Reinhilde Dewit over casting, lokaties, Paul Koeck en Gerard Walschap.

In een vorig leven was ze onder andere dramaturge bij het NVT, De Mannen van de Dam en het Zuidelijk Toneel Globe. De laatste jaren werkte Reinhilde Dewit meer en meer voor VTM. Ze verzorgde de eindredaktie van bijna honderd afleveringen “Waagstuk”, was producer voor “Ramona”, “Meester” en voor de eerste afleveringen van “De familie Backeljau”. Op vraag van haar echtgenoot Paul Koeck ontfermde ze zich over de TV-verfilming van het skript voor “Ons geluk”. Afgaande op de pilootaflevering heeft ze alleszins een goede hand gehad in de selektie van een opvallend sterk akterende cast.

Had u zelf affiniteit met het werk van Walschap ?

REINHILDE DEWIT : Ik heb Walschap beter leren kennen in mijn studententijd via José Aerts, alias Albert Westerlinck. Paul zelf komt uit de Rupelstreek, ik ben opgegroeid in Breendonk. We zijn allebei dus van nature uit thuis in dat volkse milieu dat Walschap beschrijft. Walschap en Koeck zijn in mijn ogen verwante zielen want Paul heeft net zoals Walschap een bloedhekel aan dikdoenerij. Walschap gaat voortdurend te keer tegen wat hij fumisten noemt, derderangs kunstenaars die zichzelf in artistieke nevel hullen en zich daar op vóórstaan. Dat rebelse van Walschap en ook wel dat eenzame van die verbeten strijd vind ik terug bij Paul.

Wat stond u als creative director allemaal te doen ?

DEWIT : Dat begint met de invulling van de serie met regisseurs waarvoor we een jong triumviraat hebben gekozen. Maar daarnaast moest ik natuurlijk op zoek gaan naar een cast, lokaties en noem maar op. Ik organizeer ook de lezingen waarbij de hele tekst samen wordt doorgenomen met een eventuele tekstanalyse.

Hebt u veel audities gedaan of hield u het bij het klassieke teatertalent ?

DEWIT : Voor sommige rollen waren er audities, maar voor de meeste niet. Johan Heldenbergh die René Hox vertolkt, is een ontdekking, die debuteert met deze serie op TV. Maar ik kom zelf uit de teaterwereld en ken dus uiteraard heel veel akteurs persoonlijk. Ik heb niet veel last ondervonden met het invullen van de honderddertig personages. Ik heb ook gewerkt met koppeltjes, zoals Nand Buyl en Chris Lomme. Daarnaast zijn er teaterkoppeltjes. Tuur De Weert en Tessy Moerenhout, het brouwerspaar in de serie, komen beiden uit het Mechels Miniatuurtheater. Ik denk namelijk dat een dergelijke koppelvorming het akteren in de serie veel vlotter doet verlopen. Komt er bij dat ik in het geval van Tuur De Weert zelfs te maken had met een echte Walschapfreak die stukken Walschap uit het hoofd kent. Toen ik hem belde om hem te vragen voor de rol van brouwer Onckeloms, kon hij onmiddellijk een en ander vertellen over die figuur. Akteurs verzamelen die affiniteit hebben met het werk dat moet gespeeld worden is natuurlijk nog veel belangrijker.

Is er een groot verschil in de manier van akteren tussen de oudere generatie en de jongere ?

DEWIT : De oudere akteurs, zoals Hilde Uytterlinden of Chris Lomme, komen uit een oudere teatertraditie en akteren ook “breder”. Jongere akteurs zijn filmischer ingesteld, “spelen” minder en doen gewoner. Je mag immers niet vergeten dat TV dicht op het gezicht van de akteurs zit en dat overacting uit den boze is. De oudere generatie is soms beter in tekstbehandeling en diktie zelf en dat heeft ook te maken met ritmering en temporizering. Jonge akteurs moesten in hun opleiding planten uitbeelden of weglopend badwater imiteren en hebben daardoor veel minder aandacht voor elkaar en zeker ook voor de intrinsieke tekst die ze moeten brengen. Sommige jongere akteurs konden bijvoorbeeld hun dialektisch aksent niet afleggen. Het spreekt vanzelf dat voor deze serie waarin alle akteurs in hetzelfde dorp wonen, een zelfde eenheidstaal moest worden gebruikt. Verschillende dialektkleurtjes moesten er dus uit en dan blijkt dat sommige jongere akteurs daar niet toe in staat zijn… Dat is natuurlijk pijnlijk en het lijkt er sterk op dat tekstbehandeling en diktie te veel worden verwaarloosd in de teateropleiding.

Er werd ook veel op lokatie gefilmd. Is Lagerzeel min of meer een kopie van het echte Londerzeel ?

DEWIT : Ik heb veel plezier beleefd aan het zoeken naar goede buitenlokaties. Filmen in Londerzeel zelf was te moeilijk omdat teveel nieuwbouw het decor van de jaren vijftig zou verstoren en ook omdat er weinig ruimte is om te kunnen filmen. Samen met opnameleider Katrijn Joris heb ik nu verschillende lokaties bij elkaar gepuzzeld die opgeteld het fiktieve dorp Lagerzeel opleveren. Er is heel wat gefilmd in het Pajottenland, maar veel buitenscènes zijn toch in de buurt van Walschaps Londerzeel opgenomen. Het notariaat en het station van de serie zijn van Baasrode, de boskapel in de eerste aflevering staat in Malderen, de brouwerij Opzeel in Opwijk. Ze waren in Opwijk zo entoesiast over die keuze dat de plaatselijke brouwerij het bier van de serie het fameuze Opzeelke ook echt op de markt wil brengen als het feuilleton aanslaat.

Dewit : jonge akteurs spreken dialekt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content