Optimistisch vertrokken de Europese rege- ringsleiders uit Noordwijk. Dat had alles met Tony Blair en politieke marketing te maken.
EEN BERICHT UIT NOORDWIJK
Europese topontmoetingen blijven onvoorspelbare, haast mysterieuze samenkomsten. Binnen de muren van de vergaderzaal ontstaat niet zelden een vreemd, bijna onverklaarbaar gistingsproces van nationale en geopolitieke belangen, persoonlijke sympathieën of animositeiten en zelfs ideeën, waardoor de beschouwingen van de ?Europa-watchers? doorgaans omver worden gekegeld. In de Nederlandse badplaats Noordwijk waren die waarnemers er opnieuw aan voor hun moeite. Van het getemperde pessimisme dat de dagen voordien overheerste zeker bij de deelnemers bleef na afloop weinig over. Tevredenheid alom : de sfeer was goed, de gesprekken zo constructief en concreet dat ze deuren open zetten voor een nieuw Unie-verdrag, dat half juni in Amsterdam moet worden afgesloten. Het kan zelfs uitgroeien tot een verdrag met enige inhoud, iets waarvan de meeste onderhandelaars tot voor kort hooguit durfden dromen. ?We hebben onze tijd hier niet verloren,? concludeerde premier Jean-Luc Dehaene (CVP), van wie bekend is dat hij zolang het niet over voetbal gaat over elke minuut pingelt.
Noordwijk ontving geen officiële Europese raad. Het betrof een initiatief van het Nederlandse voorzitterschap om enkele weken voor de beslissende top in Amsterdam, de vijftien regeringshoofden voor een informele babbel rond de tafel te scharen. Zo konden de nieuwe leden, de Oostenrijkse kanselier Viktor Klima en de Britse premier Tony Blair, zich de heel aparte werkstijl van dat soort topvergaderingen eigen maken. Dat bijzondere bestaat er onder meer in dat de diplomaten hier beduidend minder in de pap te brokken hebben dan op een modale raad van ministers. De diplomatie krijgt geen toegang tot de vergaderzaal en dat verhoogt de onvoorspelbaarheid van de gesprekken. Noordwijk moest dus een kennismaking inhouden en voor de nieuwkomers een snelcursus Europese besluitvorming. Maar er kwam veel meer uit de bus. Toen de Nederlandse minister-president Wim Kok merkte dat de heren het goed met elkaar konden vinden en de tenoren er goedgeluimd bijliepen, waagde hij het om ze enkele knelpunten van het verdrag voor te schotelen. En dat stuitte nu eens niet op een salvo van veto’s.
Vond in Noordwijk een mirakel plaats of ging het slechts om optisch bedrog, omwille van Blair ? Dit was zijn eerste top en het effect bleef niet uit. Het boegbeeld van New Labour, dat sinds 1 mei aan een New Britain timmert, begon in Noordwijk aan een nog ambitieuzer project : een New Europe.
BLAIR IS EEN VRIENDELIJK MENS
Het was al achttien jaar geleden dat nog eens een Britse regeringsleider aantrad die de Unie niet als een bedreiging, laat staan het ultieme kwaad beschouwt. Op zijn eerste persconferentie op een Europese top verzekerde Blair dat ?er veel goede kanten aan Europa zijn. Dankzij de eengemaakte markt kunnen we op het continent onze producten slijten. Natuurlijk zijn er minder goede aspecten, maar dat is geen reden om de Unie te verketteren, wel om ze ten goede te veranderen.? Hij vertelde het met dezelfde glimlach waarmee hij een paar weken terug campagne voerde. Een vriendelijk mens, deze Blair ook tegenover de Britse journalisten die hij bijna allemaal met de voornaam aanspreekt. In tegenstelling tot zijn voorgangers is deze Britse premier geen adept van de botte no’s.
Bij Blair heet het dat Groot-Brittannië zijn voordeel kan doen met een goed werkend Europa. Daarvoor moet de Unie zich wel met de echte problemen bezig houden. ?De mensen willen jobs. We moeten dus concurrentieel zijn en onze arbeidsmarkt flexibeler maken. We moeten aan het onderwijs sleutelen, zodat we beter gewapend zijn voor de concurrentieslag. Groot-Brittannië zal dus nooit aanvaarden dat in het sociale hoofdstuk luiken worden ingelast die het concurrentievermogen aantasten. Op dat punt staan we trouwens niet alleen. Vele landen delen onze opinie.?
Echt socialistisch klonk tot voor kort anders, maar Blair behoort dan ook tot New Labour. Voor de hardhorenden herhaalde hij tijdens de persconferentie die hooguit een kwartier duurde , tot vijfmaal toe dat Europa vooral behoefte heeft aan flexibele arbeidsmarkten. ?Heel Europa kijkt hoe Groot-Brittannië de werkgelegenheidsproblematiek aanpakte.? Met zijn standpunten zette Blair de Europese linkerzijde en iedereen die voor een sociaal Europa ijvert, aan het denken. Rechts is er al mee bezig. Langs zijn neus weg liet de Franse president Jacques Chirac de pers weten dat de socialistische premier hem aangenaam had verrast. ?Blair was de enige regeringsleider die het aandurfde voor flexibele arbeid te pleiten.?
Het blijft bijgevolg verder wachten op de verhoopte sociale doorbraak. Rond de onderhandelingstafel vormde dat evenwel geen punt van discussie. Ook over het buitenlands en het veiligheidsbeleid, en de plaats van de West-Europese Unie (Weu) in dat geheel, werd in Noordwijk geen ruzie gemaakt. Blair herhaalde, zij het vriendelijker, wat John Major daarover vertelde. Het buitenlands beleid moet een zaak van regeringsleiders blijven en er is geen sprake van dat de Weu in de Unie wordt geïntegreerd. De fameuze tweede pijler, die tijdens de crisis rond Bosnië zoveel terechte ergernis opwekte, zal ook de volgende eeuw het buitenlands beleid van de Unie of liever het gebrek daaraan schragen. De vijftien hebben er zich bij neergelegd dat Europa bij internationale conflicten geen rol van betekenis zal spelen.
IN HET ZOG VAN DE NAVO
Omtrent het justitiebeleid en het akkoord van Schengen beweegt er wel wat in de Britse houding. Zelf denkt Groot-Brittannië er niet aan om de grenscontroles op te geven, maar op tal van andere punten toonde Blair bereidheid tot samenwerking. ?Ik had de indruk dat de Britten akkoord gaan dat Schengen een communautaire materie wordt,? zei Dehaene met veel voorbehoud. In mensentaal betekent dit dat de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken in de toekomst hun bevoegdheden moeten delen met de commissie, het hof en het parlement van Europa. Maar pas in Amsterdam zal blijken of de Britten de stap aandurven.
Het optimisme na Noordwijk stoelt namelijk zeker niet op substantiële Britse toegevingen. Veel meer dan een verandering van toon heeft Blair momenteel niet te bieden. Zelfs over het wezenlijk belangrijke punt, de beperking van het vetorecht, staat het nog helemaal niet vast dat de nieuwe Britse regering zich verder waagt dan het conservatieve kabinet van Major.
Van waar komt dan die tevredenheid in Noordwijk vandaan ? In eerste instantie van het besef dat Blair zich coöperatief opstelt en in tegenstelling tot Major wel kan evolueren. Hij wordt niet door eurofobe eilandbewoners gegijzeld. Ook de vaststelling dat er tussen de grote en kleine lidstaten geen clash kwam over de samenstelling en de bevoegdheden van de Europese commissie, wettigt een zeker optimisme. Alles blijft bij het oude en de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken Hans Van Mierlo bestempelde die status-quo als een belangrijke stap in de goede richting. Kortom, een doorbraak. Tot de nieuwe lidstaten zich aansluiten omstreeks 2005 kunnen de allerkleinste landen hun commissaris behouden.
De derde en misschien de belangrijkste reden voor het geforceerd optimisme heeft met politieke marketing te maken. Het nieuwe verdrag duldt geen uitstel meer. Het moet zo vlug mogelijk worden afgerond, niet omdat Maastricht zo nodig aan herziening toe is, wel omdat er vaart in de uitbreiding naar Oost-Europa moet komen. Vooral Bonn, maar ook Londen en Parijs willen begin 1998 met de onderhandelingen beginnen. Nu de Navo naar het Oosten uitbreidt, moet de Unie volgen en de eerste die daarvan overtuigd is, luistert naar de naam Helmut Kohl.
DE APENOOTJES LIGGEN KLAAR
Op de EVP-top in Brussel peperde de kanselier zijn collega’s regeringsleiders van christen-democratische obediëntie nog eens in waar het op stond. Het had geen zin om de uitbreiding naar de Unie omwille van onhaalbare doelen in gevaar te brengen. Uit die laatste bedenking kan vooral Wilfried Martens, EVP-voorzitter en fractieleider in het Europees parlement, voordeel puren. Nogal wat regeringsleiders, onder meer de titularis in de Wetstraat 16, zijn beducht voor een negatieve beoordeling van de europarlementsleden, waardoor een kettingreactie in de nationale parlementen dreigt. Maar de hooggestemde verwachtingen worden dus teruggeschroefd, en bovenal valt de klemtoon nu sterk op het belang van de verruiming naar het Oosten. De ambitie om de Europese besluitvorming, bevoegdheden en instellingen een beetje ordentelijk te schikken, wordt ter wille van de uitbreiding opgegeven. Tot voor kort heette het nog dat er eerst een verdieping van de instellingen gerealiseerd moest worden, en dat men dan pas werk kon maken van de uitbreiding. De realpolitiek heeft die kreet verbeurd verklaard. Dehaene nam als een van de eersten de bocht : ?De kunst bestaat erin om tijdens de uitbreiding verder aan de integratie te werken. De toekomst van de landen van Centraal- en Oost-Europa ligt immers in de Europese Unie, zowel militair als economisch.?
In landen waar de publieke opinie meer Europa verwacht en zeker in het Europees parlement zal deze koersverandering op weerstand botsen. De meest lucide onder de regeringsleiders beseffen dat ze het parlement moeten lijmen. Vandaar de voorzichtige pleidooien om het meer beslissingsbevoegdheid te geven, vandaar ook het voorstel om de aanstelling van de voorzitter van de commissie en zijn ploeg van een stemming in het parlement afhankelijk te maken. Een echte innovatie is dat laatste niet, want Jacques Santer en zijn ploeg werden er al mee geconfronteerd. Toen nam het parlement het initiatief, nu zou de procedure in het verdrag worden opgenomen. Overigens zou het in de bedoeling liggen om de voorzitter meer inspraak te geven bij de aanduiding van de commissarissen. Tot nu toe diende hij zich neer te leggen bij de dictaten van de nationale regeringen.
Of deze ?apenootjes? volstaan om het Europees parlement gunstig te stemmen voor een minimale verdragswijziging, valt niet uit te sluiten. De europarlementsleden zijn geen helden en gingen tot dusver een frontale confrontatie met de regeringsleden altijd uit de weg. Kohl heeft de EVP-fractie, waar de Duitsers in de meerderheid zijn, goed in de klauw. Bij de socialisten ligt het moeilijker. Ze zijn met meer en tot dusver moesten ze het stellen zonder een socialistische Kohl die de neuzen in dezelfde richting krijgt. Daar dient zich een bijkomende klus aan voor de nieuwe Britse premier, want de Britse socialisten vormen veruit de grootste groep in de socialistische fractie. Nu al is Blair in Europa incontournable en dat zal de volgende maanden en jaren alleen maar toenemen.
Paul Goossens
Tony Blair (uiterst rechts) poseert voor het eerst, met onder meer Kok, Chirac en Kohl, voor de Europese familiefoto : charmeoffensief.