Naast pensioensparen zijn ook verzekeringen van het Tak 21- en het Tak 23-type uitermate interessant om uw wettelijk pensioen te spekken. Wat moet u daarvoor weten?

Verzekeringen van het type Tak 21 en Tak 23, beter bekend als ‘beleggingsverzekeringen’, zijn niet meer weg te denken uit het huidige beleggingsaanbod. Maar de ene tak is de andere niet. De belangrijkste verschilpunten op een rij.

VASTE OF ONZEKERE OPBRENGST?

Verzekeringen van het Tak 21-type zijn levensverzekeringen met een gewaarborgd rendement, eventueel aangevuld met een variabele winstdeelname. Denk bijvoorbeeld aan de First-rekening van Ethias en de Crest-rekening van Axa. Omdat er een gewaarborgd rendement is (wettelijk maximaal 3,75 %, maar in de praktijk beperkt tot 2,50 à 3,25 %) is een Tak 21 te vergelijken met een spaarboekje, met dit verschil dat u bij een Tak 21 een met naam genoemde begunstigde kunt aanduiden. Bij het overlijden van de verzekerde, gaat het gespaarde kapitaal niet in zijn nalatenschap, maar naar de aangeduide begunstigde. Met een Tak 21 kunt u er dus voor zorgen dat het door u opgebouwde kapitaal naar een welbepaalde persoon gaat. Verzekeringen van het Tak 23-type zijn dan weer levensverzekeringen waarvan de premies worden belegd in beleggingsfondsen. In tegenstelling tot een Tak 21, zijn de opbrengsten van een Tak 23 niet gewaarborgd; alles hangt af van de prestaties van uw fonds. Wilt u minder risico’s nemen, dan kunt u beleggen in een obligatiefonds. Schuwt u het risico minder, dan kunt u kiezen voor een aandelenfonds. U kunt het risico ook spreiden door een gemengd fonds te nemen dat zowel belegt in aandelen als in obligaties. Een Tak 23-belegging is dus te vergelijken met een gewoon beleggingsfonds, alleen kunt u bij een Tak 23 wederom een begunstigde aanduiden die het door u bijeengespaarde kapitaal krijgt als u overlijdt tijdens de duur van het contract.

FISCALE ASPECTEN

Sinds 1 januari 2006 betaalt u een taks van 1,1 % op de premies die u betaalt voor een Tak 21- of een Tak 23-verzekering. Als u een premie van, om maar iets te zeggen, 100 euro betaalt, dan wordt daarvan 98,9 euro effectief belegd. Er is een belangrijk fiscaal verschil tussen beide soorten ‘beleggingsverzekeringen’. De interesten die u ontvangt uit een Tak 21-product zijn vrijgesteld van 15 % roerende voorheffing (RV), tenminste als het contract minimum acht jaar gelopen heeft of als er een overlijdensdekking van ten minste 130 % van de gestorte premies aan de verzekering verbonden is. De winstdeelname die u in het kader van een Tak 21-product krijgt uitbetaald, is sowieso vrijgesteld van RV.

Daartegenover zijn de opbrengsten van een Tak 23-verzekering zonder voorwaarden vrijgesteld van RV. Om vrijstelling te kunnen genieten van de RV is het dus niet nodig dat de verzekering acht jaar heeft gelopen of dat er een overlijdensdekking van 130 procent van de gestorte premies aan verbonden is.

TAK 21 OF 23?

Bedraagt uw beleggingshorizon acht jaar of meer, dan blijft een Tak 21 wegens de vrijstelling van de RV een goede keuze als u een gewaarborgd rendement zoekt. Bovendien zal de premieheffing van 1,1 % minder zwaar doorwegen op het rendement van uw Tak 21-belegging als u deze belasting kunt ‘afschrijven’ op een langere periode. Is uw beleggingshorizon korter dan acht jaar, dan zijn Tak 21-producten niet zo’n goede optie. Niet alleen betaalt u dan een RV van 15 % op de interesten, maar ook stijgt de impact van de premietaks op het totaalrendement van de Tak 21-belegging.

Een Tak 23-belegging is te overwegen als u een beleggingshorizon hebt van meer dan vijf jaar en u bereid bent enig risico te lopen. De opbrengst van een Tak 23-product is immers niet gegarandeerd en wordt bepaald door de prestaties van het onderliggende fonds. Door een voldoende lange beleggingshorizon (minstens vijf jaar) te respecteren, vlakt u niet alleen de impact van de premieheffing af, maar vangt u ook beter de schommelingen van de beurskoersen op.

DOOR JO VAN INGELGEM