Breuk tussen Belgen en Nederlanders

YVES LETERME, DIDIER REYNDERS, FILIP DIERCKX EN WOUTER BOS Het gesprongen herenakkoord mondde bijna uit in een diplomatieke rel. © REPORTERS

Op zondag 28 september 2008 maken de Belgische, de Nederlandse en de Luxemburgse regering bekend dat ze 11,2 miljard euro in het noodlijdende Fortis injecteren. Een mooi staaltje van supranationale samenwerking en crisismanagement door de overheid, zo lijkt het eerst. Maar de beslissing is onder extreem grote tijdsdruk genomen en zodra de Nederlanders beseffen dat ze zich hebben laten rollen, keert de stemming.

Om halfelf zondagavond wordt de kapitaalinjectie van de drie Beneluxoverheden in Fortis bekendgemaakt. Het gaat om 11,2 miljard euro in totaal. De Belgische staat verwerft 49,93 procent van Fortis Bank België voor 4,7 miljard euro. Luxemburg verstrekt een in aandelen omzetbare lening van 2,5 miljard euro aan Fortis Banque Luxembourg. En de Nederlandse regering krijgt 49,9 procent in Fortis Bank Nederland voor 4 miljard euro.

Het belang van Fortis in ABN Amro zal worden verkocht aan een derde partij. ING heeft die avond aan de onderhandelaars laten weten geïnteresseerd te blijven in een acquisitie van de Nederlandse tak van de bank, en krijgt voor een periode van vijftien dagen de exclusiviteit om daarover te onderhandelen.

Wouter Bos geeft die avond in het NOS Journaal een toelichting. ‘Op het moment dat een instelling kwetsbaar is, moet je zorgen dat de mensen die afhankelijk zijn van die instelling niet hoeven te twijfelen en dat ze zeker zijn dat de waarborgen gegeven zijn, en dat is eigenlijk wat er nu gebeurt. De drie landen waar Fortis Bank actief is, hebben alle drie besloten extra geld in de banken te steken zodat er meer zekerheid is en mensen geen wantrouwen hoeven te hebben.’

Rond middernacht komt de board van Fortis opnieuw bijeen om de deal te bespreken en noodgedwongen goed te keuren. De boardleden kunnen alleen nog maar akte nemen van de gebeurtenissen.

Voor Jan-Michiel Hessels, lid van de board en vicevoorzitter, is de nacht van zondag erg kort. Die maandagochtend, 29 september, komt de secretaris van de Fortis-board om acht uur bij hem langs op het Conrad Hotel, waar de vicevoorzitter verblijft, om hem een aantal stukken te laten tekenen. ‘Laat me nu eerst een paar uur slapen’, zegt Hessels. ‘Meteen tekenen, dat kan ik niet.’

De documenten zijn de weerslag van het akkoord dat de Belgische overheid heeft gesloten en zijn allemaal juridisch nagekeken, ook door de hoofdjuriste van Fortis, aldus de secretaris. ‘Luister, kun je dat echt verzekeren?’ vraagt Hessels nog even. Dan besluit hij te tekenen. De vicevoorzitter neemt na het vertrek van de secretaris een douche en leest de teksten nog even in detail na. Hij ziet dat de aandelen van de Nederlandse verzekeringstak van Fortis verpand zijn aan de Belgische overheid als dekking voor de portefeuille met giftige hypotheken. Waarom alleen een Nederlands onderpand, vraagt Hessels zich af – dat kun je trouwens niet zomaar doen, daarvoor is toch toestemming nodig van de Nederlandse toezichthouder?

Plots beseft hij dat hij iets getekend heeft wat niet koosjer is. Hij belt naar het hoofdkantoor van Fortis en krijgt achtereenvolgens Peer van Harten van de verzekeringstak en Jeanine Quaetaert van de juridische dienst aan de lijn. ‘Ik zit hier lelijk in nesten’, stelt Hessels vast als hij de telefoon neerlegt. Hij neemt contact op met een bevriende advocaat om juridisch advies in te winnen.

In de loop van de ochtend geeft ING een persbericht uit waarin het concern meedeelt dat het geen bod zal uitbrengen op ABN Amro Nederland. Later op de dag meldt Ping An dat het afziet van een belang van 50 procent in de divisie vermogensbeheer van Fortis. Diezelfde dag raakt ook bekend dat het plan van de Amerikaanse regering om de financiële branche te redden, is verworpen. De beurzen reageren bijzonder nerveus op de negatieve berichten. De koers van het aandeel Fortis opent op 6 euro, maar incasseert in de loop van de dag een gigantische klap van 23 procent en eindigt op 3,97 euro.

Nout Wellink, president van De Nederlandse Bank (DNB) maakt zich in toenemende mate zorgen. Ondanks de reddingsoperatie van de drie Beneluxoverheden blijft het wantrouwen op de financiële markten toenemen. En er is, na het afhaken van ING, verwarring tussen België en Nederland over de toekomst van ABN Amro. Voor Wellink is het duidelijk: de Nederlandse tak van ABN Amro komt in dezelfde mate aan Nederland toe, zoals de 49 procent van Fortis Bank Nederland die gisteren door Den Haag is verworven.

Van het principiële akkoord met Nederland is zondagavond echter geen schriftelijke overeenkomst gemaakt. Bernard Ter Haar, plaatsvervangend thesauriër-generaal, weet dat. De omstandigheden waarin de deal tot stand is gekomen, waren nu eenmaal erg ongewoon. Gezien de krapte in tijd besloot de Nederlandse delegatie een ‘akkoord onder heren’ te sluiten, dat dan in de loop van maandag schriftelijk op papier zou worden gezet.

Met dat doel neemt Ter Haar maandagochtend contact op met Jan van Rutte van Fortis Bank Nederland. Hij verwittigt ook het Agentschap van het ministerie van Financiën – de Nederlandse schatkist – dat een bedrag van 4 miljard euro klaar moet worden gehouden om uiterlijk tegen dinsdagmiddag te storten op de rekening van Fortis.

Maar het akkoord dat de Nederlanders zondagavond met de Belgen sloten, is geen evenwichtig akkoord. Dat stelt Ter Haar vast nu hij de tijd neemt om het iets meer in detail te bestuderen. De Belgische staat heeft bijna de helft verworven in Fortis Bank België, dat op zijn beurt voor circa de helft eigenaar is van de Nederlandse bancaire tak. Op die manier heeft België een indirect belang van circa 25 procent in Fortis Bank Nederland.

Ter Haar zet de cijfers even op papier. Nederland betaalt 4 miljard euro voor bijna de helft van Fortis Bank Nederland. De totale waarde van dit onderdeel is dus 8 miljard euro. Het kwart belang dat België in Fortis Bank Nederland heeft, is 2 miljard euro waard (25 procent van 8 miljard). Dat betekent dat de Belgische regering in werkelijkheid maar 2,7 miljard euro heeft betaald voor zijn circa 50 procent in Fortis Bank België (4,7 miljard min 2 miljard euro). Veel minder dus dan Den Haag.

De Nederlandse functionaris slaat zichzelf voor de kop. Hoe konden we ons zo laten rollen, bedenkt hij. En dan heeft hij nog niet eens het indirecte belang meegerekend dat België via Fortis Bank België ook in de Luxemburgse activiteiten heeft. Het akkoord dat zondagavond in allerijl is afgesloten, rammelt aan alle kanten. Ter Haar voelt zich bedot. Zijn argwaan die hij tijdens het weekend jegens de Belgen koesterde, neemt nog verder toe.

Ook in het Fortis-kamp groeit de onrust in de loop van de dag weer. De barslechte beurt op de beurs heeft het concern weer in het nauw gedreven. Het geld van de Belgische regering is die ochtend op de rekening van Fortis gestort. Ook de Luxemburgse staat heeft zijn bedrag overgeschreven. Waar blijft Nederland? Om kwart over zes ’s avonds mailt Lars Machenil, stafmedewerker financiën bij Fortis, naar zijn collega Van Rutte om zijn bezorgdheid te uiten over het feit dat de Nederlandse regering nog steeds niet 4 miljard euro heeft overgemaakt. Dat moet, begrijpt hij, uiterlijk de volgende dag gebeuren.

Om tien over zeven ’s avonds zendt directielid Lex Kloosterman een e-mail naar onder meer medelid Filip Dierckx en Jan van Rutte met een korte samenvatting van de discussies die hij die middag met Ter Haar en DNB-directeur Arnold Schilder heeft gehad. Beide heren waren bijzonder humeurig. Allerlei nijpende kwesties kwamen aan bod, zoals de benoeming van een boardvoorzitter door de staat, de ringfencing (het achter slot en grendel plaatsen) van de investering van 4 miljard euro in Nederland, en de verkoop van ABN Amro.

Van Rutte mailt een kwartier later terug naar Dierckx dat hij zonet Ter Haar heeft gesproken en dat die op de goedkeuring wacht van minister van Financiën Wouter Bos om het geld over te maken. ‘Minister heeft nog geen toestemming van Parlement gevraagd. Er wordt uitgezocht wat er toch morgen mogelijk is. Het is dus nog niet gedaan’, schrijft hij.

De volgende ochtend – het is dinsdag 30 september – vindt overleg plaats in het Torentje, het kantoor van de Nederlandse minister-president Jan Peter Balkenende in Den Haag. Minister Bos, Wellink en Ter Haar beraadslagen er met de premier over de reddingsactie van het voorbije weekend en de gevolgen van de financiële crisis. In het gebouw van het ministerie van Financiën, iets verderop, is een aantal medewerkers van Fortis aangekomen om de overeenkomst van zondag definitief vast te leggen.

Ter Haar krijgt tijdens het overleg om twintig voor twee een dringend telefoontje van Jos Baeten, de topman van Fortis Verzekeringen Nederland. Die meldt hem dat er een pandrecht is genomen op de Nederlandse verzekeringsactiviteiten door de Belgische regering. De mond van Ter Haar valt open van verbijstering. De functionaris slaagt erin zijn koelbloedigheid te bewaren, dankt Baeten en legt de hoorn op de haak.

Jos Baeten, die de overeenkomst eerder die dag heeft kunnen inzien, nadat hij via directielid Peer van Harten het signaal kreeg dat de aandelen van de Nederlandse verzekeringstak in onderpand waren, belt onmiddellijk daarna naar Rudi Kleijwegt, divisiedirecteur toezicht bij DNB. Ook daar vertelt hij het nieuws. ‘Wat vind je zelf dat er moet gebeuren?’ wordt hem gevraagd. Baeten brengt zijn grote ongerustheid over. Hij herinnert de functionaris aan de 900 miljoen euro die Fortis Verzekeringen Nederland in augustus 2007 onder dwang moest storten om het dividend van Fortis uit te betalen. Hij vertelt over de stelselmatige pogingen van Fortis Bank België om de kapitaalreserves van de verzekeringstak af te romen. ‘Als we dat pandrecht toelaten, dan is het afgelopen met ons’, zegt hij.

De topman van de Nederlandse verzekeringen zit gevangen in een duivels dilemma. Als verantwoordelijke voor de Nederlandse verzekeringstak moet hij de belangen van zijn clientèle vooropstellen. Hij beheert een balans van 36 miljard euro, waarvan 2 miljard eigen vermogen en 32 miljard euro aan beleggingen van klanten. Hij is een Fortis-manager in hart en nieren, maar heeft als ceo van Fortis Verzekeringen Nederland ook de juridische plicht om de belangen van de Nederlandse tak te beschermen, zelfs als dit tegen zijn eigen moedervennootschap ingaat.

Hij bedenkt wat er de laatste drie jaar allemaal is gebeurd. De prikkel om in normaal opzicht voor het moederbedrijf Fortis te kiezen, is verdwenen. Ook bij diverse andere collega’s in Nederland – zowel in de verzekerings- als in de bancaire tak – heeft hij eenzelfde gevoel kunnen vaststellen. De grote kloof van wantrouwen die tussen beide bloedgroepen is gegroeid, en het spanningsveld tussen verzekeraars en bankiers hebben hem ertoe gebracht om uiteindelijk de Nederlandse autoriteiten te verwittigen.

Later die dag krijgt Ter Haar ook een telefoontje van Hessels, die hem het pandrecht bevestigt. Statutair is het zelfs niet toegelaten voor de verzekeringstak om een dergelijk onderpand op de aandelen te verlenen. Het is dus onwettelijk. Rond vier uur in de middag komt bij Fortis de eerste melding binnen dat er een ernstig probleem is. ‘De Nederlandse staat weigert het pandrecht op de verzekeringen om de subprimeportefeuille te dekken’, leest algemeen secretaris Moucheron in zijn mailbox.

Ook Van Rutte mailt Dierckx hierover, om kwart over vier. ‘Ik heb nog een poging gedaan bij Ter Haar’, zegt de Nederlandse Fortis-bankier. ‘Maar Ter Haar beweert dat er steeds gezegd is dat Fortis Verzekeringen erbuiten zou blijven en nu blijkt dat er een pandrecht is. Zij waren hier niet van op de hoogte en voelen zich bedonderd.’

In de loop van de middag krijgt Luc Coene, vicegouverneur van de Nationale Bank van België, een woedende Ter Haar aan de lijn, die eist dat die inpandgeving meteen ongedaan wordt gemaakt. ‘Het is niet wettelijk’, zegt de Nederlandse topfunctionaris. Coene spreekt sussend van een misverstand. Het schrappen van de clausule ligt niet zo eenvoudig. ‘Daarmee zet je de hele overeenkomst tussen Fortis en de Belgische staat op de helling’, poogt hij Ter Haar uit te leggen. De grote lijnen van het Belgische plan lagen al vast voordat de Nederlandse delegatie aan de onderhandelingstafel kwam. Coene vraagt daarop wanneer de 4 miljard euro van Nederland mag worden verwacht. ‘Als die kwestie van het pandrecht is opgehelderd’, antwoordt Ter Haar, en hij verbreekt de verbinding.

In de loop van dinsdag wint het aandeel van Fortis weer wat terrein: de koers bereikt het niveau van 4 euro. Maar met de liquiditeitspositie van de bank gaat het niet goed. DNB-president Wellink, die begrijpt dat het onderpand op de verzekeringen niet meteen door de Belgen wordt geneutraliseerd, ziet nog slechts één oplossing: de Nederlandse onderdelen uit Fortis tillen. Fortis Bank Nederland en ABN Amro zijn van groot belang voor het Nederlandse financiële stelsel. ‘We kunnen het ons niet veroorloven meegesleurd te worden in een eventuele val van het concern’, deelt hij Balkenende en Bos mee. Zijn voorstel is een ringfencing, het indijken van de twee Nederlandse banken.

Wellink wil de twee onderdelen nu eens en voor altijd losmaken uit de moedervennootschap Fortis. Hij wil ze beschermen en veiligstellen en ervoor zorgen dat ze volledig onder het toezicht komen van DNB. Hij heeft genoeg van de samenwerking met zijn Belgische evenknie, de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA). Hij heeft genoeg van die maandenlange discussie over het hoofdtoezichthouderschap. Hij wil greep krijgen op de problemen en niet langer de crisis ondergaan.

De grote angst van Wellink is dat de moederholding van Fortis alle liquiditeit uit Fortis Nederland weghaalt. Daar heeft de holding ook de middelen toe, beseft hij, want Fortis Brussel staat in voor het centrale thesauriebeheer van de hele groep. Dagelijks flitsen er miljarden over en weer tussen de holding en haar dochtermaatschappijen om hun financiering te regelen.

Die avond krijgt Dierckx een telefoontje van Ter Haar met de mededeling dat de Nederlandse staat denkt aan de volledige overname van het Nederlandse gedeelte van Fortis. Als de ceo van Fortis hem vraagt waarom, antwoordt de functionaris: ‘De liquiditeiten bij Fortis lopen op grote schaal weg.’ Het pandrecht wordt niet eens ter sprake gebracht.

Met de financiering van Fortis gaat het intussen van kwaad tot erger. Het infuus dat Fortis bij de Belgische Nationale Bank – de zogeheten emergency lending of spoedfinanciering – heeft gekregen, begint steeds sneller te stromen. Van 14,8 miljard op maandag naar 51,3 miljard euro op woensdag. Ook bij DNB wordt een noodlijn van 7 miljard euro gevraagd.

Ter Haar reist op woensdagmiddag 1 oktober met een collega van DNB en een paar medewerkers terug naar Brussel, waar de gesprekken beginnen over het Nederlandse scenario om alle Fortis-activiteiten in Nederland over te nemen. Die onderhandelingen worden donderdagochtend in alle discretie voortgezet.

Voor DNB is het duidelijk: Fortis is geheel klem komen te zitten. Woensdagmiddag mailt Moucheron naar een Fortis-collega van de trading room: ‘Situatie kritiek. We dreigen de komende twee dagen niet te overleven.’ De algemene secretaris van het directiecomité beseft dat extra liquiditeit van de Nederlandse centrale bank noodzakelijk is. ‘We moeten hun de stuipen op het lijf jagen,’ schrijft hij, ‘maar hun tegelijk ook de nodige geruststelling bieden dat ze geen goed geld in een pot met slecht geld gooien.’ Twee uur later zendt Moucheron nog een e-mail aan het directielid Alain Deschênes. ‘We zijn nog steeds in de lucht, maar de kerosinetank loopt leeg en dat is waarom Filip (Dierckx) het onderste uit de kan haalt in de onderhandelingen met DNB.’ Het noodkrediet van 7 miljard euro wordt toegezegd door de Nederlandse toezichthouder.

Op donderdag 2 oktober komen de Belgische en Nederlandse onderhandelaars principieel tot een akkoord dat Den Haag alle Nederlandse activiteiten van Fortis zal overnemen. Alleen over de prijs bestaat grote onenigheid. De onderhandelingen verlopen moeizaam en worden pas weer vlot getrokken door de komst van minister-president Balkenende en minister Bos op donderdagavond in Brussel. Het is dan al vijf voor elf, en ze begeven zich naar de Lambermont, de residentie van premier Yves Leterme.

Die avond worden ook de Nederlandse verzekeringsactiviteiten bij de principiële deal gevoegd. Bij Ter Haar en zijn onderhandelingsteam leeft de overtuiging dat die verzekeringstak deel uitmaakt van een geïntegreerde bank en verzekeraar. Een eventueel bankroet van Fortis Bank België dreigt volgens hen te leiden tot een faillissement van de verzekeringsactiviteiten in Nederland, en dat risico willen ze niet lopen. Liever de dijk volledig waterdicht maken dan ook maar de kans laten bestaan – hoe klein ook – dat een verder afglijden van de Belgische bank de verzekeraars in Utrecht en Rotterdam meezuigt.

Om zeven uur, vrijdagochtend 3 oktober, valt het oordeel. Er wordt overeengekomen tussen België en Nederland dat de Nederlandse onderdelen van Fortis – de bank, de verzekeringen en ABN Amro – voor 16,8 miljard euro worden verkocht. Er wordt afgesproken het akkoord de hele dag stil te houden tot na beurstijd.

Die vrijdag komt de board van Fortis Verzekeringen Nederland bijeen. Hij laat in de notulen opnemen: ‘De hoofddirectie ziet het als haar rol om de belangen van de polishouders te bewaken, zelfs als dit strijdig zou zijn met de belangen van Fortis, en zal al het nodige doen om die rol te vervullen.’ De breuk is een feit.

Als premier Leterme iets voor zessen ’s avonds – na het sluiten van de beurs: de koers van Fortis eindigt die dag op 5,41 euro – op een persconferentie in Brussel als eerste de deal bekendmaakt, heeft hij het over een ‘win-winsituatie’. Nederland en België worden er beter van, luidt zijn boodschap. Er wordt geen onvertogen woord gezegd over de andere partij.

Diezelfde avond houden premier Balkenende, minister Bos en DNB-president Wellink om zes uur een persconferentie in Den Haag. Bos spreekt van ‘besmettingsgevaar’. Nederland heeft, zegt hij, een gezond bedrijf dat niet langer het risico loopt geïnfecteerd te worden door de problemen bij Fortis Bank België. Impliciete conclusie: Den Haag heeft de ‘gezonde delen’ van Fortis gekocht, Brussel zit nu met de ‘ongezonde delen’, waarin de portefeuille met tweederangshypotheken is ondergebracht.

De uitleg van Bos doet bij de Belgische regering de haren te berge rijzen. Wat nu, als maandag de beurs weer opengaat? En hoe zal die uitspraak de verdere onderhandelingen met BNP Paribas beïnvloeden, dat erop gespitst is het grootste deel van de Belgische bank te verwerven?

Diezelfde vrijdagavond nog ziet de Belgische premier zich genoodzaakt om de Nederlandse regering weerwoord te geven. Leterme laat zich een half uur interviewen op de VRT. In NRC Handelsblad wordt zijn reactie afgedrukt. ‘We zijn af van die Nederlandse toestand’, zegt hij. Problemen in België? De premier toont zich verbaasd. ‘Weet u dat de centrale bank van België de afgelopen dagen 45 miljard euro beschikbaar heeft moeten stellen om de Nederlandse activiteiten in stand te houden? Balkenende zegt dat er problemen waren in België, maar in Nederland waren die er zeker ook.’

‘Fortis scheidt brutaal’, kopt De Standaard in de zaterdagkrant, met daaronder de zin: ‘Nederland heeft een harde boedelscheiding doorgedrukt’. De Tijd heeft het letterlijk over een hold-up van de Hollanders. In de beurskrant wordt een ingewijde geciteerd: ‘Het was een puur politiek spel, waarin de nationale trots de bovenhand nam boven het algemene belang. De opstelling van de Nederlanders grenst aan het onverantwoordelijke.’

Die vrijdagavond 3 oktober 2008 rinkelt de telefoon bij Maurice Lippens thuis. De oud-voorzitter van Fortis heeft de voorbije dagen weinig anders gedaan dan geslapen, in een donkere ruimte, afgesloten van alle rumoer. Hij werd thuis af en toe opgebeld door boardlid Philippe Bodson, die hem op de hoogte hield van de stand van zaken. Voor de rest heeft hij amper telefonische oproepen of e-mails beantwoord. Als hij wakker was, hield de 64-jarige graaf zich onledig met stripverhalen lezen. Om de knagende twijfel en wrok die zijn geest gijzelen geen kans te geven. En vooral om niet te hoeven nadenken. Robbedoes, Kuifje, Asterix en Guust Flater. Strips waarvan hij alle verhalen al vanbuiten kent en waarvoor hij geen inspanning hoeft te leveren. Tekenaar Franquin deed hem glimlachen, al liet Lippens diens beruchte reeks met zwarte, cynische humor links liggen.

De graaf heeft Bodson die vrijdag aan de lijn, die hem bitter vertelt dat Fortis in tweeën is gesplitst. De Nederlanders hebben hun deel achter slot en grendel geplaatst. Lippens zwijgt. De kloof is definitief. Hij denkt aan de dijkenbouwers, het met goud over-laden schip en de vermaledijde storm die zich één keer in de honderdduizend jaar voordoet.

Epiloog

Na de Nederlandse afsplitsing op vrijdag 3 oktober dreigt de Belgische tak van Fortis definitief over de kop te gaan. De Belgische staat durft een volledige nationalisering niet aan, en verkoopt op zondag 5 oktober Fortis Bank België bijna volledig aan het Franse BNP Paribas. De verzekeringsactiviteiten worden uiteindelijk, na veel aandeelhoudersprotest, voor het grootste deel in de Fortisholding ondergebracht.

PIET DEPUYDT. DE KLOOF. HOE DE BREUK TUSSEN BELGEN EN NEDERLANDERS FORTIS FATAAL WERD, PROMETHEUS / NRC HANDELSBLAD, 360 BLZ., 22,50 EURO. ISBN 9789044616118.

De Nederlandse functionaris slaat zichzelf voor de kop. Hoe konden we ons zo laten rollen, bedenkt hij.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content