?Dora Bruder? van Patrick Modiano ?toont? de gruwel van de jodenvervolging.

Tegen de uitroeiing, zoals die van de zes miljoen joden tijdens het nazibewind en de vele andere elders, blijkt de rede niet opgewassen. Van die ontoereikendheid een deugd makend, verglijdt zij dan wel eens naar gevaarlijke denkpistes. Het negationisme dat korte metten wenst te maken met zowel de slachtoffers als de beulen is er één van. Maar een visie zoals die van Daniel Goldhagen, die wil dat als iedereen solidair was met de beulen, ook niemand echt verantwoordelijk kan worden gesteld, is al evenmin onschuldig. En dan heb je nog het grote mediageweld dat aan zijn toehoorders gevoelens van medelijden en woede wil ontrukken. Maar om het onbegrijpelijke begrijpelijk te maken, zijn ook deze gevoelens slechte raadgevers. Wie al eens met de banaliteit van een als douche vermomde gaskamer werd geconfronteerd, weet dat de gruwel die schuilt in de eenvoud van zo’n feit alle commentaren in het niets doet verdwijnen.

De filosoof Ludwig Wittgenstein, die goed besefte dat de beschrijfbare wereld niet tot de bestaande wereld is te herleiden, wees al op de ontoereikendheid van de taal om het onzegbare te vatten : ?Waarover men niet kan spreken, daar moet men over zwijgen?. Ook tegenover de uitroeiingskampen is de taal een net dat naast de wereld vist. Maar dit wil niet zeggen dat men deze niet kan duiden. Wittgenstein spreekt over het ?tonen? van dergelijke feiten. Maar hoe ?

MODERNE COLLABORATEURS

Wellicht is ?Dora Bruder? van de Franse schrijver Patrick Modiano hiervan een geslaagd voorbeeld. Zijn laatste roman knoopt aan bij zijn eerste boeken als ?La Place de l’Etoile? (1968) letterlijk ?de plaats van de (joden)ster? die zich situeren in de oorlogsjaren. Modiano heeft die tijd niet gekend. Als zoon van een jood die ternauwernood aan de jodenpolitie kon ontsnappen, is zijn oeuvre een zoektocht naar de gruwel van zijn oorsprong, het donker gat van voor zijn geboorte waaruit hij zijn eigen bestaan wil verklaren. Terzelfdertijd is het een kruistocht tegen de vergetelheid en de vele mensen die toen zijn verdwenen : ?Veel vrienden die ik niet gekend heb zijn in 1945 verdwenen, mijn geboortejaar.? Is niet heel onze hedendaagse cultuur met hem in dit jaar 1945 geboren ?

Anders dan zijn eerste romans die een hallucinante herschepping zijn van de bezettingsjaren met de traditionele waarschuwing dat ?de opgeroepen personages en situaties in geen enkel verband mochten worden gebracht met de realiteit? , treedt de verteller in ?Dora Bruder? expliciet op als de auteur Modiano. Het boek wordt dan ook niet als fictie maar als een enquête voorgesteld. Een speurtocht naar de sporen van de vijftienjarige Dora Bruder, van wie de auteur in een vergeelde Paris-Soir van 31 december 1941 een persoonsbeschrijving leest. Het meisje liep toen weg uit het grauwe internaat waar haar ouders, arme joodse migranten die Oostenrijk waren ontvlucht om in Parijs hun geluk te beproeven, haar hadden ingeschreven. Zonder dit boek waren het meisje en haar ouders totaal anoniem gebleven.

De zoektocht die de auteur onderneemt draait om namen, plaatsen en gebeurtenissen. Een opsomming van gegevens en documenten die adembenemend is omdat de lezer het speurwerk stap voor stap meemaakt. Hij ondervindt dat de zoektocht ook een administratieve lijdensweg is. Niet alleen omdat ooggetuigen opeens alles blijken vergeten te zijn, of omdat de Franse bezettingsautoriteiten hun fiches en processen-verbaal hebben vernietigd. Maar ook door de moderne collaborateurs, die ?bureaucratie van de vergetelheid? die de toegang bemoeilijkt tot de bestofte registers en documenten die opgestapeld liggen in kelders waarvan de sleutels veel te vaak zoek raken. Ook de vergetelheid van het moderne urbanisme dat schoon schip maakte met het verleden komt aan het licht. De stemmen van vroeger werden gesmoord onder ?het beton dat de kleur heeft van het geheugenverlies?.

EEN POVER GEHEIM

Modiano vult de gaten met fragmenten uit zijn eigen jeugd die zich versmelten met wat hij creëert als de jeugdherinneringen van Dora. Uit het Parijs van vandaag, dat hij kent als geen één, laat Modiano ook soms de stad van toen opdoemen. En als de documenten het laten afweten, zijn er nog de getuigenissen van al die anderen die hetzelfde beleefd hebben. Zo komt de auteur te weten dat Dora, toen zij na een razzia geïnterneerd werd in de gebouwen van de Tourelles in Parijs, op 19 juni 1942 gezien heeft hoe 66 vrouwen in isolatie werden gehouden voor wat drie dagen later het eerste konvooi jodinnen werd naar het concentratiekamp van Drancy. Ook zij komt daar terecht en ontmoet er voor het eerst na haar vlucht haar vader, met wie zij nog geen maand later de definitieve tocht naar Auschwitz zal meemaken. Haar moeder ondergaat vijf maanden later hetzelfde lot.

In plaats van een breed uitgesmeerde beschrijving van de folteringen en vernederingen die deze mensen ongetwijfeld hebben moeten meemaken, confronteert de auteur de lezer met de gewoonheid van alle betrokkenen. Mensen zoals wij, zoals hijzelf, Patrick Modiano, die ook wel eens van huis is weggelopen en zich afvraagt wat Dora wel mag hebben bezield om op die winterdag haar kostschool te verlaten. Iets in haar eenzaamheid, jeugdsentiment ? heeft haar ertoe gedreven om ondanks de avondklok en het circulatieverbod voor joden, haar tragische lot tegemoet te gaan. Mooi is dat niemand ooit te weten is gekomen wat Dora tijdens haar escapade heeft uitgespookt. ?Dit is haar geheim,? besluit Modiano, ?een pover maar waardevol geheim dat de beulen, de voorschriften, de zogenaamde bezettingsautoriteiten, het Depot, de kazernes, de kampen, de geschiedenis, de tijd alles wat je vervuilt en vernietigt haar niet hebben kunnen ontnemen.?

Francis Cromphout

Patrick Modiano, ?Dora Bruder?, Gallimard, Parijs, 148 blz., 570 fr.

Patrick Modiano : een kruistocht tegen de vergetelheid.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content