Ann Peuteman
Ann Peuteman Redactrice bij Knack

Een psychopate, een idealiste of een berekenende intrigante? De meningen zijn nog steeds verdeeld. Na drie jaar in de cel krijgt ALF-activiste Anja Hermans eindelijk de zo noodzakelijke zorg in een psychiatrische instelling.

‘Anja Hermans is een menselijk wrak. Mochten we haar vijf jaar opsluiten, dan laten we een tijdbom op de maatschappij los als ze vrijkomt.’ Dat zei de procureur-generaal van dienst toen het hof van beroep zich twee jaar geleden uitsprak over Hermans’ poging om de auto van een Antwerps onderzoeksrechter in brand te steken. Uiteindelijk moest de punkster, die al sinds oktober 2000 in voorhechtenis zat, ‘maar’ drie jaar brommen. Vorige week werd het licht op groen gezet voor haar voorwaardelijke invrijheidstelling.

In de lagere school is de Antwerpse Anja Hermans een ‘normaal’ kind, zij het opvallend rijp voor haar leeftijd. Rond haar dertiende begint ze echter te rebelleren en krijgt ze het steeds vaker met haar ouders aan de stok. Pa en ma trekken met dochterlief zelfs naar verschillende kinderpsychiaters, maar die sessies leveren bitter weinig op. Als ze ongeveer zestien is, transformeert ze zichzelf in een punkster. Jaren later zal ze een therapeut vertellen dat ze kort voor die metamorfose is verkracht. In elk geval is dat niet de enige aanleiding voor haar nieuwe imago: als tiener laat ze zich ook meeslepen door haar verbolgenheid over allerlei maatschappelijke wantoestanden. Zo wordt de politie voorgoed haar vijand als ze in 1996 tijdens een wake bij het Antwerpse justitiepaleis naar aanleiding van het zogenaamde Spaghetti-arrest ziet hoe onzacht sommige agenten de jongeren behandelen. Vandaar haar latere betrokkenheid bij Wordt Vervolgd, een organisatie die het politieoptreden in de Metropool ‘kritisch volgt’.

A.C.A.B. of all cops are bastards is ook het motto dat zij en haar punk- en kraakvriendjes in de jaren die volgen geregeld op kale muren in hun thuisstad achterlaten. Uit protest tegen de wereld vernielen ze een telefooncel, luisteren ze de politieradio af en zorgen ze voor oorverdovend nachtlawaai. Door haar lef, idealisme en uitgesproken meningen wordt Hermans al snel een bekend figuur onder de punkers die bij het Rubensstandbeeld op de Groenplaats rondhangen. ‘Ze had charisma en kon het ontzettend goed uitleggen’, zegt een kennis uit die tijd. Ook haar ouders steunen haar. ‘Anja is altijd opgekomen voor de daklozen, de armen en de dieren, en daar ben ik als vader trots op’, luidt het.

OPGEJAAGD WILD

In september 1998, Anja is dan negentien, pakt het Canvas-programma Terzake uit met de getuigenis van twee vermomde activisten van het Animal Liberation Front (ALF). Die claimen een aantal aanslagen op hamburgerrestaurants en vleesverwerkende bedrijven en geven vooral uitleg over de brandstichting bij McDonald’s in Puurs. Binnen de kortste keren worden de twee getuigen ontmaskerd als Anja Hermans en haar vriendin Lindsay Van Keer. Hermans noemt haar tv-optreden een ‘uit de hand gelopen grap’, maar Van Keer bekent aanvankelijk wel bij de acties betrokken te zijn. Ze worden aangehouden en het dossier wordt samengevoegd met dat van acties van de fietsguerrilla Spaak en Tandwiel waaraan de vriendinnen hebben deelgenomen.

Na haar vrijlating wordt Hermans geen rust meer gegund: de ondervragingen en huiszoekingen volgen elkaar op. ‘Elke keer als er ergens brand uitbreekt, staat de politie bij mijn dochter voor de deur’, zegt vader Eddy Hermans in die periode.

Ondertussen heeft Anja een relatie met de dertigjarige Geert Waegemans, een punker-vloerder uit Haasdonk-Beveren die als een blok voor haar valt. Samen met hem tekent ze haar eigen ondergang, één dag voor de raadkamer zich over de dossiers van de ALF-aanslagen en fietsacties zou buigen. Hermans hoefde zich nochtans niet veel zorgen te maken, want van alle aantijgingen tegen haar kan eigenlijk alleen ‘belemmering van de openbare weg’ hard worden gemaakt. Maar ze beslist anders over haar lot: in de nacht van 16 op 17 oktober 2000 wordt ze in Edegem op heterdaad betrapt terwijl ze de auto van onderzoeksrechter Jacques Mahieu in brand probeert te steken. Naast haar staat Geert Waegemans, in haar hand heeft ze een brandende prop die ze net in de LPG-tank van de Renault Espace wil gooien. Hermans’ uitleg: de stoppen sloegen door omdat ze de pesterijen van de politie zo zat was, omdat ze zich opgejaagd wild voelde. Een paar dagen na haar arrestatie schrijft ze in een brief aan de krant De Morgen: ‘Ik wil dat ze mijn ouders met rust laten, mij, Lindsay, Bert, de kraakpanden. Ik kan het niet meer incasseren. Ik hoop dat, nu ik in de cel zit, ze eindelijk tevreden zijn. En ik hoop dat die van het ALF weten wat ze hebben aangericht. Ik wil dat ze stoppen met hun gedoe. Het maakt de mensen zot. Ik wil rust. Ik wil niet meer denken, ik wil niet meer bang zijn.’

Na twee maanden in voorhechtenis en een mislukte zelfmoordpoging begint Hermans plots te praten. Waegemans – volgens Hermans een geweldenaar – zou haar gedwongen hebben mee te werken aan de autobrand, een wraakactie omdat Mahieu hem had aangeduid als de bekladder van het Koning Boudewijnmonument op Linkeroever. Haar ondertussen ex-lief zou ook verantwoordelijk zijn voor de aanslag in het bedrijf Damar in Temse, waarvoor zij de BOB van tevoren had gewaarschuwd. Met die getuigenis gaat ze te ver: dat ze de kluts kwijt is, kunnen haar anarchistische vrienden nog begrijpen, maar voor een politie-informante hebben ze geen sympathie. Ondertussen wordt druk gediscussieerd over de relatie tussen Hermans en Waegemans: volgde hij blindelings zijn manipulerende geliefde of was zij zo bang voor hem dat ze niet anders durfde dan aan ALF-aanslagen deel te nemen? Psychiatrische rapporten wijzen in de richting van het eerste scenario: Waegemans wordt getypeerd als een ‘naïeve idealist en een passief type’. In maart 2001 oordeelt de rechter dan ook dat Hermans de touwtjes in handen had bij de aanslag op de auto. Zij krijgt vijf jaar cel, haar vriend vier. In beroep wordt dat later teruggebracht tot respectievelijk drie en twee jaar effectief.

Korte tijd later, na haar vierde zelfmoordpoging, trouwt Hermans in de gevangenis met de dertien jaar oudere Frank Smits, die ze al in 1998 op een feestje heeft leren kennen. Omdat Smits zijn liefje als ex-gedetineerde niet mocht opzoeken, schreef hij haar dagelijks lange brieven. Smits: ‘Om te zwanzen, schreef ik dat we maar beter konden trouwen als we elkaar toch niet meer mochten zien. Weken later vroeg ze me telefonisch ten huwelijk. Ik was de gelukkigste man ter wereld.’

DRAMA QUEEN

Hoewel Smits een grote steun voor haar betekent, blijft ze vragen om naar een psychiatrische instelling overgebracht te worden. Ze lijdt aan claustrofobie, heeft hallucinaties en snijdt geregeld in haar eigen armen – allemaal typische symptomen van het zogenaamde borderline-syndroom. Dat is dan ook de diagnose die verschillende psychiaters hebben gesteld, wat niet betekent dat ze ontoerekeningsvatbaar zou zijn. Ook haar ziekelijke drang naar aandacht, die haar op den duur bijna de das omdoet omdat ze steeds opnieuw mediabelangstelling opzoekt, past bij dat ziektebeeld. In de gevangenis gedraagt ze zich vaak als een drama queen, die geregeld de cipiers en haar ondervragers van mishandeling beschuldigt. Hun verweer: als ze geen aandacht krijgt, begint ze zichzelf te verminken; ze bonkt soms urenlang met haar hoofd tegen de deur van de isoleercel waarin ze – claustrofobisch of niet – blijkbaar vaak wordt opgesloten.

Alleen in het voorjaar van 2002 mag ze in afwachting van het ALF-proces even naar een instelling in Munsterbilzen. Daar blijkt dat ze het rebelleren nog niet heeft afgezworen: ze ontsnapt om te protesteren tegen het gebrek aan therapie. Uiteindelijk krijgt Hermans, net als Waegemans, vijf jaar cel, waarvan drie effectief voor haar aandeel in de aanslagen op verschillende hamburgerrestaurants. Omdat de rechter ‘eenheid van opzet’ ontwaart met de feiten waarvoor ze al is veroordeeld, wordt haar straf gedeeltelijk ‘opgeslorpt’.

Vandaar dat vorige week werd beslist dat ze vervroegd vrijkomt, op voorwaarde dat ze in een instelling wordt opgenomen. Maar het zal nog heel wat tijd vergen voor ze is hersteld van de recente hersenoperatie, en veel vrienden staan er niet meer klaar om haar op te vangen.

Ann Peuteman

In de dossiers van de ALF-aanslagen kon haar alleen ‘belemmering van de openbare weg’ worden aangewreven.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content