsjov had durven opheffen, werd hét symbool van de bedongen vrijheid. ‘Hij hief de communistische partij op en liet alles denationaliseren en liberaliseren’, aldus Franco. ‘Dat was Jeltsins grote wraak op de Communistische Partij.’ Jeltsin was evenwel te zwak om het land uit de put te helpen. Onder zijn beleid konden de nomenklatoera, die wist waar het geld zat, en een handvol geldwolven zich in een mum van tijd verrijken. In een explosief klimaat van wetteloosheid maakten deze zogenaamde nieuwe rijken zich meester van de natie. ‘Zij hebben iedereen bestolen,’ zegt Franco, ‘in de eerste plaats het Russische volk en de Russische staat, maar vaak ook hun eigen aandeelhouders. Hun afrekeningen deden ze op straat.’
Het was ook de tijd waarin de communistische fundamentalisten een staatsgreep wilden plegen om de klok terug te draaien naar de tijd van de Sovjet-Unie, maar daarvoor was het natuurlijk al veel te laat.
Toen Jeltsin merkte dat hij geen grip meer had op zijn land, begon hij zich te gedragen als een tiran. De rijkdommen werden op alle mogelijke wettige en onwettige manieren ingepikt door de zogenaamde oligarchen, terwijl de bevolking almaar armer werd. Twee keer was er een beurskrach, waardoor alle spaarders hun geld verloren. De ontgoocheling zou diepe sporen nalaten bij de generatie die de ommekeer mee had bewerkstelligd. ‘Het land was diep vernederd’, zegt Franco. ‘Velen hadden gestreden tegen het communisme, en nu kregen ze als boodschap dat ze voor niets hadden geleefd! Dat is een hele demografische cohorte, die moet doorschuiven, en plaatsmaken voor een andere generatie.’
Op de bodem van de put gaf Jeltsin de fakkel door aan een grijze bureaucraat: Vladimir Poetin.
AFGEHAKTE HOOFDEN
De voormalige agent van de Russische geheime dienst KGB herstelde de orde en maakte van Rusland weer een natie die meetelde op de internationale bühne. ‘Poetinisme’, zegt Franco, ‘betekende consumentisme gebaseerd op een snel groeiende economie, een stabiele politieke situatie gebaseerd op een sterk centrale macht en een assertief Rusland dat voor zijn internationale belangen opkomt.’
Poetin krikte de economie op en liet de armoede statistisch gezien aanzienlijk dalen. ‘Het gevolg was dat er een middenklasse ontstond, die zo snel groeide dat dertigers in Rusland meer verdienden dan pakweg in België of Nederland.’ Dat hierbij de autocratie sterker en de persvrijheid kleiner werd, baarde de doorsnee-Rus nauwelijks zorgen. ‘Het belangrijkste gevoel was: na alle vernederingen zullen we nu eens laten zien wie we zijn. Rusland werd weer internationaal gerespecteerd.’
De oligarchen, die volgens Franco allemaal schurken waren, kregen een waarschuwing: zij moesten het niet wagen zich met de politiek van het Kremlin te bemoeien. Yukos-baas Michail Chodorkovski – ‘Van alle schurken was hij, naar velen beweren, waarschijnlijk de grootste’, zegt Franco – werd opgevoerd als zondebok. In 2005 werd hij veroordeeld tot 8 jaar gevangenisstraf en afgevoerd naar een Siberisch strafkamp. Hij fungeerde zoals de afgehakte hoofden bij de poorten van middeleeuwse kastelen: wie dichterbij kwam, stond dit lot te wachten. Poetins politiek werkte.
Met het herstel van de orde, de verbetering van de economie en de controle op de oligarchen nam het zelfbewustzijn en dus ook het nationale gevoel toe. Dat leidde tot nationalistische groeperingen, die behoorlijk agressief uit de hoek konden en nog steeds kunnen komen. De beweging Nasji (‘De Onzen’), door tegenstanders de Poetinjugend genoemd, organiseert geregeld steunbetogingen voor Poetin. De aanhangers van Nasji hebben door hun jeugdigheid of hun gebrek aan degelijke vorming het minst last van een historisch bewustzijn of een kritische geest. Ze worden, net zoals de Hitlerjugend in de jaren dertig in Duitsland, ingezet om de politie te assisteren bij straatoperaties. Ook nu, tijdens de verkiezingen van 2 december, is aangekondigd dat zij voor de ordehandhaving zullen zorgen. ‘De personencultus is in Rusland nog even groot als indertijd in Duitsland of in de Sovjet-Unie’, schreef de Niezavisimaja Gazeta (‘De Onafhankelijke Krant’). ‘Toen hing men enorme portretten op aan luchtballons, nu zet men borden in de straten van Moskou, waarop te lezen staat: Moskou stemt voor Poetin.’
PERSBREIDEL
Het medialandschap is onder Poetins beleid grotendeels in handen gekomen van Kremlingezinde krachten. Kritische omroepen werden door de staat opgekocht, verboden of op andere manieren uitgeschakeld: er zijn zelfs gevallen bekend van verdachte moorden op mediaverantwoordelijken. Novaja Gazeta (‘De Nieuwe Krant’, opgericht door Michail Gorbatsjov met het geld van zijn Nobelprijs) meldt dat in 95 procent van de primetime uitzendingen op de nationale omroepen alleen regeringsgezinde partijen aan bod komen. Al moet daar voor de volledigheid aan toegevoegd worden dat alle partijen die zijn toegelaten tot de parlementsverkiezingen (dus ook die van de oppositie) nu behoorlijk wat zendtijd hebben gekregen en er zelfs extra konden kopen.
‘Een goed georganiseerde golf van brainwashing,’ noemt Europees Delegatiehoofd Franco het gebrek aan persvrijheid, ‘een conditionering tot zuiver en juist denken, leidend tot een soort van Russisch fundamentalisme.’ Er is in Rusland een onrustwekkende vorm ontstaan van ‘niet-ideologisch maar ook onkritisch eenheidsdenken’. Dat valt als volgt samen te vatten: zolang we er zelf beter van worden, laten we het Kremlin zijn gang gaan.
Waar het Kremlin ook jarenlang zijn gang ging, was Tsjetsjenië. Het verzet tegen het onverbiddellijke optreden van Poetin aldaar, is onlosmakelijk verbonden met de naam van Anna Politkovskaja. Ze was misschien niet de beste en zeker niet de enige kritische journaliste in Rusland (zij werkte voor Novaja Gazeta), maar zij is wel de bekendste geworden in het buitenland. Voor ze werd vermoord op 7 oktober 2006, genoot ze al bekendheid in het buitenland door haar boek Poetins Rusland. Maar in Rusland zelf, zo bleek als je haar naam liet vallen, hadden heel veel mensen nog nooit van haar gehoord. De modale Rus lag immers niet wakker van de problemen waar zij op wees. Tsjetsjenië was synoniem met terroristische dreiging, en al wat kon worden gedaan om die dreiging af te wenden, kreeg de instemming van het volk. Tot voldoening van Moskou heeft de nieuwe Tsjetsjeense president Kadirov de situatie nu onder controle en wordt er werk gemaakt van de wederopbouw. ‘De meest schrijnende aspecten van het probleem lijken achter de rug’, zegt Franco. ‘Tenzij Kadirov zich opeens zou ontpoppen als meester-tovenaar en de onafhankelijkheid van Tsjetsjenië zou uitroepen.’
Enkele weken voor de verkiezingen heeft oud-president Michail Gorbatsjov een beweging opgezet, de Unie van Sociaaldemocraten, die opkomt voor meer transparantie en democratische vrijheid, waarmee hij suggereert dat die onder Poetin worden beknot. ‘Maar eigenlijk’, zegt Franco, ‘voert Poetin uit wat Gorbatsjov wilde. Gorbatsjov was een verstandige communist, die zag dat het systeem zou imploderen. Hij wou de economie redden en de augiasstal uitmesten. Hij had vrijheid van mening nodig om dat te doen. Daar werd hij in gesteund. Sommigen vonden zelfs dat hij te langzaam ging, maar zoals hij ooit tegen me zei: “Ik duwde een wagen voort, die vol zat met delicate spullen. Als ik harder zou gaan, zou alles breken!” Maar wat is er gebeurd? Hij wilde een sterke partij en een vrije economie. Dat is precies wat Poetin heeft gerealiseerd, alleen niet onder het communistische vaandel.’
Het is duidelijk dat de politieke situatie in Rusland na de verkiezingen geen wezenlijke veranderingen zal ondergaan. De wereld zal de naam van Vladimir Poetin wat minder vaak te horen krijgen, al mogen de aanhangers gerust wezen: hij blijft alomtegenwoordig. De parlementsverkiezingen gelden immers als een soort referendum voor het vertrouwen in Poetins Plan. De president heeft al verklaard dat een overtuigende verkiezingszege van Verenigd Rusland hem ‘het morele recht’ zal verschaffen om invloed in de Russische politiek te behouden.
DOOR JOHAN DE BOOSE