Dankzij de allernieuwste bankkaarten kunt u binnenkort ongehinderd naar een belastingparadijs met een paar miljoen op zak. Vijf miljoen euro op een smartcard weegt namelijk minder dan een briefje van vijf euro in het echte leven. Welkom in de wondere wereld van het elektronisch witwassen.
INFO
Uit: ‘Frauderen is kinderspel. Een reisgids door de zwarte economie en de wereld van het witwassen.’ Davidsfonds, Leuven, 2004. 260 blz., euro 16,50. Het boek kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.
In een statig gebouw aan de Austrasse zoemt een telefoon. Een fluisterstem antwoordt met een bemeten hallo.
‘Spreek ik met de thuisbankier?’ Aan de andere kant van de lijn voelt David heel even de aarzeling in zijn stem.
‘Daar spreekt u mee, meneer’, zegt de bankbediende. ‘Hebt u een klantennummer?’
David grist een papiertje uit zijn bureau en leest af: ‘L17913051M.’
De bediende tikt een code op het toetsenbord van haar computer. ‘Er komt zo dadelijk iemand langs, meneer’, klinkt het geruststellend. ‘Uw codewoord is Cobra.’
David kijkt op zijn klok. Het is halftwee. Nauwelijks anderhalf uur later hoort hij de bel. Aan de voordeur staat een man in maatpak.
‘Goedemiddag meneer. U hebt ons gebeld?’
‘Ik heb gebeld, ja.’
‘Hebt u de code?’
‘Cobra.’
‘Mag ik binnenkomen?’
De bezoeker speurt de kamer rond. Designstoelen, designtafel, een designkast. Dure schilderijen tegen de muur, een compleet home entertainment center vlakbij de open haard. Een uitgelezen selectie peperdure malt whisky’s op de bar. En in het kantoortje achter die open deur: twee chesterfields voor een chic houten bureau. In één lange oogopslag is Cobra getaxeerd, helemaal in zijn voordeel: deze man zit er warmpjes in. Terwijl een dienstbode twee kopjes thee brengt, haalt het maatpak een envelop uit zijn binnenzak. ‘Dit is uw kredietkaart, meneer.’
David monstert het stukje plastic. Een onopvallende grijze Visa met de naam van een bank in Vaduz, Liechtenstein. De kaart draagt de naam van een bedrijfje dat hij niet kent. ‘Hebt u iets voor mij?’ De bezoeker laat er geen gras over groeien. David loopt het kantoortje in. Hij komt buiten met een fraai lederen diplomatenkoffertje. De bezoeker klikt het open en zet zich aan het tellen.
‘2 miljoen euro’, preciseert hij.
David knikt.
‘Mag ik even telefoneren?’
De bezoeker tikt een nummer in op zijn mobiele telefoon. Hij fluistert met een zwaar Zwitsers accent. David verstaat er niks van. Of toch: één woord. Achtzehnhundert. Het maatpak klapt zijn telefoon dicht en klampt David aan. Hij wijst naar de Visakaart.
‘Binnen het kwartier geeft deze kaart toegang tot een rekening met 1,8 miljoen euro. Dat is ook de limiet van deze kredietkaart. Veel plezier ermee.’
Het maatpak draait zich om en loopt door de voordeur naar buiten, het koffertje stevig in zijn rechterhand geklemd. De 2 miljoen euro zijn witgewassen, het geld kan via de kredietkaart van de rekening worden gehaald zonder één belastinginspecteur of speurder te alarmeren. Alsof er nooit een reukje aan gezeten heeft.
Bij de grote jongens van het witwassen is de bovenstaande methode genoegzaam bekend. Thuiswassen noemen ze het, en ze kennen het als de perfecte methode om de voorwas te omzeilen. In de voorwas brengen witwassers het zwarte geld in omloop bij de banken. Het is het enige moment waarop ze met het illegale karakter van hun geld te koop lopen, en het is bijgevolg de kwetsbaarste stap van het witwasproces.
WITWASPROTON
Maar de mogelijkheden van het thuiswassen met behulp van kredietkaarten in belastingparadijzen blijven ondanks alles begrensd – er kan op deze manier niet oneindig veel geld naar allerlei uithoeken van de wereld worden gesluisd. Daarom hebben moderne witwassers de technieken verder verfijnd, met dank aan de voortschrijdende elektronica.
De modernste bankkaarten dreigen de hele voorwas namelijk overbodig te maken. De witwassers experimenteren volop met een betaalkaart, een soort Proton met een elektronische chip, die als dikgevulde elektronische portemonnee kan dienstdoen. Alleen zouden ze hun Proton niet meer uitsluitend via de bank laden, maar het elektronische geld rechtstreeks van kaart naar kaart sturen. Technisch is zo’n geldtransfer al perfect mogelijk, het is alleen nog een kwestie van wettelijke drempels te overwinnen.
E-cash (ook digitaal geld of flitsgeld genoemd, de verzamelnaam voor al het geld dat elektronisch over de aardbol wordt verstuurd) komt nu al in verscheidene vormen voor. Soms staat het bijvoorbeeld op debetkaarten – een meer gesofistikeerde versie van de oplaadbare Proton – waarmee via het internet betaald kan worden. Een veelgebruikte kaart is volgens witwasbestrijders de Mondexkaart, waarvan de uitgiftebank de limieten vastlegt. De chip noteert wel dat er met de kaart is betaald, maar niet aan wie er is betaald of wie er geld op de Mondexrekening heeft gestort.
Smartcards en e-cash bieden de witwassers van het web onbegrensde mogelijkheden. Ze kunnen de smokkel van tonnen geld, de belangrijkste achilleshiel van het witwasproces, vakkundig omzeilen terwijl ze onderweg allerlei verschillen in internationale regels misbruiken om de herkomst van hun geld te verdoezelen. Natuurlijk komt de Protonwitwasser er niet als hij met zijn kaart alleen bij de bakker of de apotheker kan betalen. Als het over grote bedragen gaat, moet het zwarte geld geruisloos transfereerbaar zijn van kaart naar kaart, zonder dat een bank of financiële instelling daar haar zegje over krijgt. Volgens speurders bestaan er nu al elektronische portemonnees die in verschillende deviezen opereren en waar de elektronische limieten op het te besteden bedrag zijn opgeheven.
In een financiële sector die de controle van alle transacties sinds mensenheugenis afgestemd heeft op de tussenpersonen – de banken, de beursmakelaars – leggen dergelijke smartcards een bom onder de witwasbestrijding. Ze maken het de witwassers namelijk onbehoorlijk makkelijk: transacties tussen smartcards zouden volstrekt geheim blijven, al is het maar omdat het handeltje technisch en logistiek nauwelijks te controleren valt en de controle alleszins moeiteloos te omzeilen is. Misschien kan een bank nog nagaan hoeveel geld elke chip waard was op het moment dat de kaart werd uitgeschreven. Banken zullen namelijk zelf de chipkaarten verdelen. Maar al wat er na de uitgifte mee gebeurt, zal zelfs een heel leger agenten niet kunnen achterhalen. Zelfs niet als de speurders erop staan te kijken wanneer u en ik elkaars microchip vol geld laden. De agenten zullen namelijk nooit kunnen weten of u 5 euro naar mijn chipkaart overschrijft, dan wel 50.000 euro. Ze zullen niet kunnen volgen hoe u geld naar rekeningen op de Antillen hebt versluisd (5 miljoen euro smokkelen is kinderspel, want op een smartcard weegt het minder dan een briefje van 5 euro in het echte leven), laat staan dat ze weten hoeveel u geparkeerd hebt staan op rekeningen die u voor schermbedrijfjes in allerhande belastingparadijzen geopend hebt.
Flitsgeld zal daarom het gezicht van de witwasbusiness veranderen. Speurders houden hun hart vast voor de dag waarop flitsgeld via kredietkaarten of smartcards met een microchip van eigenaar zal kunnen veranderen zonder dat een bank of een andere financiële instelling daar zicht op heeft. Die dag vallen alle mogelijkheden weg om het geld tot op de drempel van de crimineel te traceren – om winst en criminele activiteit met elkaar in verband te brengen, dus.
HEMELS GESCHENK
Voor een goed begrip: witwassen betekent dat de witteboordencrimineel de herkomst van zwart verdiend geld verdoezelt en zijn bankbiljetten als het ware als legale inkomsten vermomt. Het witwassen is een miljardenindustrie. Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) wordt er elk jaar tussen de 500 en de 1500 miljard euro witgewassen. Om u een idee te geven: dat is twee tot vijf keer de jaarlijkse omzet van alle Belgische bedrijven samen, of 1,5 tot 4,5 procent van het bruto nationaal product (bnp) van de wereld.
De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI), die in België de verdachte financiële transacties in de gaten houdt, verzamelde sinds 1993 meer dan 53.000 meldingen van witwaspraktijken. 32.000 daarvan werden aan het parket doorgespeeld. De CFI heeft weet van 1 miljard witgewassen euro’s per jaar, alleen al in België, en het aantal meldingen van mogelijke witwaspraktijken stijgt jaar na jaar gevoelig. Vooral wisselkantoren melden veel verdachte transacties. Notarissen en immobiliënkantoren signaleren er dan weer verrassend weinig, hoewel huizen en gebouwen heel geliefd zijn bij wie veel zwart geld in zijn sok heeft steken.
Maar witwassen gebeurt nog op tientallen andere manieren: met valse facturen en geld dat onder tafel terugkeert, met verzonnen investeringen, bijvoorbeeld in goederen waar geen prijs op te plakken valt (onder andere kunstaankopen en sportsponsoring schijnen nogal populair te zijn), met eenvoudige aankoop- en verkooptechnieken of ingewikkelde ondergrondse banksystemen, met complexe constructies en ingebeelde zakelijke transacties, met eenvoudige beursspelletjes of gedurig heen-en-weergeschuif met derivaten op de financiële markten. En de opmars van de computercommunicatie heeft het leven van de witwasser nog een flink stuk makkelijker gemaakt.
Het internet is een geschenk uit de hemel geweest voor de financiële criminaliteit. Sinds de opkomst van het net circuleert er in een half miljoen elektronische transacties elke dag meer dan 1000 miljard euro flitsgeld over de aardbol. Bankbiljetten verhuizen in al die transacties zelden van de ene naar de andere bank, want het hele financiële systeem draait uitsluitend op computers. Als u geld op een rekening in Engeland stort, is er geen koerier die een koffertje met uw geld het Kanaal overvliegt. Als u van pakweg een Fortis-rekening 10.000 euro op mijn bankrekening bij Deutsche Bank stort, verhuizen er doorgaans alleen enkele nulletjes en een eentje op twee computerschermen. Fortis zal de transactie melden bij een clearing- en settlementhuis, en Deutsche Bank zal aan de andere kant net hetzelfde doen. Op het einde van de dag maken ze een eindafrekening, zonder dat er contant geld van de ene naar de andere bank versast wordt.
Hetzelfde geldt voor internationaal geldverkeer. Als de Bank of New York dollars voor euro’s wil wisselen met ING in België, bevestigt zij de transactie via de Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication (Swift), een non-profitorganisatie die het interbankenverkeer regelt vanuit La Hulpe (Terhulpen) in Waals-Brabant. Vervolgens geeft de Amerikaanse bank een partij dollars vrij die ergens op een computerscherm op een nieuwe eigenaar liggen te wachten en ING voorziet ergens anders een pak digitale euro’s van een nieuwe elektronische eigendomstitel. Het geld blijft liggen waar het lag, alleen hangt er nu een ander elektronisch vlaggetje aan.
Voor witteboordencriminelen die hun computers op een of andere manier op het systeem kunnen inloggen, legt dat een hele nieuwe wereld open. En die witteboordencriminelen maken daar dankbaar gebruik van. De Verenigde Naties (VN) berekenden dat er elk jaar 800 miljard euro zwart geld via het web wordt weggesluisd. Omgerekend dus 2,5 procent van de totale wereldhandel. Volgens het VN-rapport over de rol van het net in het witwasproces is dat geld vooral afkomstig van mensensmokkel, drugshandel en sigarettensmokkel. Toch is het wereldwijde web niets meer dan logistieke steun voor de financiële fraudeurs. De idee dat het internet nieuwe en onmogelijk op te sporen witwasmethodes zou hebben gecreëerd, houdt geen steek.
Voor middelgrote witwassers is het internet een gesofistikeerd postsysteem, niet meer en niet minder. Niet de transactie opsporen is het belangrijkste probleem, wel uitvissen wie er achter de e-mailadressen en IP-computercodes schuilgaat. Voor grote criminelen ligt dat een beetje anders, zeker als die zich in het systeem inkopen zoals de Colombiaanse drugsbaronnen dat bij Gloria Exchange Corporation hebben gedaan.
WITWASBANK
Gloria Exchange Corporation leek een veredeld wisselkantoortje met een vergunning om geld te versturen. Een kmo’tje van de familie Puche. Maar dat was het niet. De eigenaars van de Gloria Exchange Corporation waren Colombiaans: United Express, een Zuid-Amerikaans koeriersbedrijf en vijftien zusterondernemingen hadden alle aandelen in handen. Gloria Exchange Corporation vormde de schakel die de legale activiteiten van de groep verbond met haar afdeling georganiseerde misdaad.
Orlando Puche, de baas van het bedrijfje, had één slechte gewoonte. Of één goede gewoonte, het hangt ervan af vanuit welk standpunt je het bekijkt. Orlando Puche had een hekel aan namen. Dus stelde Orlando Puche nooit vragen. Valse identiteitskaarten? Puche sloeg er geen acht op. Stapels cash van onduidelijke oorsprong? Het kon Puche allemaal niets schelen.
Luis Pacheco en Leo Casamayer kon het wél iets schelen. Met de regelmaat van een klok stormden zij het kantoortje van Puche binnen, met in hun armen uit de kluiten gewassen kartonnen dozen of vuilniszakken die uitpuilden van het geld. Of Orlando die snel kon wiren (elektronisch versturen)? Natuurlijk kon Orlando dat. Casamayer en Pacheco lieten om de haverklap ladingen bankbiljetten bij hem achter. Telkens voor totalen tussen de 10.000 en de 250.000 dollar. Puche en zijn vennoten stuurden het geld per e-mail en via het internet naar tientallen overzeese rekeningen die het tweetal opgegeven had. Het Colombiaanse familiebedrijfje versaste alles bij elkaar 2 miljoen dollar naar alle uithoeken van de wereld, zonder ooit één vraag over de herkomst van het geld te stellen.
Orlando Puche en zijn broers Mauricio en Enrique (die ook voor Gloria werkten) wisten waarom ze geen vragen stelden. Omdat ze de antwoorden al kenden. Agenten van de Drug Enforcement Administration (DEA), de Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst, hoorden van getuigen in de drugsmilieus van Miami hoe Gloria Exchange Corporation gebruikt werd om ontelbare kleine coupures om te wisselen in briefjes van 100 dollar. Met medeweten van de broertjes Puche. Ze hoorden hoe Gloria op simpele vraag geld naar bevriende banken in binnen- en buitenland transfereerde, zonder een spoor achter te laten. Ze kwamen erachter dat Gloria Exchange Corporation geen transactierapporten uitgaf, of alleen vervalste transactierapporten. Tijdens een huiszoeking bij Bellsouth.com, een bruggenhoofd van Gloria in Atlanta, vonden DEA-speurders uiteindelijk toch een handvol sporen terug van illegale geldtrafieken tussen Gloria en Bellsouth, Jet Peru, Casa Dimex en andere wisselkantoren in Latijns-Amerika die tot dezelfde groep behoorden. Het wisselkantoortje werd ontmaskerd als een witwasser van de Colombiaanse drugsmaffia.
Gloria Exchange Corporation is de pionier onder de cyberlaunderinggevallen in de wereld. Het netwerk van Orlando Puche werd opgerold tijdens de operatie-Money Pit, een DEA-actie die het Colombiaanse drugskartel in zijn portefeuille moest treffen door de tussenpersonen en de opslagplaatsen van hun zwarte geld te raken. Het was het eerste succes in de strijd tegen internetwitwassers, maar hopelijk niet het laatste.
Want als slimme kaarten een muur optrekken tussen het criminele geld en de herkomst ervan, voeren internetbanken de bakstenen en de specie aan om zo’n muur te bouwen. Hun systemen zijn er immers in de eerste plaats op ingesteld om geld in een mum van tijd op een veilige en meestal volstrekt anonieme manier van de ene op de andere eigenaar te kunnen overdragen. Daarom zullen e-banks op termijn het walhalla van de witwassers worden.
Internetbanken zijn de jongste tien jaar namelijk wel veel talrijker geworden, maar hun beveiliging is in vele gevallen nauwelijks performanter dan in de pioniersjaren. Soms zijn hun identificatiesystemen (al dan niet bewust) bedroevend slecht, en dat is dodelijk voor de bestrijding van financiële criminaliteit. Bij internetbankieren valt namelijk het contact tussen klant en bankier helemaal weg. Zonder sluitende controle weet geen enkele bankier nog wie geld op een rekening stort, laat staan waar die persoon zich bevindt. Op die manier geven internetbanken de witwassers een onbegrensde toegang tot bankrekeningen in de hele wereld, en bij uitbreiding tot het hele financiële systeem.
Bij de Financiële Actiegroep (FAG) van de OESO zijn verschillende gevallen bekend van witwassers die dankzij het internet grote sommen geld in volstrekte anonimiteit hebben witgewassen. Een FAG-specialist: ‘We hebben witwassers ontmaskerd die zwaar shoppen op het internet. Ze kopen diensten en goederen en betalen met hun kredietkaart. Het bedrijfje dat de diensten factureert, krijgt zijn geld van de kredietinstelling. Het is dus volstrekt onbesproken geld. Maar achter het bedrijfje staat de witwasser zelf en het bedrijf sluist de betalingen gewoon door naar een rekening in een belastingparadijs, waarachter dezelfde witwasser schuilgaat.
Een speurder: ‘Als witwassers valse namen gebruiken, of als ze hun internettoegang, hun bankrekening en hun criminele activiteit op andere plaatsen hebben, is de zaak bijna niet te onderzoeken. En als ze zich dan ook nog toegang tot het net verschaffen bij een provider die het niet zo nauw neemt met het bijhouden van zijn administratie, blijft hij helemaal buiten het zicht van de fiscus en de witwasbestrijders.’
Dat is een zorgwekkende ontwikkeling, want elektronisch bankieren is intussen zo makkelijk geworden dat niemand nog een bankfiliaal nodig heeft om zijn geldzaken te regelen. De elektronische media en het thuisbankieren, gecombineerd met de opmars van de bankkaarten, hebben voor witwassers de snelweg naar een nieuwe wereld geopend. Een waarop snelheidsbeperkingen en flitspalen niets meer zijn dan een anachronisme.
Door Frank Demets
Zonder sluitende controle weet geen enkele bankier nog wie geld op een rekening stort, laat staan waar die persoon zich bevindt.