De desinteresse van de linkerzijde voor de staatshervorming ruikt stilaan naar schuldig verzuim.
In links-progressieve kringen is het bon ton om een staatshervorming af te doen als navelstaarderij van romantische flaminganten. B-H-V is een spielerei. De koopkracht, de vergrijzing, het milieu, de files, dat zijn de échte problemen van ‘de mensen’. Staatshervorming is per definitie rechts, reactionair en asociaal.
Die houding is enigszins te begrijpen omdat het sinds WO II vooral rechtse partijen waren die ijverden voor een staatshervorming. Toch ruikt hun totale desinteresse voor de materie stilaan naar schuldig verzuim.
Is een slimme – progressieve – staatshervorming dan mogelijk? Is het mogelijk om meer bevoegdheden te geven aan de regio’s, de gentrificatie (en dus de verfransing) van de Rand te stoppen, de federale staatsfinanciën te saneren, en tegelijkertijd de solidariteit te ‘redden’? Dát is de vraag die de linkerzijde zich zou moeten stellen.
Zelfs de meest verstokte belgicist begrijpt nu na zes maanden dat de federale staat doodbloedt zonder een staatshervorming die de financieringswet wijzigt.
Daarnaast wordt het dringend tijd dat alle losse draadjes van de Belgische lappendeken aan elkaar worden geknoopt. De ziekteverzekering is federaal. De zorgverzekering is Vlaams. Mensen genezen is een federale zaak. Preventiebeleid is Vlaams. Werklozen uitbetalen is federaal. Werklozen activeren of straffen is Vlaams. Als de federale regering de belastingen verlaagt, moeten de gemeenten die van hen verhogen. Tenzij de Vlaamse regering bijspringt… met geld dat de Vlaamse belastingbetaler te veel heeft betaald. Absurdistan ligt tussen Risquons-tout en Baarle-Nassau.
Een slimme staatshervorming geeft een antwoord op de legitieme vraag van de lagere besturen naar meer zelfbeschikking (een bij uitstek progressief streven) én zoekt naar creatieve en transparante oplossingen om de solidariteit te versterken.
Neem nu Brussel. N-VA-voorzitter Bart De Wever wil er liever van af. ‘De helft van de Brusselse bevolking is van een andere afkomst. De enige toekomst van Brussel is die van een stad die niemand toebehoort’, zegt hij in Le Monde. Vlaams-nationalisten hebben nog weinig steun (stemmen) te verwachten in Brussel. Ze oogsten wat ze gezaaid hebben. Hun weigering om de natuurlijke grenzen van Brussel (zowel taalkundig als socio-economisch) te erkennen, ligt aan de basis van de huidige wraakroepende verpaupering van de hoofdstad. Om die te keren, moet Brussel kunnen uitbreiden met een aantal rijkere randgemeenten, zonder daarbij hun taalregime te wijzigen. Pas dan zal de stadsvlucht gestopt kunnen worden. De splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde is dus geen futiel detail, maar wel degelijk het belangrijkste politieke dossier van dit moment. Oók voor progressieven. Dit gaat over stadsvlucht, over interculturaliteit, solidariteit, werkgelegenheid, toegang tot justitie, betaalbare gezondheidszorg, mobiliteit en – ja, ook een beetje – over oude nationalistische demonen…
Waarom zou er in een losse federatie of confederatie per definitie geen solidariteit tussen de regio’s kunnen bestaan? Europa – een losse statenbond wanneer het gaat over sociale materies – bewijst elke dag het tegendeel. Vraag dat maar aan Roemenië.
Progressieven moeten zich vooral afvragen hoe er naast ongebreidelde economische vrijheid meer gelijkheid en solidariteit kan komen in de samenleving. Een voortdurende modernisering van de instellingen is daarbij noodzakelijk. Enkel conservatieven zijn gebaat bij een status-quo en enkel liberalen dromen van een land zonder staat.
door Karl van den Broeck