Minister van Financiën Reyn- ders neemt een loopje met de werkelijkheid wanneer hij het heeft over de gemeentelijke belastingverhogingen (‘Mijn aflaten zijn goedkoper dan die van de paus’, Knack nr.10). Het is absoluut niet correct dat ‘slechts honderd gemeenten niet meewillen in de trend om de belastingen te verlagen’. Alleen al in Vlaanderen hebben in de periode 2001-2004, de eerste vier jaar van de lopende gemeentelijke bestuursperiode, 258 van de 308 gemeenten (83,8 procent) de aanvullende personenbelasting, de opcentiemen op de onroerende voorheffing of beide verhoogd. Die verhoging was een stuk massaler dan zes jaar geleden, toen in de eerste vier jaar van de regeerperiode slechts 151 Vlaamse gemeenten een tariefstijging doorvoerden. Heel wat oorzaken liggen aan de basis van deze belastingverhogingen. De daling van de personenbelasting, die de basis vormt voor de berekening van de aanvullende personenbelasting, is er slechts een van. Veel belangrijker is echter het feit dat vooral de gemeenten het gros van de factuur van de vrijmaking van de energiemarkt moeten dragen, wat voor de Vlaamse gemeenten alleen al neerkomt op een jaarlijks verlies van 350 miljoen euro. Het ziet ernaar uit dat de federale overheid hiervan via een heffing op het elektriciteitsgebruik ongeveer de helft zal compenseren, op voorwaarde dat het wetgevende werk hiervoor tijdig rond geraakt. Onderzoek van de Vlaamse Ver-eniging van Steden en Gemeenten (VVSG) heeft verder uitgewezen dat er nauwelijks een verband bestaat tussen de politieke meerderheid in een gemeente en de vraag of ze de voorbije jaren de belastingen hebben verhoogd. Dat kan ook moeilijk anders wanneer we vaststellen dat de verhogingen zo massaal waren. Toch wil Reynders laten geloven dat de stijgingen er voornamelijk waren in CD&V-gemeenten. Hij beschikt dus blijkbaar over andere statistieken dan wij.

De VVSG heeft ook een berekening gemaakt van wat de gemeentelijke belastingstijgingen de burger hebben gekost. Voor 2003 kwamen we uit op een totaal bedrag van ongeveer 332 miljoen euro voor de Vlaamse gemeenten alleen. De wijze waarop die berekening is gebeurd, is in- tegraal na te lezen op www.vvsg.be. Toch heeft minister Reynders het over slechts 200 miljoen euro, allicht bedoeld voor heel België. Waar dat cijfer vandaan komt, is al evenmin duidelijk. Van een minister van Financiën hadden we op zijn minst meer duidelijkheid verwacht, in plaats van het verspreiden van wat gratuite slogans.

Jan Leroy

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content