If you can’t beat them, join them: in Liverpool leren jonge artsen aan jonge criminelen hoe ze moeten omgaan met steekwonden. Het is controversieel, maar het redt levens, weten ze. ‘Ze hingen aan onze lippen.’
© Weekbladpers Tijdschriften
‘Ze gáán jullie écht niet stéken!’ Sheldon Thomas, een breedgeschouderde donkere vijftiger, kijkt met strakke blik de zaal in. ‘Er is geen enkele reden om bang voor ze te zijn. Hun leven is een farce. Het is niet echt!’ Thomas spreekt zijn toehoorders moed in. De zaal luistert ademloos naar het gewezen bendelid uit de Londense buitenwijk Brixton, die als een Amerikaanse dominee over het podium beent en zijn woorden zowat uitspuugt. ‘Ze imiteren een lifestyle die niet bestaat’, zegt Thomas met onversneden Cockney-accent. ‘Dat doen ze om jou vooral niet te laten zien wie ze echt zijn. Geloof me. Ze zijn zielig, bang en verdrietig en willen niet dat jij dat weet. Maar laat je niet door die leugen intimideren. Dat kun je je simpelweg niet veroorloven.’
Sheldon Thomas is de oprichter van Targeted Against Gangs (T.A. G), een organisatie die in de meest gewelddadige wijken van Engeland jonge gangleden op het rechte pad probeert te krijgen. Zijn publiek bestaat deze middag uit Britse geneeskundestudenten uit verschillende universiteitssteden. Thomas laat foto’s zien van wat hij ’typical British gangsters’ noemt. Er komt een jongetje van twaalf voorbij dat samen met negen andere bendeleden een meisje van veertien verkrachtte. We zien een puber van zestien die op een schoolplein een elfjarig jongetje doodschoot. ‘Zoals jullie zien maakt ras niet uit’, zegt Thomas. ‘Ze zijn zwart, ze zijn wit. Onze hele samenleving is gebroken. Gezinnen functioneren niet, kinderen worden niet meer opgevoed. De politiek zegt dat het door de werkloosheid komt. Bullshit. Het is een mentaal probleem. Een baan zal deze criminelen niet helpen. Ik was ook zo. Het enige wat helpt, is als wij in hun hoofd gaan zitten.’
De toehoorders knikken instemmend. Hun keurige voorkomen staat in schril contrast met de rauwe verschijning op het podium. Toch zijn er veel raakvlakken. De studenten maken onderdeel uit van The Street Doctors, een club jonge artsen in spe die lesgeven aan veroordeelde minderjarige criminelen. Dat gebeurt op een tamelijk onorthodoxe manier: ze leren de jongeren wat ze moeten doen in gewelddadige en voor hen bekende situaties. Zoals: hoe stop je het bloeden van een steekwond van een medeganglid? Hoe zorg je ervoor dat iemand met een overdosis niet stikt in zijn eigen kots?
‘Ik vind jullie geweldig’, reclameert Thomas, die ook ‘motivational speaker’ op zijn Twitter-bio heeft staan. ‘Onze agenda is dezelfde. Wij willen levens redden. En zij willen horen wat jullie te zeggen hebben. Ze zullen jullie misschien niet aankijken of doen alsof ze niet luisteren, maar ze hebben jullie nodig. Wees niet bang voor ze, ze zijn niets. Hun hele leven is een leugen. Zet door en je zult zien dat je door ze heen breekt.’
Getuige van steekgeweld
Ongeveer honderd studenten uit heel Engeland zijn afgekomen op deze eerste nationale conferentie van The Street Doctors in een bijgebouwtje van het Liverpoolse Aintree Hospital. Verspreid over twee dagen volgen ze praktische workshops van eerstehulppersoneel en ambulancebroeders, krijgen ze colleges van criminologen en sociologen en geven sociaal werkers en ervaringsdeskundigen als Sheldon Thomas een inkijkje in de psyche van jonge criminelen.
Wat vier jaar geleden door stom toeval begon als een hobbyproject van een paar studenten, is uitgegroeid tot een landelijke organisatie met vestigingen in Liverpool, Manchester, Londen, Nottingham en Sheffield.
De methode van The Street Doctors is een populair onderwerp op grote wetenschappelijke conferenties over jeugdcriminaliteit. Het idee dat steekwapengeweld óók een publiek gezondheidsprobleem is, wordt gezien als een potentieel nieuwe benadering van misdaadpreventie. De jonge dokters krijg aandacht van de nationale politiek omdat, in de woorden van het aanwezige parlementslid Luciana Berger, het initiatief ‘een positieve impact heeft op de gemeenschap waar nu getrainde mensen klaarstaan om te helpen bij geweldsmisdrijven’ en ‘het een bewijs is dat vrijwilligersorganisaties van onderop grote maatschappelijke problemen kunnen aanpakken’.
Het project ontstond in 2008, toen twee jonge medicijnenstudenten van Liverpool University, Nick Rhead en Simon Jackson, het Youth Offending-centrum in de Liverpoolse wijk Wavertree bezochten. De bedoeling was om daar jonge criminelen wat simpele eerste hulp bij te brengen. Tijdens de les bleek al gauw dat de jongeren geen enkele boodschap hadden aan hun goedbedoelde adviezen. Totdat een van de jonge criminelen vertelde dat die dag een vriend was neergestoken en in kritieke toestand op de intensive care lag. De rest veerde op: dit was bekende materie, zulke verhalen hadden zij ook. Na een rondvraag bleek dat alle elf aanwezigen wel eens getuige waren geweest van steekgeweld – niet zelden met dodelijke afloop.
En dus demonstreerden de twee studenten technieken om het bloeden te stoppen. Ze legden uit dat je het slachtoffer warm moet houden, absoluut niets te eten of drinken moet geven en alles in het werk moet stellen om het bloed naar de hersenen en de vitale organen te laten stromen. Ze lieten zien hoe je iemand het best op de grond kunt leggen, met welk type stof je wel (katoen) en niet (nooit met wol, dat blijft plakken) druk op de wond kunt houden en op welke manier je iemand tot bedaren kunt brengen zodat de bloeddruk daalt.
‘Ze hingen aan onze lippen’, vertelt Nick Rhead. ‘Dit was kennis waar ze iets aan hadden. Eerst benaderden ze ons wantrouwend en agressief. Ze loerden continu naar de klok om te kijken of de les al klaar was. Na afloop kwamen ze enthousiast naar ons toe en bedankten ons hartelijk.’
Samen met Steve Boote, een medewerker van het Youth Offending-centrum, zetten de twee het Liverpool Project op, de voorloper van The Street Doctors. Rhead en Jackson rekruteerden medestudenten om de lessen te verzorgen; Boote kreeg het voor elkaar dat het project een vast onderdeel werd in de begeleiding van jonge criminelen uit Liverpool. Sindsdien zijn de veroordeelde jongeren verplicht om twee medische sessies van negentig minuten te volgen, als onderdeel van de slachtoffer-daderbemiddeling. In die sessies leren ze reanimeren en hoe ze op straat eerste hulp bij steek- en schotwonden kunnen toepassen.
Pijl en boog
Steekwapengeweld is een ernstig probleem in het Verenigd Koninkrijk. De krant The Guardian heeft zelfs een aparte ‘knife crime’-sectie op de website. Veertien procent van alle Britse ziekenhuisopnamen als gevolg van geweld wordt veroorzaakt door messteken. Vooral in de grote steden neemt het aantal gewonden en doden elk jaar toe, en al helemaal onder jongeren: vier van de tien tienermoorden wordt gepleegd met een mes, meer dan met welk ander wapen ook.
‘Het is een soort spelletje voor ze’, zegt medeoprichter Simon Jackson. ‘Ze vinden het heel normaal om iemand in de arm of de knie te steken. Sommige bendes maken er zelfs hun specialiteit van en weten precies waar ze moeten steken om de ingewanden te raken. Zo maken ze iemand invalide voor het leven. Maximale schade en maximale vernedering.’
De jongeren in de straten van Liverpool zijn ook creatief in het kiezen van hun wapen, legt Jackson uit. ‘We horen verhalen over alle soorten scherpe objecten, van broodmessen tot bijlen. Maar er is een paar dagen geleden ook een pijl en boog gesignaleerd.’
‘Zijn júllie dokters?’
De avond vóór de conferentie in het Aintree-ziekenhuis vindt een sessie van The Street Doctors plaats in het Youth Offending-centrum in de Liverpoolse wijk Wavertree. Er zijn vier jonge criminelen aanwezig. De achttienjarige Tim zit onderuitgezakt op een stoel. Hij is veroordeeld omdat hij cannabis verbouwde in zijn kamer. Hij vertelt dat er vandaag allemaal gillende mensen door zijn buurt renden. Een jonge jongen bleek te zijn beroofd van twee zakjes wiet en een laptop. De overvallers hadden zijn arm er afgehakt met een machete. De aanwezigen knikken. Machetes zijn populair in Liverpool. De vijftienjarige Becky is lid van een bende. Ze is gepakt tijdens een gewelddadige straatroof. Het kleine mooie meisje ziet er bleek uit: ze heeft gisteren aangifte gedaan tegen haar ex-vriend. Die had haar in elkaar laten slaan omdat ze weigerde hem te pijpen. Eerder schopte hij haar al om dezelfde reden bewusteloos. Vanmiddag heeft hij Becky vanuit de gevangenis bedreigd. Via Facebook. Als zij haar aantijgingen in de rechtszaal herhaalt, zal ze verdwijnen, schreef hij. De zestienjarige Conor is druk in de weer met zijn smartphone. Hij wil niet vertellen waarom hij veroordeeld is. Net als Sam (17), die nog wel even laat weten dat ze vorig jaar een kind heeft verloren.
Pete Carson (26) en Tom Conley (22) verzorgen de les. De twee studenten hebben een baardje, dragen sneakers, jeans en een T-shirt. ‘Zijn jullie dokters?’ vraagt Sam vol ongeloof. Tom legt uit wat het plan is van die avond. ‘Heeft iemand van jullie weleens iemand op straat op de grond zien liggen? Of iemand zien flauwvallen?’ De jongeren blijven stil en kijken verveeld om zich heen.
‘Jij kent wel iemand die is flauwgevallen, toch Becky?’ vraagt Steve Boote van het Offending-centrum die de sessie ook bijwoont. ‘Nee!’ zegt ze bits, en speelt verder met haar smartphone. De studenten gaan rustig door, óók als Becky’s telefoon tot drie keer toe afgaat. Pete gaat op zijn rug op de grond liggen. Tom doet voor welke stappen je moet nemen als je iemand zo op straat ziet liggen. Eerst kijkt hij om zich heen om na te gaan of er ergens anders nog gevaar is. Hij buigt zich over Pete heen en schreeuwt: ‘Hallo, hallo! Kun je mij horen? Doe je ogen open!’ Tom is een abominabel acteur en dat leidt tot aardig wat hilariteit onder de jongeren.
Uit het niets vertelt de jonge Conor dat hij toch wel eens iemand zo heeft zien liggen. Een goeie vriend raakte bewusteloos nadat hij was aangevallen met een mes. Hij werd helemaal koud, zegt Conor, ’that freaked me out’. Tom vraagt hoe Conor daarop heeft gereageerd. ‘Ik heb een ambulance gebeld en ben weggerend.’ Oké, zegt Tom. ‘Na vanavond weet je wat je de volgende keer moet doen.’ Conor heeft de smaak te pakken en laat nu twee enorme littekens op zijn been zien. Gebeten door een pitbull. Die is daarna doodgeschopt door een vriend van Conor, vertelt hij trots.
Tom gaat stoïcijns verder. Hij luistert naar de ademhaling van Pete. Het is ‘breathing before bleeding’ legt hij uit. ‘Als iemand niet meer ademt, gaat alles kapot. Dat is belangrijker dan bloed.’ Tom laat zien hoe hij Pete op zijn zij draait om de ademhaling te stimuleren. Vervolgens veinst hij dat hij een ambulance belt. Dat doet hij met nogal wat grote gebaren. ‘Lach me niet uit!’ zegt hij tegen de groep, die in een deuk ligt. Alleen Becky houdt zich stil.
De sessie gaat verder met een lesje reanimatie. Tom en Pete doen voor hoe je je vingers in elkaar moet vouwen zodat je met je handen stevig kunt stoten, waar je de handen precies moet neerzetten, hoe je de rug moet rechten en in welk tempo de stoten elkaar moeten opvolgen.
De jongeren passen de reanimatietechniek toe op dummy’s en op elkaar. Er worden veel grapjes gemaakt en er wordt veel gelachen. ‘Zo gaat het elke keer’, zegt Tom Conley in de pauze. ‘Eerst zijn ze stug en dan ontdooien ze. Je ziet de omschakeling na een minuut of vijftien.’ Pete Carson legt uit dat The Street Doctors voor hem niet alleen maar een altruïstische bezigheid is. ‘Ik leer op deze manier om te gaan met mensen die hun school vaak niet hebben afgemaakt. Daar ga ik straks als dokter veel aan hebben. Ik leer communiceren met mensen uit een andere klasse zonder uit te stralen: ik ben slim, luister maar naar mij, ik weet het beter. Ik leer op hun niveau praten zonder ingewikkelde medische termen te gebruiken.’
Buiten staan de vier jonge criminelen een sigaret te roken. Dan gebeurt er iets wat zo onverwachts is dat het bijna wel in scène lijkt gezet: de ogen van Becky beginnen weg te draaien, ze valt flauw en knalt hard met haar hoofd op de grond. Tim en Sam buigen zich over haar heen. Ze vragen of Becky ze kan horen, checken haar adem en rollen haar op haar zij. Langzaam komt ze weer bij en ze lijkt helemaal in orde. Dokter Tom Conley staart met grote ogen naar het tafereel. ‘Een perfect scenario’, zegt hij.
Verboden te preken
Inmiddels hebben 1400 jonge Britse criminelen een cursus gevolgd bij The Street Doctors. Er zijn ten minste drie gevallen bekend waarbij de lessen ook echt effect hebben gehad, vertellen de oprichters Rhead en Jackson. Een jongen redde het leven van zijn oom door hem minutenlang te reanimeren na een hartaanval. Een andere jongen instrueerde per telefoon zijn Londense vrienden nadat een medebendelid met een mes in de nek was gestoken. En drie jonge criminelen waren een paar uur nadat ze een sessie van The Street Doctors hadden bijgewoond getuige van een steekpartij waarbij iemand in zijn onderbuik werd gestoken. ‘Maar dat zijn alleen nog de gevallen die aan ons zijn gerapporteerd’, zegt Nick Rhead.
De methode van de jonge artsen is controversieel, geeft Rhead toe. ‘Wij zullen nooit tegen een jongere zeggen dat hij geen mes mag dragen. Wij preken niet tegen ze en veroordelen hun gedrag niet. Wij komen bijna allemaal uit een blank middenklassegezin, zonder enige ervaring met het leven dat zij leiden. Wie zijn wij om ze te vertellen wat ze wel en niet mogen doen?’ Daarbij komt, legt Rhead uit, dat een gelijkwaardige relatie essentieel is voor het succes van de sessies. ‘Als wij zouden moraliseren, zou het niet werken. Wij benadrukken dat we het allemaal in onze vrije tijd doen en voldoen niet aan het klassieke beeld van de dokter. Op de een of andere manier is dat het juiste recept. De kids zien vaak voor het eerst iemand van ongeveer hun eigen leeftijd die probeert hen iets positiefs bij te brengen.’ Jackson: ‘Maar het is niet alleen een kwestie van informatieoverdracht. Wij veranderen hun perspectief. Eindelijk kunnen ze iets goeds doen voor de gemeenschap.’
De plannen om het project uit te breiden naar nog meer steden liggen al klaar. ‘Maar het ultieme doel’, zegt Rhead, ‘is om te werken in de meest gevaarlijke en gewelddadige steden ter wereld, zoals Johannesburg, Chicago en Mexico City en daar jonge mensen te leren hoe ze de levens van andere kinderen kunnen redden.’
DOOR MAURITS MARTIJN / FOTO’S ADRIE MOUTHAAN
Sommige gangs maken er hun specialiteit van en weten precies waar ze moeten steken om de ingewanden te raken.
‘Ik leer communiceren met mensen uit een andere klasse zonder uit te stralen: ik ben slim, luister maar naar mij, ik weet het beter.’