Op zondag 27 mei, twee weken voor de federale verkiezingen, zendt Eén een nieuwe versie uit van Doe de stemtest. Aan de kritiek die het programma in 2003 en 2004 te verduren kreeg, werd in hoge mate tegemoetgekomen. Dezer dagen krijgen alle politieke partijen een nota met tekst en uitleg bij het nieuwe systeem. Knack kon die nota alvast inkijken. Wat opvalt, is dat de makers nu kiezen voor meer wetenschappelijke ernst en minder entertainment.Bij de vorige federale verkiezingen in 2003, en evengoed bij de Vlaamse en Europese verkiezingen in 2004, weerklonk er behoorlijk wat kritiek op de manier waarop de VRT de politieke berichtgeving had verpakt in programma’s met een wel erg hoog entertainmentgehalte. Behalve Bracke & Crabbé (waarin een VB-kopstuk op schalkse wijze werd gevraagd of hij nog een goede Marokkanenmop kende) was het vooral Doe de stemtest dat aanleiding gaf tot een aantal genadeloze commentaren. In dat programma werden de kijkers thuis en de politici in de studio op interactieve wijze blootgesteld aan een reeks stellingen. Op basis van hun antwoorden kregen ze een stemprofiel gepresenteerd: een lijst met alle partijen, gerangschikt volgens de mate waarin ze bij hen pasten.

Doe de stemtest oogstte lof op televisiefestivals: het werd genomineerd voor de Gouden Roos van Luzern en kreeg in Barcelona de Premios Ondas omdat het volgens de jury had bijgedragen tot de democratisering van het politieke debat op tv. Maar in eigen land overheersten dus de negatieve reacties: het programma bevatte volgens de critici te veel show, spel en leukigheid – en de stemtest zelf was inhoudelijk niet sterk genoeg om relevant te zijn. Echt tevreden leek niemand. In Knack riep sociologe Bea Cantillon de makers van Doe de stemtest op om ‘maatregelen’ te nemen, of een ‘deontologische code’ in acht te nemen.

Naar aanleiding van de federale verkiezingen op zondag 10 juni komt het programma dit jaar terug in een stevig aangepaste versie – op zondag 27 mei, op Eén. De nieuwe werkwijze wordt uitgelegd in een nota die dezer dagen aan de politieke partijen wordt bezorgd, en die Knack alvast kon inkijken. Uit die nota blijkt dat zowel de VRT als de academici die eraan meewerken, de kritiek ter harte hebben genomen. ‘Ik zou het graag positief formuleren’, zegt Ivan De Vadder, die samen met Kris Hoflack bij de openbare omroep de stemtest coördineert. ‘In 2003 en 2004 paste Doe de stemtest bij de tijdsgeest: het was een algemene trend om politieke programma’s een zeker entertainmentgehalte te geven. Vandaag liggen de kaarten anders: er bestaat meer behoefte aan soberheid en nuance. Vandaar ook onze nieuwe aanpak.’

Het waren Stefaan Walgrave (Universiteit Antwerpen) en Kris Deschouwer (Vrije Universiteit Brussel), makers van de eerste stemtests, die het initiatief namen om het deze keer anders aan te pakken. ‘Als academici hadden wij ons te veel laten verleiden om mee te werken aan een tv-programma’, zegt Walgrave. ‘En de journalisten hadden zich op hun beurt iets te veel bemoeid met de test zelf. Dat doen we dit jaar helemaal anders.’

EEN PROFIEL IS GEEN PEILING

Walgrave en Deschouwer vroegen hun collega’s Marc Hooghe (Katholieke Universiteit Leuven) en Carl Devos (Universiteit Gent) en of ze wilden meewerken aan een nieuwe versie van de stemtest. Als vertegenwoordigers van de vier belangrijkste Vlaamse universiteiten zouden ze sterker staan in hun onderhandelingen met de VRT. Hun cruciale voorwaarde: minder entertainment, meer wetenschappelijke ernst – dat wil zeggen: de academici maken de test, de VRT maakt het programma. ‘We hadden discussie verwacht’, aldus Walgrave, ‘maar bij de VRT ging men meteen akkoord.’

Een van de belangrijkste verschillen met de vorige edities is dat de collectieve resultaten van alle deelnemers aan de stemtest niet meer worden bekendgemaakt. Hoewel die resultaten uiteraard geen enkele representatieve waarde hebben, werden politici er vorige keer wél mee geconfronteerd – alsof ze zich moesten verantwoorden wanneer hun antwoord op een bepaalde stelling afweek van het antwoord van de meerderheid van de deelnemers. De stemtest, aldus de nota, ‘is geen peiling en wordt ook niet als peiling gebruikt’. De bedoeling ervan ‘is in de eerste plaats pedagogisch: deelnemers iets leren over zichzelf en over de partijen’. Deelnemers krijgen een beeld ‘van hun eigen positie in het volledige landschap’: geen stemadvies, maar een stemprofiel.

In tegenstelling tot vorige keer worden de partijvoorzitters ook niet meer ten behoeve van het tv-programma samengedreven op een boot, waar ze in een paar uur tijd alle stellingen moeten beantwoorden. Dit jaar krijgen ze een week de tijd om op 79 stellingen te antwoorden met ‘akkoord’ of ‘niet akkoord’. Tegen aanstaande vrijdag 30 maart worden hun antwoorden verwacht. Wie belangstelling heeft, kan alvast oefenen, met deze vragen uit de lijst van 79 – met dien verstande dat ze de uiteindelijke selectie misschien niet overleven. Jongeren van 16 die een zwaar misdrijf plegen moeten altijd voor de volwassenenrechter komen. (in het luik justitie en politie) Eén belastingtarief voor iedereen is genoeg. (financiën en begroting) Het leef- loon moet fors omhoog. (sociale zaken) Grootwarenhuizen moeten elke zondag open kunnen zijn. (economie) Vlaanderen moet onafhankelijk worden. (institutionele hervormingen) ’s Nachts moet je op de snelweg zo snel kunnen rijden als je wil. (mobiliteit) Bedrijven moeten verplicht worden om een bepaald percentage al- lochtonen aan te nemen. (gelijke kansen) Ook voor minderjarigen moet euthanasie wettelijk mogelijk zijn. (ethische dossiers) De Belgische kerncentrales moeten zeker vanaf 2015 gesloten worden. (leefmilieu en energie).

LEZEN, WEGEN EN CODEREN

Als de partijen die 79 stellingen hebben beantwoord, zullen de wetenschappers een verdere selectie maken: de 50 stellingen die het meest ‘discriminerend’ werken – lees: die de partijen het best in de mogelijkheid stellen om zich van elkaar te onderscheiden – blijven over. Die 50 stellingen worden vervolgens door TNS-Media voorgelegd aan een representatieve steekproef van 1000 Vlamingen – aan wie ook zal worden gevraagd voor welke partij ze de laatste keer hebben gestemd. ‘We maken die gegevens niet bekend’, aldus de nota. ‘Maar gebruiken ze om een pakket van 36 stellingen te selecteren dat zoveel mogelijk deelnemers zo dicht mogelijk bij hun partij plaatst. We streven ernaar om het aantal ‘juist’ geplaatsten zo groot mogelijk te maken, zodat de Stemtest een zo realistisch mogelijk beeld geeft van de kiezers van de partij.’

Die zogenaamde ‘ijking’ van de uiteindelijke vragenlijst is delicaat: er zullen altijd verschillende combinaties mogelijk zijn, en afhankelijk van de gekozen combinatie zou deze of gene partij licht bevoordeeld of benadeeld kunnen worden. Maar aangezien de volledige resultaten toch nooit bekend zullen worden gemaakt – zelfs de VRT zal de collectieve uitslag niet krijgen – wordt dat door de betrokken academici beschouwd als een draaglijk en nu eenmaal onvermijdelijk punt van onvolmaaktheid. ‘We moeten deze hele onderneming sowieso relativeren’, zegt Carl Devos. ‘Uiteraard zal er ook dit keer kritiek zijn, ik verwacht geen blinde adoratie.’

Tot slot krijgt elke stelling per partij een aantal punten toegekend. De academici zullen net als vorige keer alle partijprogram- ma’s wegen en coderen. Het beleidsdomein dat het zwaarst weegt, zal de meeste punten krijgen. Een domein dat nauwelijks enige aandacht krijgt, zal gesanctioneerd worden met weinig punten. Bij de vorige edities mochten partijen zelf hun joker inzetten bij een stelling waaraan ze veel belang hechtten. Dat is dit jaar niet mogelijk. Volgens zowel Walgrave als Devos zou het neveneffect van die maatregel kunnen zijn dat partijen door Doe de stemtest aangezet worden een zo volledig mogelijk programma uit te werken. Een gunstig neveneffect, vinden ze allebei.

VAN DEDECKER TOT PVDA

Partijen trekken niet in kartel naar de stemtest, ze zullen – net als bij de vorige edities – apart worden behandeld. Ze zullen deze keer wel argumenten mogen inbouwen: bij elke stelling kunnen ze in 50 woorden uitleggen waarom ze ‘akkoord’ of ‘niet akkoord’ gaan. Wie de stemtest op het internet doet, zal zo onderweg de gelegenheid krijgen om van mening te veranderen onder invloed van deze of gene argumentatie. Ook tijdens het tv-programma zal die mogelijkheid worden geboden – het scenario staat nog niet op punt, maar volgens Kris Hoflack zullen behalve een aantal Bekende Vlamingen toch ook de nodige toppolitici in de studio zitten, die tijdens het programma over een aantal stellingen kort zullen kunnen debatteren. Twee pittige details tot slot. Aangezien Lijst Dedecker niet kon ontbreken (de partij is officieel in geen enkel parlement vertegenwoordigd, maar Jean-Marie Dedecker zit natuurlijk wel in de Senaat), werd gekozen voor een formeel criterium: een partij die deelneemt in alle kieskringen, mag meedoen – dat betekent dus óók de kleinlinkse Partij van de Arbeid. Over het budget van test en programma wil geen van de betrokkenen iets kwijt. Het totale kostenplaatje zou evenwel lager liggen dan vorige keer, omdat het programma niet meer wordt uitbesteed bij productiehuis DeMENSEN, maar helemaal door de VRT zelf zal worden geproduceerd.

DOOR JOëL DE CEULAER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content