Een boek over CVP’er Leo Delcroix schetst gewoonten uit een ?oude? politieke cultuur. Typisch voor de ?nieuwe? cultuur is alvast dat veel wordt beweerd en weinig bewezen.

Als minister van Defensie schafte Leo Delcroix (CVP) de dienstplicht af. Daarmee is het enige lovenswaardige vermeld dat de politicus Delcroix realiseerde. De hoera-journalisten Raf Sauviller en Danny Ilegems, die de jongste drie jaar voor het weekblad Humo ?als een tandem aan het wiel van de zakenman-politicus reden?, schreven in hun pas verschenen boek ?Een Belgisch politicus? dat de idee om de dienstplicht af te schaffen niet eens van Delcroix zelf kwam, maar dat de man gewoon een besparingsplan uit een politiek akkoord uitvoerde. Briljante ideeën waren volgens hen niet aan Delcroix besteed, tenzij het erom ging om ?met geld zakken en putten te vullen en mist te spuiten rond vervelende vragen?. Bij al die dubieuze praktijken en ontwijkingsmechanismen maakte Delcroix van liegen zijn handelsmerk, beweren Sauviller en Ilegems. ?Wie Delcroix in het voorjaar van 1997 in de Rwandacommissie van de Senaat bezig zag, zou verwacht hebben dat hij elk moment kon gaan ontkennen ooit minister van Defensie te zijn geweest.?

Een groot deel van de verhalen uit hun boek steunt op de inhoud van de fameuze Atoma-schriftjes, waarin Delcroix in half-cryptische nota’s details bijhield over de deals die hij regelde. Die schriftjes werden ooit door het Hoog Comité van Toezicht in beslag genomen, maar moesten na enkele dagen aan de ?eigenaar? worden teruggegeven. Een vooruitziende geest had ze ondertussen echter gekopieerd. Vorig weekeinde kregen beide journalisten en hun redactie zelf een huiszoeking te verwerken handig meegenomen als promotie voor het boek.

Leo Delcroix was al langer een omstreden politicus. Maar er ontstond pas een affaire rond zijn persoon, toen bekend raakte dat hij in Zuid-Frankrijk over een villa beschikte, waaraan enkele postboden een cent zwart hadden verdiend. Delcroix ontkende. Er kon echter worden aangetoond dat deze ontkenning ?een sportvissersverhaal was dat harder rammelde dan een collectebus in een winkelwandelstraat,? zoals het in de stijl van het boek heet. De hele kwestie zou Delcroix tot ontslag drijven.

Dat ontslag greep Vlaanderen in eerste instantie sterker aan dan het feit dat de minister gelogen had en op zijn minst sociale fraude had gepleegd. Delcroix kreeg lof voor het invoeren van de in ons land onbekende Angelsaksische traditie van het tijdig ontslag nemen.

Maar het ontslag beantwoordde hoegenaamd niet aan de wensen van Delcroix zelf. Die wou integendeel fanatiek op zijn ministerportefeuille blijven zitten. Toenmalig CVP-voorzitter Johan Van Hecke en premier Jean-Luc Dehaene wilden daar echter niet van weten. Als Delcroix wekenlang ?de ramen uit de vensters? zou staan liegen, zou de doodstrijd lang en pijnlijk zijn, niet alleen voor Delcroix zelf, maar ook voor de partij. Zo wil het verhaal, dat echter door alle betrokkenen naar het rijk der fabelen wordt verwezen.

Voor hij minister werd, was Delcroix jarenlang nationaal secretaris van de CVP. In die hoedanigheid bemoeide hij zich met àlles. Van de benoeming op het laagste niveau tot de zwaarste financiering van de partij. ?Een Belgisch politicus? schetst hoe een partij in die jaren werd gerund. Persoonlijke verrijking op de kap van de partij is de laatste aantijging die tegen Leo Delcroix de wereld werd ingegooid deze keer door de directeur communicatie van de CVP zelf, Willy Buijs. Het bewijs daarvan is alsnog niet geleverd.

VRIENDELIJK VOOR DE VRIENDEN

Het villaverhaal vormde de aanzet tot de Delcroix-vaudeville. Maar het boek telt meer hoofdstukken. Delcroix bestond het zelfs om zich met cultuur in te laten, hoewel hij volgens Sauviller-Ilegems ?waarschijnlijk het verschil niet kende tussen de Blauwe Maandag Compagnie (BMC) en een Zweedse turnbroek?. Op verzoek van Dehaene ging Delcroix aan zijn grote vriend Etienne Schouppe vragen om voor de BMC een onderkomen te zoeken achter het Antwerpse Zuidstation. Schouppe is baas van de spoorwegen. Helaas voor Dehaene lag hij evenmin als Delcroix wakker van cultuur.

Even interessant vond Delcroix de wetenschappelijke wereld. Ook wetenschappelijke posities in overheidsdiensten ontsnappen niet aan de politiek. Hoogleraren van laag niveau stuurden met succes brieven naar CVP-ministers om kandidaten zonder doctoraat aan te bevelen voor jobs waarvan de omschrijving een doctoraatstitel vereiste. De schriftjes van Delcroix leren dat de beheerders en het wetenschappelijk personeel van het Vlaams Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk-Technologisch Onderzoek in de Industrie (IWT) niet op basis van hun deskundigheid benoemd werden, maar na een politieke verkaveling (overigens op vraag van de VU).

Delcroix onderhield ook banden met de academische wereld. Hoogleraar Paul De Meester, ex-kandidaat rector van de Katholieke Universiteit Leuven, figureert prominent in zijn schriftjes, als voorzitter van de Belgische Betonmaatschappij. Delcroix is vriendelijk voor zijn vrienden : hij ging voor De Meester peilen bij Schouppe die als baas van de spoorwegen veel bouwwerven te verdelen had. De Meester werd ook opgevoerd in de truc van Delcroix om in het smeerpijpschandaal een gerechtelijke claim van toenmalig staatssecretaris van Leefmilieu Miet Smet (CVP), die 896 miljoen frank eiste van een aantal ondernemingen omdat ze een volstrekt onbruikbare collector voor afvalwater hadden gebouwd, om te toveren in een gulle schenking door de staat van 200 miljoen aan de bedrijven in kwestie.

Smet voelde zich anders zelf niet te beroerd om Delcroix voor haar mensen in te schakelen, houden Sauviller en Ilegems vol. In september 1991 stuurde ze hem een kattebel : ze verwachtte ?grote moeilijkheden als haar arrondissement weer niet bij de benoemden kon zijn?. Ze kreeg haar zin.

Wat de CVP incasseerde in ruil voor haar minnelijke schikking in verband met de smeerpijpaffaire, blijft onduidelijk. Daar zijn ook Sauviller en Ilegems niet achter gekomen. De NV Denijs, volgens de twee ?de meest actieve poot van het triumviraat van aannemers in het gekonkel met Delcroix?, huist in de Gentse kanaalzone. Maar toen het Hoog Comité van Toezicht naar sporen van smeergeld in kringen van de Gentse CVP ging zoeken, leverde dat niets op. De boekhouding bleek namelijk zoek en de penningmeester, die kon weten waar ze lag, was net overleden. Kennelijk springt de CVP te gepasten tijde heel slordig om met haar boekhouding.

KNIPPEN EN PLAKKEN

Een mensensoort waarmee Delcroix zich ook actief bezighield, is opgetrokken uit rechters en andere magistraten. Tot op het niveau van procureurs en procureurs-generaal telde hij politiek benoemde vrienden. Zo schakelde de ex-minister een magistraat in om hem stante pede de schriftjes terug te bezorgen die het Hoog Comité van Toezicht in beslag had genomen. De ex-kabinetschef van Delcroix is momenteel auditeur-generaal bij de Raad van State, die erover moet waken dat de overheid zich correct gedraagt tegenover haar burgers.

Leek er toch iets mis te lopen, dan kon Delcroix op andere voorzienigheden terugvallen. Toen CVP-medewerkers in het kader van de fraude met de gewestplannen, waarin middels handig knip- en plakwerk van waardeloze landbouwgronden waardevolle bouwgronden werd gemaakt, in staat van beschuldiging werden gesteld, schakelde de trein-Delcroix over naar topsnelheid. De belangrijkste ?bijknippers?, Léonard Quintelier en Jo Van Eetvelt, werden snel gecoöpteerd als senator, zodat ze politiek onschendbaar werden. En toen een correctionele vervolging dreigde, werd er enerzijds voor gezorgd dat het proces pas nà de volgende verkiezingen plaats zou vinden, en anderzijds dat de beschuldigden niet zelf voor hun advocatenkosten moesten opdraaien. Dat had de secretaris mooi geregeld.

D.D.

Raf Sauviller en Danny Ilegems. 1997. Een Belgisch politicus. Uitgeverij Atlas. 287 pagina’s, 800 frank.

Leo Delcroix : zakken en putten vullen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content