Dat de koning maandag uitgerekend Guy Verhofstadt als informateur aanstelde, heeft zowel CD&V als Open VLD door elkaar geschud. Met de terugkeer van Verhofstadt naar het voorplan wordt de strijd om de titel van redder des vaderlands nog opgedreven.
Al het mogelijke heeft Yves Leterme (CD&V) geprobeerd om premier te worden. En naar eigen zeggen ook om een oranje-blauwe regering te vormen. Na twee mislukte formatiepogingen is hij nu weer naar de reservebank verwezen. Dat vond hij aanvankelijk niet eens vervelend, want hij was ervan overtuigd dat hij alleen maar hoefde te wachten tot een Franstalige informateur onderuit zou gaan. En wie anders dan de man met de 800.000 voorkeurstemmen zou dan alsnog een poging mogen wagen om een oranje-blauwe regering op de sporen te krijgen?
‘Het is onbegrijpelijk hoe ontspannen en zelfverzekerd Yves Leterme er zaterdag bij liep’, zegt een partijgenoot. ‘Nadat Jo Vandeurzen expliciet had gezegd dat het kartel alleen in een regering met hem als premier zou stappen, en door het applaus van zijn partij en de onophoudelijke stroom van schouderklopjes die op zijn Blackberry binnenliep, waande hij zich weer gekoesterd in de schoot van CD&V. Yves gelooft ook echt dat hij iets heeft bereikt. Zo beschouwt hij het als zijn verdienste dat de MR bevestigend op zijn drie beruchte communautaire vragen heeft geantwoord, terwijl het overduidelijk is dat Didier Reynders constant spelletjes met hem speelt.’
Bij CD&V weten ze het ook niet meer. Op een handvol ministeriabele getrouwen na was het met lange tanden dat het partijbestuur vorige week maandag het compromisvoorstel van Leterme goedkeurde. Toen diezelfde tekst daarna door de N-VA werd afgeschoten, keek niemand ervan op dat Vandeurzen zonder verpinken weer voor het kartel koos. De voorbije maanden heeft de CD&V-voorzitter immers al meer dan eens gedemonstreerd dat zijn huwelijk met de N-VA voor hem veel belangrijker is dan de carrière van Leterme. Dus gooide de formateur gedwee zijn door alle andere partijen goedgekeurde compromis in de prullenbak, en kwam hij met een nieuw ontwerp aanzetten, dat meer op de N-VA-leest was geschoeid. ‘Ze hadden het plots weer over meer fiscale autonomie, en van een garantie dat niet aan de sociale zekerheid zou worden geraakt was niets meer over’, reageerde CDH-voorzitster Joëlle Milquet. Uiteindelijk formuleerde Leterme drie communautair geladen vragen waarvan hij wist dat het CDH die nooit positief zou kunnen beantwoorden. Et voilà, het was weer madame non geweest.
‘Yves had er – en dat is heel begrijpelijk – genoeg van dat hem in de media constant een gebrek aan daadkracht en leiderschap werd verweten’, zegt een vooraanstaande CD&V’er. ‘Dat ultimatum met die drie vragen moest het tegendeel bewijzen. Maar die tactiek was zo doorzichtig dat het gênant werd. Yves gelooft nog altijd dat hij incontournable is, en dat hij zich daarom zelfs kan veroorloven zijn woord te breken.’
Ook kartelpartner N-VA werkt steeds meer christendemocraten op de zenuwen. Dat het gros van de CD&V’ers dezer dagen boter bij de communautaire vis wil, is niet om de N-VA te plezieren. Het is deels uit overtuiging en deels uit realiteitszin: de parlementsleden beseffen maar al te goed dat zij een electorale bolwassing dreigen te krijgen als er niets komt van de torenhoge communautaire beloftes van het Vlaamse kartel. Ondertussen hebben sommigen het moeilijk met de groeiende arrogantie van bepaalde N-VA’ers. ‘Wij weten heel goed dat niet Joëlle Milquet deze formatieronde heeft doen mislukken, maar wel onze eigen kartelpartner’, luidt het. ‘Nu de N-VA zo’n slag heeft kunnen thuishalen, zal ze meer en meer van ons gaan eisen. En het probleem is: we kunnen niet meer zonder hen.’
NOG GEEN STANDBEELD
Open VLD-voorzitter Bart Somers, die zich wat de communautaire agenda betreft maandenlang veilig achter de brede schouders van het Vlaamse kartel heeft verschanst, noemde het applaus voor Jo Vandeurzen en Yves Leterme ‘misplaatst’. ‘Ik begrijp niet dat het kartel zegt dat Leterme premier moet worden’, aldus Somers. ‘Het kan de mensen echt niet schelen wie er in de Wetstraat 16 terechtkomt.’ In De Zevende Dag wees hij er zondag ook nadrukkelijk op dat de formateur tot tweemaal toe een concreet voorstel op tafel heeft gelegd dat telkens door zijn eigen kartel is afgeschoten. En dat terwijl de liberalen zich zo constructief hebben opgesteld en altijd een goede band met de Franstalige zusterpartij MR hebben weten te behouden. Met dezelfde boodschap kwam ook MR-woordvoerder Charles Michel aanzetten: ‘De liberale familie is altijd heel gebleven. En dat is belangrijk voor de stabiliteit van ons land.’ Zondagavond volgde dan nog een gemeenschappelijk persbericht waarin de Open VLD en de MR lieten weten dat ze nog altijd bereid zijn over een oranje-blauwe regering te praten, maar dan wel op voorwaarde dat CD&V/N-VA en het CDH hun meningsverschillen kunnen overstijgen. Met andere woorden: aan de liberalen zal het niet liggen.
Ondertussen had MR-voorzitter Didier Reynders al een lang gesprek gehad met ontslagnemend premier Guy Verhofstadt (Open VLD), die zaterdag als enige door de koning werd geconsulteerd en maandag weer naar Laken reed om verslag uit te brengen. Naar verluidt heeft hij op verzoek van de koning de mogelijkheid van een klassieke tripar-tite afgetast, ook (en misschien vooral) bij zijn eigen partij. Uiteindelijk stelde de koning hem aan als informateur. Nu weet Verhofstadt zelf ook wel dat het heel moeilijk wordt om als grote triomfator uit die koninklijke opdracht te komen, maar ongetwijfeld droomt hij stiekem toch van een rol als redder des vaderlands. Met het oog op de Europese verkiezingen van 2009 zou dat bijzonder lucratief kunnen zijn, en het zou hem van de frustratie afhelpen in crisissen vlotjes overschaduwd te worden door staatsman der staatsmannen Jean-Luc Dehaene (CD&V). Deus ex machina spelen, is hem dus op het lijf geschreven. Alleen is die rol hem de afgelopen jaren meermaals zuur opgebroken. Bij het Sabenadossier bijvoorbeeld, maar ook tijdens de DHL-crisis en de poging in 2005 om Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen. Maar na meer dan 170 dagen van infertiele regeringsonderhandelingen lijken die debacles grotendeels vergeten te zijn, en stijgt zijn populariteit week na week. Bij het grote publiek althans, want in zijn eigen partij – waar anderen eindelijk de plak mogen zwaaien – zitten ze niet meteen te wachten op een glansrol voor de aftredende premier.
Zo was het de Open VLD die zich – nog voor de SP.A – tegen het scenario van een noodregering verzette. Bart Somers vond het niet kunnen dat Verhofstadt alle problemen zou moeten oplossen die zich de voorbije weken en maanden hebben opgestapeld. Somers deed ook geen enkele moeite om de herwonnen envergure van zijn voormalige patron te verzilveren. Gevraagd naar een mogelijke rol voor Verhofstadt, wees hij er zondag in De Zevende Dag fijntjes op dat zijn partij de verkiezingen heeft verloren. Met Verhofstadt dus. Toen de afscheidnemende premier uiteindelijk een informatieopdracht kreeg, werd het even heel erg stil in het Open VLD-hoofdkwartier.
Ook bij CD&V zijn ze natuurlijk allesbehalve opgezet met de verrijzenis van Guy Verhofstadt. ‘Dat Leterme een standbeeld verdient, is op zijn minst overdreven’, zegt een vooraanstaande partijgenoot. ‘Maar om nu aan dat van Verhofstadt te beginnen beitelen, getuigt van een bijzonder kort en selectief geheugen.’
DOOR ANN PEUTEMAN