Het Kroatisch leger joeg de volksserviërs uit Krajina naar Servië. Het vluchtelingendrama en de caramboles op het politieke laken.
EEN BERICHT UIT BELGRADO
DE EXODUS van 150.000 volksserviërs uit Kroatië blijft Servië-Montenegro schokken. De jongste drie weken kwamen de vluchtelingen in golven aan. De rijken arriveerden eerst, in nieuwe dure auto’s. In geen tijd kochten ze alle te koop staande grond, land en huizen in de omgeving van Belgrado op. Daarna volgden de boeren, met have en goed op traktorkarren. Bij het aanschouwen van de eindeloze file grapte één van hen bitter : “Servië wordt nu wellicht het land met de meeste traktoren in de wereld. ” De armen, met hun schamel bundeltje bezit, dienden zich het laatst aan. Op oude vrachtauto’s, op paardekarren of met de trein.
Servië mag dan ekonomisch gewurgd zijn door een internationale boycot, het vangt de vluchtelingen nog relatief goed op. De bevolking helpt de regering en de humanitaire organizaties. Het medelijden met de ongelukkigen groeit naargelang de berichtgeving toeneemt over het optreden van het Kroatische leger. Volgens rapporten van VN-vertegenwoordigers, bevestigd door de Kroatische buitenlandminister Mate Granic, plunderden Kroatische militairen de verlaten Servische huizen in Knin en omgeving, brandden ze Servische dorpen plat en werd her en der een achtergebleven Serviër vermoord zodat anderen worden aangespoord om te vluchten. Ondertussen lijkt het Westen niet goed te beseffen wat er echt gebeurt. De Kroatische president Franjo Tudjman en zijn regering krijgen wel af en toe het verwijt dat ze etnische schoonmaak houden. Maar dat zich een fascistoïde militaire diktatuur in Kroatië installeert, dringt niet door. Nochtans zal dat gegeven binnenkort niet alleen een probleem vormen voor Servië, maar ook voor Europa. Als een politieke oplossing voor ex-Joegoslavië betekent dat een nieuw Paraguay op Kroatisch grondgebied verrijst, dan zal de regio niet lang stabiel blijven.
MISLEID.
Het woord verraad ligt de vluchtelingen vooraan op de tong. Burgers en soldaten uit Krajina beweren dat de ramp die ze overkwam, de verdrijving van hun land, het rechtstreekse gevolg is van verraad. Sommigen wijzen de regering van Krajina en vooral hun president Milan Martic met de vinger. Anderen leggen de schuld van alles bij president Slobodan Milosevic van Servië. Kroatië mocht de eenzijdig uitgeroepen Republiek Servisch Krajina innemen, daar twijfelt vrijwel niemand aan. Wellicht dacht Belgrado dat die toegeving een globale oplossing van de krisis en het opheffen van de sancties zou bespoedigen.
Maar zag het geestesoog van de strategen in de Servische hoofdstad dan het gevaar niet opdoemen van een exodus van meer dan honderdduizend mensen ? De Servische propaganda noemt de uittocht een wraakoefening van Martic en de volksservische leider in Bosnië, Radovan Karadzic, om Milosevic en het Joegoslavisch leger in een oorlog tegen Kroatië te zuigen. De exodus is in werkelijkheid echter het gevolg van de totale desintegratie van leger en bestuur in Krajina. Kroatië bezette verscheidene lokale radiostations die de Serviërs maanden te vluchten om niet te worden vermoord door de aanstormende ustasha’s (fascistische terreurgroep, zoals in de Tweede Wereldoorlog). Op die raadgeving van “hun” radio namen de volksserviërs zo snel mogelijk de benen.
De overheid in Belgrado onderschatte duidelijk de gebreken van het leger en de regering in Krajina. Al is het mogelijk dat Milosevic helemaal niet van plan was om de Kroatische heerschappij over Krajina te betwisten, het blijft onlogisch te veronderstellen dat hij zich opzettelijk de vluchtelingen en hun problemen op de hals haalde.
Maar nu ze er zijn, probeert hij ze ook uit te spelen. In zijn onderhandelingen met de Amerikaanse groep, geleid door de vice-minister voor Buitenlandse Zaken Richard Holbrooke, gebruikte hij de aanwezigheid van zoveel duizenden vluchtelingen als argument om de opheffing van de sancties te vragen. Maar hij verspeelde die troefkaart door te veel voorwaarden te stellen voor de erkenning van Bosnië-Hercegovina en Kroatië. Ondertussen is Robert Frasure, binnen het Amerikaanse team de man met het meeste begrip voor Milosevic, bij een ongeluk om het leven gekomen. De onderhandelingen verharden dus.
De Joegoslavische humanitaire organizaties hebben weinig voedsel en hulpgoederen, maar de vluchtelingen worden geholpen door Verenigde Naties en het Internationale Rode Kruis. Probleem is echter dat de volksserviërs uit Krajina niet weg willen uit de omgeving van Belgrado. Velen van hen menen dat zij hun toekomstige woonplaats mogen kiezen.
De overheid wou de stroom naar Zuid-Servië loodsen, de streek met het laagste geboortencijfer sinds jaren. Sommige dorpen zijn er uitsluitend bewoond door ouderlingen, die de akkers niet meer kunnen bewerken. Maar de vluchtelingen weigerden erheen te trekken. Propaganda heeft ze laten geloven dat Servië het beloofde land is, waar broeders zaten te wachten om al hun bezittingen te delen.
KOSOVO.
Vooral een gedwongen verhuis naar de provincie Kosovo wekt weerstand. Velen zeggen dan liever terug te willen naar het Kroatië van Tudjman. Ironisch genoeg treden ze de westerse vooral Amerikaanse bewering bij dat de vestiging van volksserviërs in Kosovo de etnische spanning met de meerderheid van volksalbanezen daar nog zou versterken. Slechts drieduizend vluchtelingen zijn tot nu toe naar Kosovo getrokken en veel meer zullen er niet vertrekken, zodat de demografische struktuur daar niet zal veranderen (er wonen twee miljoen mensen in de provincie, van wie 90 procent volksalbanezen).
De Servische regering en de oppositie zijn zeer gevoelig voor buitenlandse “inmenging” in het vestigen van mensen in Kosovo. Europees kommissaris Emma Bonino werd niet ontvangen door de Servische ambtenaren bevoegd voor de vluchtelingen. “Het is de eerste keer dat de regering van een land dat humanitaire hulp nodig heeft, die hulp niet wil bespreken, ” verklaarde Bonino op een perskonferentie in Belgrado.
De oppositie kiest de kant van de regering als het erom gaat buitenstaanders het recht te ontzeggen zich te bemoeien met de hervestiging van vluchtelingen. “De Albanezen van Kosovo mogen pas meepraten over deze beslissingen, als ze willen deelnemen aan het politieke leven van dit land, ” zei een vertegenwoordiger van de grootste oppositiepartij, de Servische Vernieuwingsbeweging.
Het Servische ekonomie is echter te zwak om de bijkomende druk en uitgaven te verdragen. De terugkeer van vluchtelingen naar Krajina is voor Milosevic even belangrijk als de opheffing van de sancties. Maar hij kan beschuldigd van het zoveelste verraad de terugkeer niet ter sprake brengen. Eerst moet het Westen, vooral de Verenigde Staten en Duitsland, hem garanderen dat de vluchtelingen en hun bezittingen in Kroatië veilig zijn. Voorts zou het ter sprake brengen van de terugkeer een ontkrachting betekenen van zijn stelling “hef de boycot op en de problemen zijn voorbij. ” Hoewel iedere ekonomist weet dat de gevolgen van het embargo, in de beste omstandigheden, nog minstens een half jaar na de opheffing voelbaar zullen zijn. Terwijl de vluchtelingen de ekonomie al in de komende weken zullen ontwrichten.
BOSNIE.
De dood van de Amerikaanse diplomaten in het verkeersongeval op de Igman-berg, bij de Bosnische hoofdstad Sarajevo, leidde tot een rustpauze in de onderhandelingen. Milosevic maakt daarvan gebruik om zijn gezag als politieke hoofdrolspeler te versterken, hoewel de jongste ontwikkelingen zijn positie ondermijnen. Zijn ongeduld kan Tudjman in de verleiding brengen ook Oost-Slavonië aan te vallen, het enige stuk Krajina dat nog wordt gekontroleerd door volksserviërs. Als de onderhandelingen geen resultaat hebben, kan Tudjman toelating vragen en krijgen om het probleem Oost-Slavonië militair op te lossen. Wat een ramp zou inluiden, waarvan de gevolgen niet te overzien zijn.
De Bosnische buitenlandminister Muhamed Sacirbey meent dat Belgrado snel iemand zal aanwijzen die “het woord kan voeren namens Pale” (het hoofdkwartier van de volksservische republiek in Bosnië). Dat kan duiden op signalen dat de val of een ommezwaai van Radovan Karadzic in de lucht hangt.
Nagenoeg iedere dag wordt in Belgrado verteld dat de man gearresteerd is, waarop Karadzic dan telkens weer verklaart dat het gerucht deel uitmaakt van een campagne tegen hem en zijn aanhangers in Pale. Toch is hij de zwakste schakel in de hele oorlog. Zijn konflikt met de legertop is niet opgelost, het komt alleen niet meer in de kranten. De militaire bevelhebbers van de Bosnisch-Servische Republiek voeren hun oorlog tegen Moslims en Kroaten zonder Karadzic, in overleg met Belgrado. Maar na de val van Knin is het moreel van de troep laag, het gedrag weinig gedisciplineerd. Toch lijkt generaal Ratko Mladic als voorlopig burgerlijk en militair hoofd van de staat de meest aangewezen keuze.
Mocht het waar zijn dat het Amerikaanse vredesplan de etnische schoonmaak niet terugdraait, dan vallen de Oostbosnische Moslim-enclaves, inclusief Gorazde de volksserviërs te beurt. In dat geval benaderen de Amerikanen de visie op de opdeling van Bosnië van Karadzic en boekt die weer punten in zijn match met Milosevic. Bovendien heeft de boycot van Belgrado tegen de republiek van de Bosnische Serviërs dan geen zin meer. Waarop het embargo de nationalisten het zoveelste bewijs in handen speelt dat Milosevic een politiek van verraad voert. De president van Servië moet daar voorzichtig mee zijn, maar evenzeer het Westen, dat hem als de hoofdrolspeler op de Balkan blijft beschouwen.
Een plotse omslag in het taalgebruik van de Servisch-ortodoxe kerk kan betekenen dat Karadzic zich opmaakt voor een koerswijziging. De kerkelijke leiders, die tot dusver het regime-Milosevic hekelden, houden zich nu officieel alleen bezig met de humanitaire problemen en de zielezorg van de vluchtelingen. Kozen ze dan ineens voor Milosevic ? Welnee. Lees uit het maneuver : de kerk wil de onderhandelingen van haar beschermeling Karadzic met Belgrado en het Westen niet bemoeilijken.
De omstandigheden zijn rijp om een weg uit het bos te vinden, die een jaar geleden volstrekt onaanvaardbaar was voor westerse en vooral Amerikaanse gesprekspartners. Mocht het gelukken, dan veegt iedereen de morele implikaties van het bestand onder de mat en worden de onderhandelaars gefeliciteerd om hun pragmatisme.
Het ophouden met oorlog voeren, betekent echter nog geen blijvende vrede. Een verdrag op de grondslag van etnische opdelingen, die gevolg zijn van etnische schoonmaak, vormt geen goede bodem voor de welvaart van de nieuwe staten in Bosnië, noch voor het herstel van de buurlanden Kroatië en Servië. Dat wordt een vraagstuk voor komende regeringen in het Westen. De huidige stevenen af op een oplossing, die in verhouding staat tot hun begrip van het probleem.
Branislav Milosevic
De vluchtelingen uit Krajina ontwrichten de al broze ekonomie van Servië.