Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

De Kroonraad van Knack bestaat uit Mark Eyskens, Paul Muys, Jacques Rogge, Erik Suy, Monika Van Paemel en Etienne Vermeersch.

Mevrouw Van Paemel, de Commissie-Dutroux hoorde de voorbije week gerechtelijk inspecteur Drisket achter gesloten deuren. De dag nadien stond het hele verhaal alweer in de pers.

MONIKA VAN PAEMEL : Ik vraag me af met welk kwaad opzet dat gebeurt. Vertrouwelijke getuigenissen waarin bepaalde onderzoekers in opspraak komen, of waarin verwezen wordt naar het bestaan van netwerken of bescherming, komen wat al te makkelijk bij de journalisten terecht. Sommige politici en partijen hebben nu eenmaal baat bij een klimaat van schandalen en verdachtmakingen. Gerolf Annemans heeft openlijk toegegeven dat hij in het verleden informatie doorspeelde. Ik betwijfel of iemand van het Vlaams Blok dat doet met nobele bedoelingen, om de waarheid te dienen. Veel van wat uit de commissie komt, versterkt bij de gewone volksmens ongetwijfeld het idee ?dat ze daarboven niet deugen?. Waaruit hij helaas te vaak concludeert dat hij zelf ook maar zijn gang moet gaan.

Voorzitter Verwilghen is een paar keer zwaar onder vuur genomen. Eerst door CVP-fractieleider Paul Tant, dan door premier Dehaene, en vorige week door Louis Tobback. Dat lijkt op een politieke aanval tegen de VLD.

VAN PAEMEL : De Commissie-Dutroux is samengesteld uit politici, en wordt geleid door een politicus. Je kan moeilijk verwachten dat politieke rivaliteiten dan ineens niet meer zouden spelen. Maar dat is niet erg. Het grote voordeel van de Commissie-Dutroux is dat ze het debat over politie en justitie gaande houdt. Mocht ze er niet zijn, was men al lang over gegaan tot de orde van de dag. Dat zou zeer gevaarlijk zijn, na de volkswoede van vorig jaar. Nu en dan glijdt de Commissie-Dutroux uit, omdat ze niet zo goed voorbereid is, en niet zo goed omkaderd, als in Nederland de Commissie-Van Traa. Dat moeten we er maar bij nemen. Essentieel is dat men directe vragen blijft stellen aan mensen die niet gewoon zijn verantwoording af te leggen voor hun handelen.

Tobback speelt op de letter, en zegt dat het rapport-Verwilghen geen sanctie tegen Wathelet vraagt. Het stelt enkel dat zijn verantwoordelijkheid in aanmerking zou kunnen genomen worden voor de begeleiding van Dutroux.

VAN PAEMEL : Dat is niet de juiste redenering. De commissie hoeft niet te vragen om een sanctie, dat is haar taak niet. Wathelet zou niet gestraft zijn, als hij niet was benoemd. Hij is niet uit zijn ambt gezet, hij is zijn inkomen niet kwijt, hij heeft geen blaam gekregen. Hij heeft dus niet te klagen. Maar zijn promotie in een prestigieuze en duurbetaalde functie is, gezien zijn ronduit slechte beleid op justitie, ongepast. Het is merkwaardig dat uitgerekend de voorzitter van de Socialistische Partij deze benoeming gaat verdedigen. Zou het kunnen dat sommige politici geprikkeld reageren omdat de publieke opinie, onder meer door de inspiratie die uitgaat van de Commissie-Dutroux, hen veel meer op de vingers begint te kijken ? De bevolking heeft hen gekozen, betaalt hen, en stelt plotseling lastige vragen over hun daden en beslissingen. En over de benoeminkjes, die ze vroeger achter de schermen onder elkaar regelden. Waarom vindt de regering Melchior Wathelet de meest geschikte Belgische kandidaat voor het ambt van Europees rechter ? Dat is zo één van die voor de hand liggende vragen, maar het antwoord erop heb ik nog altijd niet gehoord.

De recentste getuigenissen brachten eens te meer nalatigheden in het onderzoek en in het doorgeven van informatie aan het licht.

VAN PAEMEL : De vraag blijft : is het onbekwaamheid of moedwil ? Of beide ? Zodra mensen in een structuur zitten waarin uniformen worden gedragen, ontstaat een korpsgeest. Men is bereid ver te gaan, om die tegen de buitenwereld te verdedigen. Dat is ook gebleken bij de klachten over het wangedrag van de para’s. In de zaak-Dutroux heb je aan de ene kant het grote en machtige rijkswachtkorps, dat geen controle van buitenuit verdraagt. En aan de andere kant de Gerechtelijke Politie, die door haar noodzakelijke contacten met het misdaadmilieu vaak op de rand van de wettelijkheid balanceert. In beide gevallen ontstaat een atmosfeer waarin pottenkijkers niet gewenst zijn, en onbekwaamheid makkelijker wordt getolereerd om de rangen gesloten te kunnen houden. Die mentaliteit wijzigen is een werk van lange adem, maar is meer dan ooit noodzakelijk.

De dader van een autodiefstal aan de tand voelen, is kennelijk geen prioriteit voor politie en justitie.

VAN PAEMEL : In de plaats van te reageren tegen het stelen zelf, kijkt men naar wàt er gestolen wordt, en brengt daar naar eigen goeddunken gradaties in aan. Dat mag niet. Want het stelen van een auto en het stelen van een leven, gebeurt volgens hetzelfde stramien. Het is geen toeval dat in de affaire-Dutroux autozwendel en mensenhandel door elkaar lopen, en dat beide op dezelfde lakse manier zijn behandeld door politie en gerecht. De grens schuift telkens op. Een fiets jatten wordt niet meer beschouwd als een ernstig vergrijp. Een auto roven wordt bijna normaal gevonden, wie dat gaat aangeven, is een lastpost. Wie een aanranding of een verkrachting meldt, heeft al evenveel moeite om ernstig te worden genomen. ?U leeft toch nog mevrouw, zo erg zal het wel niet geweest zijn.? Deze houding is een bedreiging voor de maatschappij. Op de duur reageert men even ongeïnteresseerd op de verdwijning van een kind als op de diefstal van een fiets. De bevolking ervaart dat, en verliest stelselmatig het vertrouwen in recht en rechtvaardigheid. Hoe lang kan de samenleving op deze manier doorgaan, zonder dat iedereen afhaakt ?

De koning heeft de ouders van de ontvoerde kinderen voor een tweede rondetafelgesprek op het paleis uitgenodigd.

VAN PAEMEL : Een positief signaal, dat net als de Commissie-Dutroux verhindert dat de discussie uitdooft. De koning heeft willen tonen dat de problematiek hem werkelijk beroert, en dat de rondetafel van vorig jaar meer was dan een poging om de opgelaaide emoties te kanaliseren. Hij vraagt geduld voor de moeizame hervorming van justitie, maar moet wel beseffen dat we ondertussen al een jaar geduld hebben gehad. Het moet een beetje opschieten. Ik verwacht wel iets van de Hoge Raad voor Justitie, omdat daarin voor het eerst mensen van buiten de magistratuur gaan toekijken op de werking van het gerecht. Structureel is dat een grote stap vooruit, hopelijk is de invulling ervan dat ook. Maar dit moet samengaan met een mentaliteitswijziging en een hervorming van de politiediensten. En daarin heb ik minder vertrouwen. De eerste lijn is nochtans de belangrijkste. Je komt niet meteen bij een rechter terecht, je komt eerst bij een agent.

Twee seriemoordenaars deze week : een Hongaarse godsdienstleraar in Molenbeek, en een bejaardenhelpster in Kopenhagen.

VAN PAEMEL : Er is een groot verschil tussen die twee. De Hongaarse dominee is een tragisch maar incidenteel geval van een psychisch gestoorde. Al blijft het beangstigend dat iemand zes moorden kan plegen zonder dat zijn omgeving het merkt. Dat wijst op een gebrek aan sociale controle. Of er een vrouw meer of minder verdwijnt, daar maakt men zich niet meer druk om, net zomin als om gestolen fietsen. Maar die Deense verpleegster is erger. Dat je binnen de structuur van een bejaardentehuis 22 mensen om zeep kan helpen, is verschrikkelijk. Een zoveelste aantasting van het vertrouwen van het individu in de maatschappij en haar instellingen. Het toont bovendien aan dat mensen die oud en ziek zijn, zich nauwelijks kunnen verweren tegen een hand die competent is om hen het hoekje om te helpen. Gevallen als dit zijn geen hulp voor een sereen euthanasiedebat.

Een persbezoek aan het Berlaymontgebouw heeft het probleem van het asbest in de belangstelling gebracht. Er zouden in België minstens 60.000 gebouwen vol asbest steken.

VAN PAEMEL : Dat Berlaymontgebouw was op zich al een hybris. Ik begrijp niet waarom men het niet gewoon afbreekt, want zes miljard frank om het te herstellen, is zelfs naar EU-maatstaven aan de hoge kant. Ook in dit domein faalt de controle door de overheid. Er wordt een bouwvergunning verleend op basis van een lastenboek waarin alle materialen staan beschreven. Maar of dat in de praktijk wordt gerespecteerd, wordt niet nagegaan. Het gebruik van asbest is verboden. Als dat verbod inderdaad in 60.000 gebouwen is overtreden, zitten we met een klein Tsjernobyl. De controle heeft dan 60.000 keer gefaald. Als deze inbreuken ongestraft kunnen plaatsvinden, gaat men ook elders de voorschriften negeren. Denk maar aan de vleesindustrie.

In het buitenland doen zowel de EU als Rusland pogingen om de Baltische staten voor zich te winnen.

VAN PAEMEL : Dan zullen ze hard hun best moeten doen, want die mensen zijn hun hele geschiedenis lang als wisselgeld gebruikt. Door Polen, Duitsers en Russen. En nu weer. Je ziet West-Europa uitbreiden, we zijn Tsjechië en Hongarije al voorbij, we zitten in Polen, en pikken onderin Slovenië even mee, landje van twee miljoen inwoners. Kroatië is voorlopig de grens, al doen de Kroaten zelf er alles aan om zich als West-Europeanen te profileren en niet af te zakken naar de Balkan en de Turkse invloedssfeer. Aan de bovenkant vormen Estland, Letland en Litouwen de grens. De Navo en de EU zoeken enkel toenadering tot de Baltische staten om de Russen bij andere deals iets te kunnen aanbieden. Ze weten goed genoeg dat Moskou zijn uitweg naar zee nooit zal afgeven aan de Navo. Voor de Balten zelf blijft de toestand dramatisch. Ze hebben een onderontwikkelde economie. Zo nu en dan opent een westerse avonturier een bedrijf, maar dat zet niet veel zoden aan de dijk. Die regio heeft nood aan een Marshall-plan, maar ik vrees dat noch de Russen, noch het Westen daarvoor zullen zorgen. De Balten krijgen geen kans op ontplooiing. Vandaar dat ze zich vastbijten in hun taal, hun muziek, hun volksdansen. Als ze ook dat laten schieten, bestaan ze niet meer.

Het milieuplan van Bill Clinton oogst heel wat kritiek. Hij stelt het beperken van de uitstoot van koolstofdioxide tot op het niveau van 1990, met tien jaar uit.

VAN PAEMEL : De Amerikanen waren al niet happig op de milieuconferentie van Rio, en lappen de besluiten ervan feestelijk aan hun laars. Uiteraard onder druk van de industrie, die almaar meer en goedkoper wil produceren om des te meer winst te maken. Er is in de wereld op dit moment geen enkele autoriteit die het aandurft om dat typisch Amerikaanse winstprincipe in vraag te stellen. We moeten altijd maar groeien, the sky is the limit. Ook de bevolking moet toenemen, want dat levert goedkope arbeiders en meer consumenten op. Dat door dit systeem in de hele wereld het leefmilieu en dus diezelfde bevolking kapot gaat, trekt men zich niet aan. Het zal geen vijf jaar meer duren vooraleer we echte catastrofes beleven. Grote steden als Parijs of Milaan zullen langer dan één dag de auto thuis moeten laten. Zuiver water wordt even schaars als onbezoedeld voedsel. Dat zoveel mensen bij ons aan kanker lijden, bewijst dat de volksgezondheid nu al is aangetast.

En al die problemen worden extra vergroot door de overbevolking. De stijging van de welvaart die wij de jongste decennia in het Westen hebben gekend, hangt samen met de geboortebeperking. Twee kinderen per gezin in de plaats van tien of twaalf. De bevolkingsexplosie in de wereld onder controle krijgen, is dus heel wat dringender dan het kweken van een kikker zonder kop, het klonen van een schaap, of het vinden van dure technieken om onvruchtbare koppels aan een nageslacht te helpen.

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Expertise