‘Misschien moet ik niet langer in een god maar in de sterren geloven?’ vraagt Haider Al Timimi (°1979) zich af in Layla’s Fool, geïnspireerd op de Arabische ballade overLayla en Majnun, die ook Eric Clapton tot zijn grote klassieker inspireerde.
We kennen allemaal Layla van Eric Clapton, die zo verliefd was op de vrouw van George Harrison dat hij er bijna gek van werd. Maar wat hebben de sterren met de ballade van Layla en Majnun te maken?
HAIDER AL TIMIMI: Het liefdesgedicht van de Perzische schrijver Nezami-ye Ganjavi uit de twaalfde eeuw bleek de ideale kapstok voor mijn stuk. In de ballade wordt de dichter Majnun – wat Arabisch is voor ‘dwaas’ – verliefd op Layla. Zijn liefde is zo groot dat hij zelfs zijn geloof in een god afzweert omdat hij vreest dat de god zijn liefde in de weg zal staan. Vanaf dan gelooft hij alleen nog in de liefde. In mijn stuk is Layla geen vrouw van vlees en bloed, ze is de kosmos. Ik laat me inspireren door vier personages uit de ballade: Layla, Majnun, een goede vriend, en de vader van Majnun die het allerbeste met hem voorheeft. Die vader is deels gebaseerd op mijn eigen vader.
Dit stuk is net als uw vorige solo, Ich bin wie du, autobiografisch?
AL TIMIMI: Elk verhaal dat ik vertel, vertrekt vanuit mezelf maar heeft betrekking op de samenleving. Kijk, ik bewonder mijn vader. Zijn liefde voor de mensheid inspireert mij en dit verhaal. Hij is een wetenschapper maar hij is ook gelovig, en dat kost hem geen moeite. Waarom kost het de samenleving dan zo veel moeite om wetenschap en religie met elkaar te verzoenen? Ik geloof echt, hoe naïef het ook klinkt, dat daar een oplossing ligt voor de conflicten in Irak en Syrië. Als iedereen vanuit ruimteperspectief naar de aarde zou kijken, zou men beseffen hoe belachelijk het is om op dat blauwe bolletje in het heelal zoveel bloed te vergieten voor een splintertje eigen land. Vanuit de sterren naar de aarde kijken, is het begin van een meer vreedzame wereld.
Hoe bent u tot dat inzicht gekomen?
AL TIMIMI: Mijn interesse voor het heelal ontstond toen ik vaststelde dat ik niet langer een moslim was. Het geloof in de islam is langzaam uit me weggegleden. Ik werd geboren in Irak, maar ik woon al sinds mijn zesde hier. Samen met mijn geloof verdwenen veel zekerheden. Over het hiernamaals, bijvoorbeeld. Ik kwam in een vacuüm terecht, dat vulde ik met astronomie. Nadat ik alle documentaires op Discovery Channel had bekeken, stortte ik me op wetenschappelijke boeken. De natuurkundige Brian Cox benadrukt bijvoorbeeld dat we meer in de magie van het toeval moeten geloven, want de mens is ontstaan uit een wonderlijk toeval.
Ik weet het wel, religie biedt houvast. Geloven in een god is een manier om niet gek te worden als we naar de sterren kijken, het is een uiting van onze zoektocht naar magie. Net als wetenschap. Daarom vind ik het schadelijk dat er geen astronomie gegeven wordt tijdens de lessen zedenleer of godsdienst. Jongeren hebben ook die inzichten nodig.
In het stuk danst en zingt u voor de sterren.
AL TIMIMI: Wat ik niet met woorden gezegd krijg, vertel ik met beweging of muziek. Ik word omringd door een vijfkoppige band. Zij dansen, zingen, acteren en zoeken in hun muziek naar een fusion tussen jazz, elektronische muziek en klassiek. Ik ben zelf een hedendaagse versie van Majnun, de dwaas.
Vindt u het dwaas om in een god te geloven?
AL TIMIMI: Nee, ik heb respect voor de magie van elk geloof. Maar het is dwaas om alleen in het geloof of alleen in de wetenschap houvast te zoeken. Dat wil ik met Layla’s Fool duidelijk maken. Op een speelse, wat mysterieuze en nooit uitleggerige manier.
Layla’s Fool, première 29/01 bij BRONKS, daarna op reis door Vlaanderen. Info: www.bronks.be
Els Van Steenberghe