‘De psychiatrie is elk contact met de samenleving verloren’

BRENDA FROYEN: 'Psychiatrische patiënten moeten weer een hoopvolle boodschap krijgen.' © Diego Franssens
Han Renard

In haar nieuwe boek Uitgedokterd pleit Brenda Froyen, ervaringsdeskundige op het gebied van psychoses, voor een meer humane psychiatrie: ‘We moeten opnieuw de mens achter de patiënt zien.’

Kort na de geboorte van haar derde zoon kreeg Brenda Froyen, een actieve jonge leerkracht, een kraambedpsychose, een aandoening die één op de duizend vrouwen treft. Ze had hallucinaties en zag overal complotten. Het relaas van haar zoektocht naar hulp deed ze in 2014 in Kortsluiting in mijn hoofd. Dat boek was een aanklacht tegen de dwingende en soms vernederende behandeling van patiënten in de psychiatrie. In haar nieuwe boek Uitgedokterd gooit Froyen, hersteld en weer aan het werk, het over een andere boeg: ze is gaan praten met psychiaters, hulpverleners en ervaringsdeskundigen die een meer humane psychiatrie bepleiten en beoefenen.

BRENDA FROYEN: Mijn vorige boek heeft veel kritiek gekregen uit de geestelijke gezondheidszorg. Ik héb daar ook alleen maar slechte ervaringen mee: isoleercellen, zware medicatie, platspuiten – alle doembeelden die je hebt van de psychiatrie. Maar doordat ik zo kritisch was, ging de sector zich defensief opstellen en luisterde hij niet meer naar wat ik te zeggen had. En al heb ik het niet zelf ondervonden, op sommige plaatsen waait wel degelijk een nieuwe wind door onze geestelijke gezondheidszorg. Daarvoor wilde ik in mijn nieuwe boek plaatsmaken.

Er komen in Uitgedokterd veel stemmen en behandelingsmethodes aan bod, maar wat is de rode draad door die nieuwe en betere aanpak?

FROYEN: Dat we opnieuw de mens achter de patiënt moeten zien. In de psychiatrie wordt vaak geen rekening gehouden met de psychologische impact van behandelmethodes – denk aan de isoleercel of aan gedwongen opnames. Er wordt ook niet geluisterd naar patiënten, terwijl die vaak zelf het beste weten hoe je hen moet aanpakken. Almaar zeggen dat psychiatrische aandoeningen ongeneeslijk zijn, zet evenmin zoden aan de dijk. Heel wat mensen herstellen er wél goed van. Patiënten moeten weer een hoopvolle boodschap krijgen.

U noemt ook de Open Dialogue-methode, afkomstig uit Finland. Daarin proberen psychiaters en hulpverleners zich op zijn minst in te leven in de logica van een psychose, in plaats van frontaal ertegen in te gaan.

FROYEN: De Open Dialogue-methode zegt eigenlijk: laat de dialoog zijn wat hij is. Heeft een patiënt de behoefte om over weet ik veel welk complot te praten? Dan praten we over dat complot. Om iemand terug naar de werkelijkheid te halen, moeten we op de eerste plaats contact proberen te maken. Dat lukt veel beter via zo’n dialoog dan via een confrontatie.

Een ander pijnpunt is dat bij gedwongen opnames, bijvoorbeeld van psychotische patiënten, de band met familie en vrienden vaak wordt doorgeknipt. U bespreekt andere, succesvolle methodes waarin die omgeving net een grote rol speelt.

FROYEN: Ik krijg veel hulpkreten via mijn Facebook-pagina. Ook van familieleden van patiënten, omdat ze niet bij hen mogen komen. De psychiatrie is een gesloten omgeving. Het idee daarachter was oorspronkelijk dat mensen weggehaald moesten worden uit de maatschappij die hen ziek had gemaakt. Gaandeweg is de psychiatrie zo elk contact met de samenleving verloren. Ze heeft eigen regels en normen gekregen. Ook de hulpverleners die deel uitmaken van dat systeem, zijn zich daar niet meer van bewust. Als je in de psychiatrie belandt, moet je bijvoorbeeld ontzettend veel puzzels van 1500 stukjes leggen. Maar zeg eens: hoeveel Vlamingen puzzelen? Dat zullen er ontzettend weinig zijn, en al helemaal niet om te genezen van een psychische ziekte. Een warm nest van vrienden en familie kan mensen echt helpen herstellen, maar dat inzicht lijkt in de psychiatrie verloren te zijn gegaan.

Han Renard

‘Als je in de psychiatrie belandt, moet je ontzettend veel puzzels van 1500 stukjes leggen. Maar zeg eens: hoeveel Vlamingen puzzelen?’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content