Tegen de fusie van alle politiediensten worden hier en daar bezwaren geopperd. Zogezegd in naam van de democratie.

Op 19 november 1830 herdoopt het Voorlopig Bewind in ons land de Hollandse maréchaussée tot gendarmerie nationale. Daarmee knoopt het opnieuw aan met het Franse decreet van juli 1796, om ook in het latere België brigades van de gendarmerie nationale op te richten.

Op 30 maart 1836 schetst de gemeentewet een aantal (vandaag nog actuele) krachtlijnen omtrent de bevoegdheden van de gemeentelijke autoriteiten inzake lokale politie. Die bestaat vooral uit veldwachters, les gardes champêtres, zeg maar champetters. Alleen enkele grote steden hebben hun eigen politiekorpsen, en bemannen die met gewezen militairen, matrozen en dat soort volk. Pas begin 1986, vijftien jaar na de fusies van gemeenten, krijgt de gemeentepolitie, mede dankzij de toenmalige vice-premier en minister van Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt Charles-Ferdinand Nothomb (PSC), een eigen juridisch statuut. Voor het inhoudelijke van het gemeentelijk politiewerk blijft de aandacht nog jaren uit.

Op 17 april 1919 stemt de coalitie van katholieken, liberalen en socialisten, na ruim dertig jaar aarzelen, toch in met de oprichting van de Gerechtelijke Politie bij de Parketten (GPP). Al behouden heel wat politici en magistraten en de meeste politiebeambten hun twijfels over de wenselijkheid van een aparte politiedienst, die los staat van de dagelijkse politiezorg en daardoor gedoemd is de voeling met de basispolitie te verliezen.

Vandaag, 78 jaar later, is België omzeggens het enige land ter wereld waar een politiedienst rechtstreeks onder de magistratuur ressorteert zonder werkelijke controle van die magistratuur. Vandaag weerklinken dezelfde waarschuwingen als destijds en toch stevent men af op dezelfde fouten. Dezelfde krachten, die tijdens de voorbije decennia de gemeentepolitie wel een statuut maar geen inhoud gunden, dreigen nu bovendien een absoluut noodzakelijke politiereorganisatie te hypothekeren. Ze doen dat in naam van een verkeerd begrepen gemeentelijke autonomie en uit angst voor een alles overheersende chef van een gendarmerie nationale. In de almaar heviger politieoorlog, waarin ook pers en politiek hun geloofwaardigheid verspelen, valt nochtans geen bestand meer te bedingen.

Inzake gerechtelijke opdrachten hebben zowel de rijkswacht, de gerechtelijke politie bij de parketten, als de magistratuur schuld aan de impasse. Terwijl de gemeentepolitie en de rijkswacht ten minste nog proberen om de opdrachten van bestuurlijke politie samen uit te voeren binnen de 202 interpolitiezones (IPZ’s) waarin België nu is opgedeeld. De IPZ-structuur biedt echter geen oplossing voor een goed gecoördineerde uitvoering van de opdrachten van gerechtelijke politie. Bovendien kan de IPZ-structuur op termijn slechts duidelijk maken dat rijkswacht en gemeentepolitie ondanks hun verschillende kaders en kleuren de basispolitiezorg op identieke wijze moeten garanderen, maar daarbij mensen, middelen en mogelijkheden zullen verspillen zolang beide korpsen apart gefinancierd en beheerd worden.

De Vaste Commissie van de Gemeentepolitie had dat al eind 1995 begrepen. De Commissie- Verwilghen kwam tot dat inzicht in maart 1997 en vervolgens, op 18 april, de Kamer van Volksvertegenwoordigers bij de unanieme goedkeuring van het verslag van de commissie van Marc Verwilghen (VLD).

Uiteindelijk heeft ook de Commissie- Huybrechts genoemd naar voorzitter Luc Huybrechts, raadsheer in het Hof van Cassatie , zijn lesje geleerd. Kort na de stemming in het parlement kreeg die commissie trouwens van de regering de opdracht nog uitsluitend de voorstellen van de Commissie-Verwilghen te bestuderen en die met een twintigtal experts verder te concretiseren.

Hun verslag is er nu. Het werd vorige vrijdag aan minister van Binnenlandse Zaken Johan Vande Lanotte (SP) en zijn collega van Justitie Stefaan De Clerck (CVP) overhandigd. Niks belet de regering om het verslag-Huybrechts nog voor de vakantie bij te treden en te opteren voor de fusie van alle politiediensten in één geïntegreerde structuur.

INCOHERENT EN ABSURD

De roomsrode regering zou de knoop makkelijk kunnen doorhakken, ware het niet dat enkele reactionaire krachten de zogezegde zorg om de democratie blijven misbruiken. Deels om de verziekte baronieën waarin al te brigades van gerechtelijke politie en gemeentelijke politiekorpsen ontaard zijn , ongemoeid te laten. Deels om de bevoegde, maar niet altijd onderlegde, parketmagistraten en burgemeesters van hun lijf te houden. Deels om enkele Franstalige christen-democraten en socialisten een politique politicienne spelletje te laten spelen dat in eigen rangen en pre-electoraal misschien wel boeiend is, maar zeker niet getuigt van grote zorg voor la cause publique.

Immers, zelfs wie wil verdelen om te heersen, moet weten dat het huidige, verbrokkelde politielandschap zoals trouwens in totalitaire staten gebruikelijk minder democratische garanties biedt dan het voorstel van de twee commissies om alle politiediensten in één geïntegreerde maar gedecentraliseerde, gedeconcentreerde en op alle echelons democratisch gecontroleerde politiestructuur samen te brengen. Het divide et impera-principe van de Romeinse senaat, Machiavelli en de eerste constitutionalisten heeft ongetwijfeld geschiedenis gemaakt, maar doet geen mensen en organisaties samenwerken.

Een aantal politici, politiediensten, magistraten en kamergeleerden zien dat blijkbaar nog niet in. Door wat anders dan verkeerd begrepen corporatisme namelijk zijn de reserves ingegeven van twee leden van de Commissie-Huybrechts ? Waarom anders pleiten Lucien Nouwynck, adviseur-generaal voor het strafrechtelijk beleid van PSC-strekking, en André Hinnesdaels, hoofdcommissaris van de GPP in Luik én pion van de Franstalige socialistische vakbond, in hun ?afwijkende mening? alweer in naam van de democratie nog voor een aparte chef van de gerechtelijke politie bij de parketten ? Waarom anders blijft ook het zogeheten, maar gammele Gemeenschappelijk Vakbondsfront van de magistratuur en de politiediensten dit holle discours voeren ? Waarom anders dan om te vermijden dat de nieuwe federale politiechef een rijkswachter wordt en dat zowel de brigades van gerechtelijke politie als enkele gemeentelijke politiekorpsen naar aanleiding van de fusie eindelijk zouden gesaneerd worden.

Hetzelfde achterhoedegevecht woedt deze dagen ook in de Senaatscommissie voor Binnenlandse Aangelegenheden onder leiding van Senator Joëlle Milquet (PSC). Die klinkt unisono met Nouwynck. Van meet af weerklonken in Milquets ontwerpverslagen ook de niet altijd coherente stemmen van de professoren Lode Van Outrive (KUL) en Christian De Valkeneer (UCL). Beiden en zeker De Valkeneer proberen de politiestructuur die zij voorstaan, toch nog ergens door te drukken, hoewel hun visie noch in de Commissie-Verwilghen, noch in de Commissie-Huybrechts en noch elders een kans maakte. Dat bleek al bij de allereerste confrontatie in Knack van 23 april tussen De Valkeneer en zijn Gentse collega Brice De Ruyver (UG), een van de experts van de Commissie-Verwilghen.

Dat het put uit de expertenverslagen van De Valkeneer en Van Outrive die het dan nog onderling oneens zijn , maakt het verslag-Milquet des te incoherenter. Temeer omdat De Valkeneer nog eens letterlijk citeert uit zijn bijdrage in ?L’Affaire Dutroux ; la Belgique malade de son système?, een boek dat nog voor het eindverslag van de Commissie-Verwilghen werd samengesteld.

Het verslag-Milquet is zelfs absurd. Want om uiteindelijk de rijkswacht te breken en de gerechtelijke politie toe te laten een deel ervan op te slorpen, opteert senator Milquet voor drie politiediensten. Een ander deel van de rijkswacht zou dan met (een deel van) de gemeentepolitie fusioneren om de basispolitiezorg op zich te nemen. Een derde, nog op te richten korps, zou dan alle opdrachten van bestuurlijke politie op zich nemen. Met zo’n voorstel maakt de commissie van Milquet zonder meer belachelijk. Iedereen weet al lang dat zo’n structuur onwerkbaar is en op 18 april simpelweg door de Kamer werd weggestemd.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content