Lange tijd bouwden eigenaars van een SUV hun auto om tot een ‘lichte vrachtwagen’. Dat leverde een aardig fiscaal voordeel op. In 2006 zette de overheid er de rem op. Moneytalk onderzocht wie vandaag nog voordeel haalt uit lichte vracht.
Tot drie jaar geleden was het onder eigenaars van luxejeeps en dure monovolumewagens een wijdverspreid gebruik om hun wagen in te schrijven als ‘lichte vrachtwagen’. Dat had zo zijn voordelen. Zo betaal je daarvoor geen Belasting op de Inverkeerstelling (BIV), terwijl die voor een krachtige luxewagen kan oplopen tot bijna 5000 euro. De jaarlijkse verkeersbelasting voor een lichte vracht bedraagt maximaal 148,76 euro, en de kosten die eraan verbonden zijn (afschrijvingen, onderhoud, herstellingen, verzekeringen, verkeersbelasting, benzine…) zijn voor 100 procent van het beroepsgebruik fiscaal aftrekbaar, net zoals de kosten van woon-werkverplaatsingen. En wie btw-plichtig is en de lichte vracht volledig voor zijn beroep gebruikt, kan de betaalde btw voor 100 procent recupereren, terwijl dat voor een personenwagen beperkt is tot 50 procent.
Alleen werd van die voordelen gretig misbruik gemaakt. Wagens die helemaal niet als lichte vrachtwagen waren gebouwd en ook zo niet werden gebruikt, werden wel zo ingeschreven. Daarom werden er begin 2006 strengere eisen ingevoerd. ‘De misstanden deden zich vooral bij de 4×4’s voor’, zegt Joost Kaesemans, directeur communicatie van de automobielfederatie Febiac. ‘Maar de maatregel die men in 2006 heeft genomen is efficiënt, want we zagen meteen een terugval van het aantal inschrijvingen van 4×4’s als lichte vracht.’ Waren er in 2005 nog 5914 terreinwagens als lichte vrachtwagen ingeschreven, dan waren er dat in 2006 nog maar 1358, en vorig jaar nog 1221. Een wagen kan vandaag enkel nog als lichte vracht worden ingeschreven als de lengte van de laadruimte minstens de helft van de lengte van de wielbasis bedraagt. Het is de technische keuring die dat controleert, bij de inschrijving. Bovendien moet er een niet-verwijderbare scheidingswand zijn achter de stoelen. Dure luxejeeps van het type Mercedes ML, BMW X5, Porsche Cayenne en monovolumes kunnen daardoor niet meer worden ingeschreven als een lichte vracht, omdat de laadvloer te klein is. ‘Pick-ups met een laadbak die groot genoeg is, kunnen wel nog zo worden ingeschreven’, zegt Kaesemans. In 2006 werden er daarom plots 4484 ingeschreven, tegenover 2807 pick-ups het jaar daarvoor. Maar in 2008 liep dat aantal alweer terug tot 4052. Kaesemans: ‘De pick-ups hebben dan ook voor een stukje het verlies van de 4×4’s gerecupereerd, maar lijken nu ook over hun hoogtepunt heen.’
Thomas Verbeke