Vandaag de dag groeit de Russische jeugd vrijer op dan ooit tevoren. Twintig jaar na het communisme begint de eerste post-Sovjetgeneratie het land te veranderen – of dat de toenmalige en toekomstige staatsleider nu bevalt of niet.
Nog voor de ochtend haar grauwe mantel over het Kremlin werpt, maakt Marat Dupri (20) zich klaar om Peter De Grote te bedwingen. Hij draagt een groene jekker en blauwe handschoenen tegen de ijzige wind. Voor hem rijst een 98 meter hoge kolos in donker staal op in de nachtelijke hemel, op de oever van de Moskva. Het is het monument waarmee Moskou voormalig imperator Peter I gedenkt. Samen met drie metgezellen sluipt hij voorbij de bewakings- camera’s en wachters. Ze zijn zogenaamde roofers, die de zwaarst bewaakte daken en torens van Moskou beklimmen, op zoek naar het beste uitzicht en de zwaarste kick. Marat klimt langs de roestige sporten van het monument naar boven.
De Russen noemen Peter I ‘De Grote’, omdat hij als geen ander het land heeft veranderd. Hij wou Rusland een Europees uitzicht geven, maar deed dat met een meedogenloze brutaliteit. Bij de bouw van de nieuwe hoofdstad Sint-Petersburg stierven meer dan tienduizend dwangarbeiders. Opstanden van hongerende werkers sloeg hij genadeloos neer.
Marat Dupri, geboren op 25 oktober 1991, is een kind van radicale veranderingen. Hij zag het licht op het moment dat het land van zijn ouders stierf. Ze hebben hem erover verteld, de tijden van rantsoenbonnen en honger. Over hoe er water door het dak van het ziekenhuis lekte, toen zijn moeder beviel. Hij was amper twee maanden oud toen hardliners van de Communistische Partij en de KGB een putsch pleegden tegen hervormer Michail Gorbatsjov, en de tanks door Moskou rolden. Toen de oligarch Michail Chodorkovski in 2003 gearresteerd werd, was Marat twaalf jaar oud. Vandaag bewondert hij Chodorkovski, omdat hij ‘vanwege zijn overtuiging in de gevangenis zit’. De rechtbanken zijn niet onafhankelijk, vindt Marat. ‘Veroordelingen gebeuren op bestelling.’ Mede daarom studeert hij vandaag Rechten.
Sinds de tijd der tsaren geldt hier de ongeschreven regel, dat Rusland van bovenaf hervormd wordt. Stalin verkocht de oogst van de boeren indertijd om geld voor fabrieken en industrialisering te hebben. Alleen al in Oekraïne verhongerden 3,5 miljoen inwoners. Gorbatsjovs perestrojka gaf het land vrijheid, waarmee het toen nog niets wou aanvangen. Vladimir Poetin onttroonde de oligarchen en voerde het staatskapitalisme in, waarvoor ze hem aanvankelijk dankbaar waren. Hij zorgde voor bescheiden welstand, maar geen politiek medezeggenschap.
Marat en zijn leeftijdsgenoten waren nog geen tien jaar oud, toen Poetin in 1999 president werd. Zijn voorganger Boris Jeltsin kunnen ze zich nauwelijks nog herinneren. Ze zijn kinderen van het systeem-Poetin. Nooit eerder groeide een generatie Russen zo vrij op. Socialisme kennen ze slechts uit schoolboeken. De massacultuur en de autoritaire staat uit het communistische tijdperk zijn hen vreemd. Toen Boris Jeltsin in 1993 tanks op het parlement afstuurde en een nieuwe grondwet liet goedkeuren, die de president onbeperkte macht bezorgde, droegen Poetins ondeugende kinderen nog luiers. Toen hun ouders tijdens de crisis van 1998 hun spaargeld verloren, zaten ze nog maar net op de schoolbanken. Ze zijn groot geworden met rebelse Amerikaanse tekenfilmseries als South Park en The Simpsons. Ze gebruiken iPads en smartphones, en surfen dagelijks op het internet. Ze hebben meer gemeen met hun leeftijdsgenoten in Europa en Amerika dan met hun eigen ouders. De grenzen tussen Oost en West vervagen.
Veel van Poetins kinderen zijn tegenwoordig de armoede ontgroeid en behoren tot de nieuwe middenklasse. Hun herinneringen aan de ontberingen van de vroegere jaren zijn vervaagd. Op de staatstelevisie hamert de dagelijkse Kremlinpropaganda er nog op dat de Russen dankbaar moeten zijn voor de stabiliteit die Poetin gebracht heeft. De jeugd kijkt echter amper nog televisie, maar beweegt zich in de vrije wereld van het internet. Ze informeren zich via blogs, Facebook en e-mail. Voor het eerst kan een generatie aan de propaganda ontkomen. Een groot deel van hun leven is onttrokken aan de controle van het Kremlin.
Dat is nieuw, en zorgt voor andere waarden en minder sociale cohesie. Poetins kinderen hebben geen angst meer. Ze staan voor hun idealen. Ze dromen van democratie en vrijheid van meningsuiting. Van een carrière als politica of modejournaliste. Of van een nationalistisch Rusland. Maar heeft de generatie-Poetin ook de kracht om het eeuwige paradigma te doorbreken, en het land vanonder uit te veranderen?
De dissidente
Vera Kitsjanova, 20, heeft haar paspoort in een nieuw omhulsel gestopt, dat de tsaristische dubbelkoppige adelaar verbergt. Op de buitenkant staan twee handen afgebeeld, die een ketting uiteentrekken. Ze wil verhinderen dat Poetin voor een derde maal tot president verkozen wordt.
Eat&Talk, een café in de buurt van het Kremlin, is een trefpunt voor oppositieleden en journalisten. Ze hebben er internet, goedkope wijn en potloden, waarmee klanten plannen op het papieren tafellaken kunnen krasselen. Vera werkt op een laptop. Op haar veertiende schreef ze al voor een lokaal blad, ondertussen werkt ze voor het kritische dagblad Novaja Gazeta. Een paar honderd meter ten zuiden van het café schoot een nationalistische schutter in 2009 Anastasija Baboerova dood, een medewerker van Novaja. Sinds die dag wil Vera voor de krant schrijven.
Vera studeert journalistiek aan de Moskouse Lomonosov-Universiteit, op dezelfde faculteit waar ook de Russische sterreporter Anna Politkovskaja studeerde. Politkovskaja, die mensenrechtenschendingen in Tsjetsjenië onthulde, werd in 2006 vermoord. De faculteit leidt al zestig jaar journalisten op, maar is totnogtoe geen kweekvijver van persvrijheid gebleken. In plaats daarvan dient het instituut nog steeds als bühne voor de machthebbers.
Toen Dmitri Medvedev hier afgelopen oktober door de zuilengalerijen van het atrium schreed, werd hij luid toegejuicht. Opmerkelijk, omdat hij net daarvoor een tweede ambtstermijn had laten schieten ten gunste van Poetin. Met een flauwe glimlach loofde Medvedev het instituut voor zijn ongebreidelde energie. Het Kremlin organiseerde er een ontmoeting met de jongeren. In het publiek zaten op voorhand uitgekozen activisten en loyale jeugdgroepen. Een tv-moderator gaf aanwijzingen: ‘Jullie moeten lachen en na elk antwoord applaudisseren.’ Agenten van de Geheime Dienst hielden studenten journalistiek tegen aan de ingang. Vera werd gearresteerd. ‘Een middelmatige studente, met een voorliefde voor relschopperij’, zegt faculteitsvoorzitter Jassen Sassurski later. Hij leidt de faculteit al sinds 1965. Hij is 82 jaar oud.
Vera neemt geregeld deel aan de protestmarsen in Moskou.’s Avonds organiseert ze debatten voor de niet-geregistreerde Vrijheidspartij. Ze droomt van een land waarin ‘dronken politieagenten niet langer tegen burgers tekeergaan’.
De rebellie tegen Poetin, die begon met de massademonstraties tegen de vervalste parlementsverkiezingen van afgelopen december, is ook een generatieconflict. Aan de ene kant staat de jeugd, aan de andere kant staan hun ouders en grootouders, vermoeid door crisis en oorlog. Zij waarderen de stabiliteit van het Poetintijdperk, en mijden sindsdien de politiek.
Vaak vraagt Vera zich af, waarom zij niets ondernamen toen de president in 2000 het tv-kanaal NTV uitschakelde. Poetin liet het toen nog door oligarchen gecontroleerde oppositiekanaal overnemen door staatsoliebedrijf Gazprom. Sindsdien zendt ook dit kanaal Kremlinpropaganda uit. Na Medvedevs bezoek aan de faculteit wordt Vera door NTV geïnterviewd, maar haar woorden worden niet uitgezonden. Wanneer ze ’s nachts laat thuiskomt omdat ze na een demonstratie weer eens door politie verhoord is, excuseert ze zich bij haar moeder met een leugentje om bestwil: ‘Ik ben gaan dansen.’
Het Poetinmeisje
370 kilometer ten westen van Moskou sleept Lena Sanizakaja (20) zich op haar hoge hakken door de modderige Leninstraat. Ze heeft net haar studie Wiskunde beëindigd, en is de plaatselijke voorzitster van de Poetingezinde jeugdbeweging Nasji in Smolensk, een provinciestad dicht bij de grens met Wit-Rusland. Lena hoopt dat Poetin nooit ten val komt.
Het Kremlin heeft de strijd om de harten van de jongeren in Moskou dan al verloren, maar in de rest van het land zorgen de meer dan 300.000 leden van de Kremlingetrouwe jeugdbewegingen voor een wijd vertakte troepenreserve. Wanneer Lena aan haar bureau met ambtenaren en politici belt, kijkt Poetin mee over haar schouder, in de vorm van een levensgrote kartonnen figuur. ‘Poetin, onze held’, heeft iemand op de figuur geschreven. ‘Poetin is een voorbeeld waaraan onze jeugd zich kan spiegelen’, zegt Lena. Met Poetin heeft een nieuwe patriottische geest ingang gevonden. ‘Vroeger droegen jongeren vaak T-shirts met Amerikaanse vlaggetjes op. Vandaag zijn ze opnieuw trots op ons land en dragen ze de Russische vlag op hun borst, of een beeltenis van Poetin.’
Lena draagt netkousen en oorringen met rooskleurige teddybeertjes. Ze woont nog bij haar ouders, maar droomt van een politieke carrière in Moskou. Het allerliefste zou ze in het Witte Huis aan de Moskva werken, waar de regering zit. Ze heeft stage gelopen bij het lokale bestuur in Smolensk, en heeft daarmee bereikt waarop alle activisten in de Poetinjeugd hopen: ze is opgemerkt door de staatsmacht. Wanneer ze op een keer door Smolensk wandelde, stopte een zwarte Land Rover naast haar. Het bleek de plaatselijke gouverneur, om te vragen of ze een stuk mee wou rijden.
Poetin heeft in 2004 de regionale verkiezingen afgeschaft. Gouverneurs worden sindsdien door het Kremlin benoemd. Onder de druk van de jongste protesten wil hij de verkiezingen nu herinvoeren. Lena twijfelt of het land daarvoor wel klaar is. ‘Objectief gezien kan om het even welke dorpeling kandidaat zijn’, zegt ze. ‘Is dat wel juist? Een regio besturen is een heuse uitdaging. Onze president kan nu gouverneurs benoemen, waarvan hij zeker is dat ze die uitdaging aankunnen.’ Ze wantrouwt de democratie.
Lena werd op 20 maart 1991 geboren, in een garnizoensstadje aan de Amoer, die de grens met China vormt. Daar, op 6000 kilometer van Moskou, diende haar vader als soldaat. Wat herinnert ze zich daar nog van? ‘Het maandenlange wachten op zijn soldij. En mijn moeder, die geen geld had om inkopen te doen.’ Poetin heeft met dergelijke wantoestanden afgerekend. Vandaag krijgt iedereen zijn geld op tijd.
Maar de kaderleden van Poetins partij Verenigd Rusland worden ondertussen voor ‘rovers en dieven’ versleten, die er vooral mee bezig zijn hun eigen privileges veilig te stellen. Toen ze afgelopen september Poetins kandidatuur goedkeurden, zat ook Lena in het publiek. Samen met duizenden andere jonge activisten heeft het Kremlin haar per bus naar Moskou laten brengen. Wanneer ze haar op de universiteit vragen waarom ze op Verenigd Rusland stemt, kan ze geen duidelijk antwoord geven. ‘Er is geen alternatief.’
Het oorlogskind
Taissa Dzjemelajeva (20) draagt een hoofddoek, maar dan een van Louis Vuitton. De jonge moslima, geboren in de Tsjetsjeense hoofdstad Grozny, droomt van een carrière als modejournaliste. Naast haar studie schrijft ze voor het lifestylemagazine Slutsji Chodjat (‘Geruchten’). Het is een magazine op maat van de conservatieve Tsjetsjeense samenleving, waarin vrouwen tips vinden voor vrome hoofddoeken en mannen zich informeren over pistolen.
Nergens heeft Poetins heerschappij diepere sporen gelaten. In 1999 en 2000 liet hij de hoofdstad van de moslimrepubliek murw schieten, in 2004 gaf hij het bevel tot de wederopbouw. Nu dreigt het seculiere Rusland hier de strijd tegen de hergroeperende radicale islam te verliezen.
Taissa werd geboren op 11 november 1991, twee maanden nadat Tsjetsjenië zichzelf onafhankelijk had verklaard. Drie jaar later vallen Russische troepen de republiek binnen. Alleen al bij de verovering van Grozny komen 25.000 mensen om. Familieleden brengen Taissa naar het naburige Dagestan. Ze herinnert zich haar vlucht nog, en de lijken aan de kant van de weg. Er zijn geen kinderfoto’s van haar. ‘Niemand poseert voor ruïnes’, zegt ze. Ze wandelt door een winkelstraat in het centrum van Grozny, die tegenwoordig ‘Poetin Prospekt’ heet. Net als in het hedonistische Moskou wordt hier Burberry en Cardin verkocht. Aan de muren manen Korancitaten en vrome verzen aan tot gehoorzaamheid: ‘En iedereen die in Allah gelooft, moet koningen en sultans liefhebben, en zich aan hun bevelen onderwerpen.’
De plaatselijke sultan heet Ramzan Kadyrov. Mensenrechtenactivisten beschuldigen hem van foltering en moord, maar het Kremlin steunt hem, omdat hij hard optreedt tegen de islamitische rebellen die in de Noordelijke Kaukasus voor een eigen religieuze staat strijden. Twee oorlogen heeft Rusland in Tsjetsjenië uitgevochten. Dankzij Kadyrov hoeven de Russische soldaten het land niet langer huis per huis te veroveren. Taissa voert daarentegen dag na dag een strijd om elke centimeter huid. Ze heeft haar mouwen zodanig hoog opgestroopt als de maatschappelijke mores haar toelaten. Zonder hoofddoek en lange rok durft ze allang niet meer naar de les. Onder Kadyrov neemt de islamisering in het land een hoge vlucht.
Taissa zou graag leven zoals jonge vrouwen in Moskou en het Westen: mode- en zelfbewust zijn. Mooi mogen zijn. ‘Ik denk vaak aan emigreren’, zegt ze. Nu en dan drukt ze op haar gsm 911 in, het noodnummer dat ze uit Amerikaanse films kent.
De fascist
Svetoslav Volkov (20) heeft brede schouders en een zwak voor Duitsland. Hij draagt een zwarte trui van het Duitse neonazimerk Thor Steinar. Op zijn onderarm heeft hij ‘Mijn eer heet trouw’ laten tatoeëren, de lijfspreuk van de nazistische SS. Svetoslav groeide op in de jaren negentig, ’toen Rusland op zijn crimineelst was’. In Ljuberzy, een troosteloze prefabwijk buiten Moskou. De maffia pleegde er bankovervallen en baatte er nachtclubs en hele fabrieken uit. Toen Svetoslav drie was, werd zijn moeder op de speelplaats van zijn kleuterschooltje neergeschoten.
Svetoslav drinkt niet, rookt niet en doet veel aan sport. Hij is een straight edger, een filosofie die enkel rechtdoorzee handelen tolereert. Hij behoort tot een nieuwe generatie neonazi’s in Rusland, minder opvallend en retorisch vinniger dan de skinheads van weleer. Ze prediken de gewapende opstand tegen de staat. ‘Het einddoel,’ zegt Svetoslav, ‘is de macht grijpen in de Russische Federatie.’ In een woud net buiten Moskou oefent hij daarvoor met gelijkgestemde vrienden. Ze houden in legeruitrusting schietoefeningen met jachtkarabijnen. Ze dromen van een ander Rusland: nationaal, Slavisch en zonder de sinds 1846 daartoe behorende Kaukasus. Op internet roept hij op tot haat tegen moslims en verspreidt hij brutale video’s. Hij toont de beelden van Tsjetsjenen, die de keel van een Russin doorsnijden. ‘Toegewijd aan tolerantie en geduld’, heeft Svetoslav erbij geschreven.
In verhouding tot de vlaggen van de liberale oppositie zijn de zwart-geel-witte vlaggen van de nationalisten tijdens de protesten in Moskou in de minderheid. Bij vrije verkiezingen over het hele land zouden de rechtse nationalisten echter winnen, en niet de in het Westen graag geziene democraten.
De dakenklimmer
Marat, de roofer, zit op de rand van een dak aan de Moskva. Aan de overkant wappert de Russische vlag boven het Witte Huis, waar de regering zit. Op de vierde verdieping heeft Poetin een bureau. Volgens Marat is de huidige premier ‘de redelijkste kandidaat’ voor de presidentsverkiezingen. Dan beschimpt hij weer de ‘door en door corrupte staatsmacht’. Soms droomt hij van een leven in Zwitserland, ‘waar alles zo overzichtelijk en ordentelijk is’. Dan overvalt hem weer de zwaarmoedigheid, wanneer hij Moskou verlaat. Verscheurd tussen emigreren of blijven, tussen tegengestelde politieke voorbeelden als de gevangengenomen ex-oligarch Chodorkovski en premier Poetin.
Zich niet zomaar moeten uitspreken, ook dat is nieuw in de generatie-Poetin. ‘We leven niet meer onder de knoet van de Sovjet-Unie, die elke burger haar eigen standpunten opdrong’, zegt Marat. ‘Vandaag hebben we de vrije keuze.’
© Der Spiegel
‘Poetin is een voorbeeld waaraan onze jeugd zich kan spiegelen.’ (Lena)
‘Het einddoel is de macht te grijpen in Rusland.’ (Svetoslav)
‘Ik denk vaak aan emigreren.’ (Taissa)
‘Vandaag hebben we de vrije keuze.’ (Marat)
Er zijn geen kinder-foto’s van haar. ‘Niemand poseert voor ruïnes’, zegt ze.