Vladimir Poetin haalt uit naar Amerika en laat voelen dat Rusland weer meetelt.
Er zijn er in het Westen nog altijd veel die niet geloven dat Vladimir Poetin begin volgend jaar echt opstapt als president van Rusland. Het past niet in het beeld dat van de voormalige Sovjetspion bestaat, dat hij aan het einde van zijn tweede ambtstermijn in het Kremlin keurig een stap opzijzet voor een verkozen opvolger. Zijn parcours wijst erop dat hij niet graag veel aan het toeval overlaat. Maar de beslistheid van zijn optreden haalde Rusland uit het diepe moeras waarin het in de jaren negentig was weggezakt. De Russen zijn weer een beetje trots op hun land, en daarvoor mag Poetin bij zijn mensen ook een potje breken.
Het is gek dat ze in Washington en op het hoofdkwartier van de NAVO in Brussel niet snappen dat Moskou graag weer ernstig wil worden genomen. Dat was eigenlijk al de teneur van de harde toespraak die Poetin in februari op de jaarlijkse veiligheidsconferentie in München hield, in aanwezigheid van de op dat moment kersverse Amerikaanse minister van Defensie Robert Gates. Poetin ontvouwde daar zijn idee van een multipolaire wereld die niet meer door één machtscentrum wordt beheerst.
In een toespraak voor het Russische parlement ging hij vorige week een stap verder. Poetin zei dat hij geen lessen wil krijgen van een land ‘dat alle internationale conventies aan zijn laars lapt’ en dreigde ermee om uit het CFE-verdrag te stappen, dat de omvang van conventionele strijdkrachten in Europa regelt. Dat verdrag uit 1990 werd na het verdwijnen van de Sovjet-Unie in 1999 herzien, maar is sindsdien nog niet door de hele NAVO geratificeerd. De westerse alliantie wil namelijk dat Rusland troepen terugtrekt uit Georgië en Moldavië en die koppeling pikt Moskou niet.
De Russische woede richt zich vooral op de participatie van Polen en Tsjechië aan de bouw van een Amerikaans raketschild, dat volgens Washington tegen een aanval uit Iran is gericht. De Poolse en Tsjechische bereidheid om in dat Amerikaanse scenario mee te stappen, zet ook in Europa hier en daar kwaad bloed – de twee landen kijken de laatste tijd meer achteruit dan vooruit – maar het gaat Poetin om meer dan dat.
Hij ziet dat schild in combinatie met de gestage opmars van de NAVO naar het oosten, de Amerikaanse bases in Roemenië en Bulgarije en de beloften die aan Oekraïne en Georgië zijn gedaan. Tegelijk is Moskou boos om wat het als een poging van het Westen ziet om Kosovo onafhankelijk te laten worden van de Russische bondgenoot Servië. De door Amerika gedomineerde wereld heeft veel minder oor voor de wens van Russische meerderheden in, bijvoorbeeld, Zuid-Ossetië en Transdnjestrië om bij Rusland aan te sluiten.
Washington stuurde begin vorige week Robert Gates uit om te proberen de gemoederen te bedaren. Hij beloofde de Russen dat ze bij het raketschild zullen worden betrokken – en gaf daarmee eigenlijk toe dat Washington een fout heeft gemaakt. Op een NAVO-bijeenkomst in Oslo noemde VS-minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice de Russische reactie ‘belachelijk’. Er is natuurlijk Irak. Maar dat uitgerekend Rice de Russen uit het oog verloor, is bijna onvergeeflijk. Ze bouwde haar academische carrière per slot van rekening op haar kennis van de Sovjet-Unie en zijn satellietstaten. Zij moest weten dat de beer vroeg of laat zou brullen.
Hubert van Humbeeck